100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Samenvatting Praktisch Straf(proces)recht €10,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Praktisch Straf(proces)recht

 0 keer verkocht

Samenvatting studieboek Praktisch Straf(proces)recht van H.J. Starrenburg, M.P. De Graaf - ISBN: 9789001886332, Druk: 4, Uitgavejaar: - (Behaald cijfer 7.6)

Voorbeeld 4 van de 36  pagina's

  • Ja
  • 27 januari 2021
  • 36
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (39)
avatar-seller
kjeldnoorman
Praktisch Straf(proces)-recht

Hoofdstuk 1 ‘Het strafbare feit’

Doelen strafrecht
 Vergelding vanuit de overheid;  Openbaar ministerie heeft monopolypositie.
 Algemene preventie;  Hoge straffen op delicten om mensen te weerhouden van de
delicten (algemene maatschappij).
 Speciale preventie.  Individuele verdachte. 1ste keer staf minder dan de 2e keer.

1.1 Voorwaarden van het strafbare feit

1. Het gaat om een menselijke gedraging (gewilde spierbeweging).
2. De gedraging valt binnen een delictsomschrijving.
3. De gedraging is wederrechtelijk (in strijd met de wet).
4. De gedraging is aan schuld te wijten.

1.1.1 Een menselijke gedraging

Hiermee wordt bedoeld dat een persoon de gedraging heeft verricht. Hij heeft een gewilde
spierbeweging uitgeoefend. De gedraging kan bestaan uit doen of nalaten. Indien er geen
sprake is van een ‘gewilde spierbeweging’ is er ook geen sprake een menselijke gedraging.

Verder kun je ook vervolgd worden op grond van nalaten, hierbij is doorslaggevend dat de
verdachte een spierbeweging had kunnen maken, maar da niet heeft gedaan.

Functioneel daderschap  Ook rechtspersonen kunnen strafbare feiten plegen.

1.1.2 De gedraging valt binnen een delictsomschrijving

Legaliteitsbeginsel  Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane
wettelijke strafbepaling (art. 1 Sr).

1.1.3 Een wederrechtelijke gedraging

Wederrechtelijk  In strijd met het recht.

Rechtvaardigheidsgrond  Een succesvol beroep betekent dat de verdachte niet
wederrechtelijk heeft gehandeld.

1.1.4 Aan schuld te wijten

Verwijt  De gedraging kan de verdachte worden toegerekend. Er is spraken van
verwijtbaarheid als de verdachte anders had kunnen handelen, maar dit niet heeft gedaan.

Schulduitsluitingsgrond  Een succesvol beroep betekent dat de verdachte geen schuld
treft.

1.2 Bestanddelen en elementen

Wederrechtelijkheid en schuld worden elementen genoemd. De onderdelen waaruit een
delictsomschrijving bestaat noemen we bestanddelen.

,1.3 Verschillende strafbare feiten

1.3.1 Misdrijven en overtredingen

Misdrijven:
 Boek 2 van het Wetboek van Strafrecht;
 Delicten worden zwaarder gestraft, op een misdrijf staat altijd een gevangenisstraf.

Overtredingen:
 Boek 3 van het Wetboek van Strafrecht;
 Delicten worden minder zwaar gestraft, voor een overtreding krijgt de dader alleen
een geldboete of hechtenis.

1.3.2 Formele en materiële delicten

Zowel misdrijven als overtredingen zijn onder te verdelen in formele en materiële delicten.
Het verschil zit hem in de wijze waarop de wetgever het delict in de wet heeft omschreven.

Formele delicten  Het gaat bij dit type delicten om de handeling en niet om het gevolg,
de activiteit wordt strafbaar gesteld en het eventuele gevolg is niet van belang.

Voorbeelden:
 Art. 310 Sr: diefstal. Strafbaar is het wegnemen van een goed.
 Art. 350 Sr: zaakbeschadiging. Strafbaar is het opzettelijk en wederrechtelijke
vernielen van een goed.
 Art. 317 Sr: afpersing. Strafbaar is iemand dwingen tot afgifte van een goed door
bedreiging of geweld.

Materiële delicten  Stellen het intreden van een gevolg strafbaar.

Voorbeeld:
 Art. 287 Sr: doodslag. De wetgever heeft niet omschreven hoe iemand van het leven
moet zijn beroofd, maar enkel strafbaar gesteld dat het strafbaar is als iemand wordt
gedood.

1.3.3 Commissie- en omissiedelicten

Delicten kunnen ook worden onderverdeeld in ‘handelen’ en ‘nalaten’.

Commissiedelicten  Delicten die een bepaald handelen strafbaar stelen.

Omissiedelicten  Dit type delicten stelt het nalaten strafbaar. (Art. 450 Sr: het nalaten om
hulp te verlenen aan iemand die in levensgevaar verkeert).

