Leertaak 2
Methodisch handelen betekent planmatig werken, dus je hebt een plan opgesteld die je uitvoert om
bepaalde werkzaamheden te verrichten.
Fases klinisch redeneren: Risico-inschatting, vroegsignalering, probleemherkenning, interventie en
monitoring.
Stappen verpleegkundige proces: Gegevens verzamelen, diagnose, resultaten, interventies en
evaluatie.
Leertaak 3
Een classificatiesysteem is een manier om informatie van de patiënt op een overzichtelijke manier te
ordenen.
ICF: internationale classificatie. Focus ligt op menselijk functioneren in wisselwerking met de
omgeving.
NNN: classificatie voor diagnosen, interventies en resultaten.
Gordon: elf patronen, elke patroon is functioneel of disfunctioneel, maar alle patronen hangen wel
met elkaar samen.
Leertaak 4
Ethische aspecten anamnese: Iedereen die zorg vraagt moet je met hetzelfde respect behandelen.
Wij mogen niet liegen en moeten eerlijk vertellen wat we met de gegevens gaan doen. Je moet de
anamnesegegevens als vertrouwelijk behandelen. Dus de gegevens moeten opgeborgen zijn in het
patiëntendossier.
Leertaak 5
Ontwikkeling vpk laatste 100 jaar: 3 dingen centraal: professionalisering, verzuiling en
internationalisering
CanMEDSrollen vpk: Zorgverlener, communicator, samenwerkingspartner, reflectieve professional,
gezondheidsbevorderaar, organisator, professional & kwaliteitsbevorderaar.
Communicator: de communicatie met de patiënt en collega’s.
Zorgverlener: zorg verlenen aan de cliënt, dmv verpleegtechnisch handelen en een zorgplan maken.
Niveaus binnen de vpk: Zorghulp, helpende, Verzorgende IG, MBO-verpleegkundige, HBO-
verpleegkundige en verpleegkundig specialist.
Traditionele/medische visie: Zorgvrager wordt verpleegd om de zichtbare symptomen en
problemen. Holistische visie: De mens staat als geheel centraal. Psychisch en lichamelijk hangen
nauw samen met elkaar -> ieder mens is uniek. Emancipatorische visie: De zorgvrager staat centraal
-> de zorgvrager is een uniek persoon, maar geeft ook zelf richting aan in zijn leven en de zorg die
deze persoon nodig heeft.
Leertaak 6
, Verschil medische en vpk diagnose: een vpk diagnose bevat geen betreffende ziekte of
disfuctionerend orgaansysteem, maar betreffend menselijk reageren op actuele of potentiële
gezondheidsproblemen.
Leertaak 7
Evidence Based Practice is besluitvorming nemen dmv wetenschappelijk bewijs, klinische expertise
(ervaring) en de wensen/omstandigheden van de patiënt.
Verschillende bronnen van kennis:
Mediatheek (boeken etc)
Internet
Experts bevragen
Standaarden: gericht op beschrijven van de organisatie van zorg en afspraken over
verantwoordelijkheden en taken. (hulpmiddel)
Richtlijnen: aanbeveling over de kwaliteit van zorg in de praktijk, voorzien van onderbouwing uit de
literatuur.
Protocollen: stap voor stap hoe je in de praktijk moet handelen. (uitwerking richtlijnen)
PICO: Patiënt probleem, interventie, vergelijking (wel/niet), gewenste resultaat
Leertaak 8
SMART: Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdsgebonden.
Shared decision making: de zorgverleners en zorgvrager nemen samen besluiten.
Zelfmanagement: omgaan met uitdagingen die de ziekte geeft, inpassen in het dagelijks leven,
voeren van eigen regie en streven naar optimale kwaliteit van leven.
Eigen regie: de patiënt bepaalt zelf wie welke hulp verleent en op welke manier dit gebeurd.
Leertaak 9
Verpleegplan: de meeste voorkomende vpk diagnosen, haalbare resultaten en passende interventies
voor de betreffende patiënt worden hierin beschreven.
Leertaak 11
Alle theorieën kun je onderverdelen in 2 soorten:
Kans-theorie: veroudering als gevolg van externe gebeurtenissen.
Noodlot-theorie: verouderingsproces is resultaat van interne noodzaak -> programma aftakeling en
sterfte.
Wear-and-tear-theorie (kans):
Menselijk lichaam slijt en herstelt constant
Moderne versie: door straling -> muteren of genetische verandering
Andere theorie: afvalproducten en schadelijke stoffen hopen zich op in cellen, weinig bewijs
dat dit daadwerkelijk slecht is.
Free-radicals-theorie (kans):