,1.3.4. Gronddelicten, gekwalificeerde delicten en geprivilegieerde delicten

Gronddelict  Een bepaalde gedraging is strafbaar gesteld.

Gekwalificeerd delict (strafbezwarend) Een delict dat ernstiger is dan het gronddelict.
Het gaat om hetzelfde soort delict, er is alleen een extra bestanddeel toegevoegd. Ook kent
het een zwaardere strafbedreiging dan het gronddelict.

Voorbeeld:
 Art. 287 Sr: stelt strafbaar degene die een ander opzettelijk van het leven berooft
(gronddelict).
 Art. 289 Sr: Stelt strafbaar degene die een ander met voorbedachten rade opzettelijk
van het leven berooft (gekwalificeerd delict).

Geprivilegieerd delict (strafverzachtend)  Een delict dat een lichtere variant is van het
gronddelict met een lagere strafbedreiging.

Voorbeeld:
 Art. 290 Sr: kinderdoodslag.


Hoofdstuk 2 ‘Wederrechtelijkheid’

2.1 Wederrechtelijkheid: element en bestanddeel

In sommige gevallen heeft het bestanddeel wederrechtelijk namelijk een andere betekenis
dan het element. Bovendien zorgt het er op deze manier voor dat volkomen rechtmatig
gedrag zou vallen onder de strafwet.

Voorbeeld:
 Art. 350, lid 1 Sr luidt: Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of
ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, etc. wordt gestraft met een
gevangenisstraf van ten hoogste twee jaar.

Stel dat Arie aan zijn zwager heeft gevraagd om hem te helpen met het verbouwen
van zijn woning. Arie vraagt zijn zwager om een muurtje weg te breken.

Als art. 350, lid 1 Sr niet het bestanddeel wederrechtelijk zou bevatten, dan zou Aries
zwager een strafbaar feit plegen door opzettelijk het muurtje te vernielen.

, 2.2 Betekenis 1: zonder toestemming van de rechthebbende

In deze betekenis handelt de verdachte zonder eigen recht. Hierbij gaat het niet alleen om
privaatrechtelijke bevoegdheid van de verdachte, maar kan ook een publiekrechtelijke
bevoegdheid bedoelen. Deze betekenis van wederrechtelijkheid wordt de leer van
Remmelink genoemd.

Voorbeeld:
 Een agent surveilleert op een zaterdagmiddag in de binnenstad van Assen. Op een
gegeven moment is hij er getuige van hoe een jongeman het handtasje van een oud
vrouwtje roof. De agent zet de achtervolging in. Na een wilde achtervolging van elke
honderden meters, heeft de agent de jongeman getackeld. Die valt op de grond en
beschadigd daarbij zijn kleding. De jongeman doet aangifte van zaak beschadiging.

De vraag of de agent inderdaad wederrechtelijk heeft gehandeld. Uiteraard had hij
geen toestemming van de dief om zijn kleding te vernielen. In zoverre zou gezegd
kunnen worden dat het handelen van de agent wederrechtelijk is.

Toch heeft de agent niet wederrechtelijk gehandeld. De agent had een eigen
(publiekrechtelijk) recht, waardoor hij niet wederrechtelijk handelde. De agent heeft
toestemming om de verdachte aan te houden en daarbij passend geweld te
gebruiken.

2.3 Betekenis 2: bestanddeel is element

Vaak heeft het bestanddeel wederrechtelijkheid dezelfde betekenis als het element
wederrechtelijkheid. Wederrechtelijkheid betekent ‘in strijd met het recht’. Als het
bestanddeel deze betekenis heeft, wil dat – net als bij de betekenis ‘element’ – niks anders
zeggen dan dat de verdachte in strijd is met het geschreven en ongeschreven recht.

2.4 Verschillende betekenissen geven verschillende uitkomsten

Het is van belang om te weten welke betekenis het bestanddeel wederrechtelijk in de
delictsomschrijving heeft. Bij het hanteren van de ene betekenis gaat de verdachte vrijuit en
bij een andere betekenis wordt de verdachte veroordeeld.

Voorbeeld:

 Wanneer de rechter het bestanddeel wederrechtelijk zou uitleggen als ‘zonder
toestemming van de rechthebbende’. Dan zou de ouderejaarsstudent moeten
vrijspreken: Diederik heeft immers toestemming gegeven.

Wanneer de rechter het bestanddeel wederrechtelijkheid zou uitleggen als ‘in strijd
met het recht’. Dan kan hij wel tot een bewezenverklaring komen: de student had
immers niet het recht om Diederik op te sluiten, ondanks dat Diederik toestemming
heeft gegeven.

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kjeldnoorman. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 68175 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€10,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd