WERKGROEP 11 HET HOGER BEROEP
Literatuur
Kamerstukken II 2005-2006, 30320, nr. 3, p. 1 t/m 35.
Memorie van toelichting bij het nieuwe Wetboek van Strafvordering (ambtelijke versie juli 2020), p.
862-868, 872-874, 888-902. Zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/modernisering-wetboek-
van-strafvordering/documenten/publicaties/2020/07/30/ambtelijke-versie-juli-2020-memorie-van-
toelichting-wetboek-van-strafvordering.
G. Pesselse, ‘Het verlofstelsel in hoger beroep is dood, leve het verlofstel’, Tijdschrift Modernisering
Strafvordering 2018, afl. 1.
D. Bektesevic & M. Berndsen, ‘Modern beslissen in hoger beroep en cassatie’, Tijdschrift
Modernisering Strafvordering 2019, afl. 1.
Algemeen
Functies van het hoger beroep
De functies van het hoger beroep volgens uit de MvT die betrekking heeft op het nieuwe Wetboek
van Sv mbt tot het hoger beroep in strafzaken. Deze functies zijn 1) Bescherming tegen willekeur van
de rechter. 2) Mogelijkheid van correctie van vergissingen. 3) Herkansing voor partijen vanuit een
mogelijk nieuwe kijk op de kern van de zaak. 4) Rechtseenheid en rechtsontwikkeling. 5) Bevorderen
van gezag van het rechterlijk oordeel.
Grievenstelsel en nieuw beslismodel hoger beroep.
We hebben de Kamerstukken die we moesten lezen en het artikel D. Bektesevic & M. Berndsen,
‘Modern beslissen in hoger beroep en cassatie’, Tijdschrift Modernisering Strafvordering 2019, afl. 1.
Naast elkaar gelegd en alle belangrijke punten hiervan zullen we in de volgende twee dia’s
bespreken. In Nederland geldt het hoger beroep als een tweede volledige feitelijke instantie. De
behandeling van de zaak is in beginsel een nieuwe behandeling waar bij de beraadslaging in appel de
rechter rekening houdt met het proces in eerste aanleg. Het rechtsmiddel is immers gericht tegen
het vonnis in eerste aanleg. Daartegen wordt bezwaar gemaakt. Het gaat dan om een nieuwe
behandeling van de zaak vanwege de bezwaren die tegen het vonnis in eerste aanleg zijn ingebracht.
We hebben sinds 2007 een beperkt grievenstelsel wat betekent dat het hof bij de behandeling van
een beroep zich in het bijzonder kan richten op de grieven en/of bezwaren die appellant tegen het
vonnis inbrengt. De grieven kunnen blijken uit de appelschriftuur die volgt uit art. 410 lid 1 Sv en bij
aanvang van het hoger beroep kunnen mondeling bezwaren worden opgegeven ex 416 lid 1 Sv. De
grieven zijn in beginsel het richtpunt voor het hof tijdens het onderzoek ter terechtzitting en bij zijn
beoordeling in het hoger beroep. De wetgever heeft gekozen voor een niet-zuiver grievenstelsel. Dit
betekent dat de rechter ook zelfstandig alle vragen van art. 348 en 350 Sv beantwoordt. Hij houdt
evenwel een eigen verantwoordelijkheid voor een juiste beantwoording van deze vragen. Er wordt
gezegd dat de regeling van het hoger beroep hinkt op twee gedachten. Aan de ene kant worden er
grieven aangeleverd en dient het hof zich daarop te beperken. Aan de andere kant is de regeling in
het hoger beroep een kopie van de regeling in eerste aanleg en moet het hof zelfstandig alle vragen
van art. 348 en 350 Sv beantwoorden. In het ontwerp van het nieuwe wetboek van Sv is ervoor
gekozen om de rechter meer ruimte te geven bij het hoger beroep, zodat hij zich met name richt op
datgene wat partijen aan de orde willen stellen. Daarmee krijgen de bezwaren die zijn ingediend
tegen het vonnis een centrale rol. Deze kunnen schriftelijk op voorhand evenals bij de mondelinge
aanvang van het hoger beroep worden opgegeven. Het hof hoeft zich dan enkel te richten op de
opgegeven bezwaren en andere onderdelen van het vonnis waarover geen bezwaren zijn ingediend,
hoeft het hof niet over te doen. Dit is een verschil met de huidige regeling. Als verdachte en het OM
, tevreden zijn met bepaalde onderdelen van het vonnis in eerste aanleg, behoeft er in het hoger
beroep aan de onomstreden onderdelen geen aandacht te worden besteed. Dat ligt pas anders als
de beroepsrechter vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid voor een rechtvaardige uitkomst bepaalde
vragen aan de orde wil stellen. Niet alleen de beoordeling van het hoger beroep zelf zal zich meer
richten op de bezwaren. Deze wijze van toetsing zal ook zijn schaduw vooruitwerpen op het
onderzoek ter terechtzitting en de voorbereiding daarvan. Er is gekozen voor een andere inrichting
van de verantwoordelijkheden bij de voorbereiding van het onderzoek ter terechtzitting. In het
voorstel wordt voorgesteld dat de voorzitter een grotere rol zal gaan spelen en worden zijn
mogelijkheden om voorafgaand aan de terechtzitting in hoger beroep regie te voeren sterk vergroot.
Het nut hiervan is het bevorderen van een efficiënte rechtsgang want op deze manier kan er mogelijk
op voorhand al onderzoek worden verricht en kunnen de bezwaren en standpunten van partijen al
op voorhand worden opgehelderd.
Vervolg: grievenstelsel en nieuw beslismodel hoger beroep
Hoe ziet het nieuwe beslismodel eruit? Voordat het hof zich richt op de aangevoerde bezwaren,
beoordeelt het eerst aan de hand van de zogenoemde voorvragen. De eerste vraag is of het hof
bevoegd is tot kennisneming van het hoger beroep. Dit is nieuw ten opzichte van de huidige regel. De
vraag naar de geldigheid van de oproeping die nu in art. 422 Sv is opgenomen, komt niet terug. Dit
omdat dit voortaan plaats zal vinden bij de aanvang op het onderzoek ter terechtzitting. Vervolgens
beoordeelt het hof de niet-ontvankelijkheid. Deze regeling komt grotendeels overeen met de huidige
regeling. Wel zijn er een aantal nieuwe wettelijke gronden opgenomen voor niet-ontvankelijkheid
om de jurisprudentie van de Hoge Raad te codificeren. Op pag 889 tot en met 892 in de MvT bij het
nieuwe wetboek van Sv kun je lezen welke gronden dit zijn. Indien het hof niet naar de vragen over
de eigen bevoegdheid en de ontvankelijkheid blijft steken, is het nog de vraag of terugwijzen naar de
rechtbank in de rede ligt. De hoofdregel is daarbij dat de appelrechter fouten herstelt die in eerste
aanleg zijn gemaakt en niet terugverwijst. In de loop der tijd zijn in de wet en jurisprudentie daarop
een aantal uitzonderingen gemaakt. Met de invoering van het nieuwe wetboek van sv worden deze
gecodificeerd, zie pag 893 tot en met 895 MvT. Als het gerechtshof het hoger beroep ontvankelijk
acht dan en niet tot terugwijzing beslist, dan kan het hof bepalen om het hoger beroep te verwerpen
of te vernietigen. Het verwerpen van het beroep is nieuw ten opzichte van de oude regeling. Dit
vervangt het bevestigen van het vonnis zoals het nu geregeld is. Hier is voor gekozen omdat
gerechtshoven huiverig zouden zijn om het vonnis in eerste aanleg te bevestigen, omdat zij daarmee
het vonnis voor hun rekening moesten nemen en op deze manier ook de mogelijke nietigheden en
gebrekkige motivering van de rechter in eerste aanleg moesten overnemen. En als zij het vonnis van
de eerste rechter niet voor lief wilden nemen, dan waren zij toch genoodzaakt de rest van het vonnis
waartegen geen bezwaren zijn gemaakt door te pluizen. Uit de praktijk blijkt dan ook dat de rechters
er liever voor kiezen om het vonnis te vernietigen ipv te bevestigen. Met de invoering van het
verwerpen van het hoger beroep wordt dus niet vereist dat het hof de beslissingen van het vonnis in
eerste aanleg integraal voor zijn rekening neemt. Door deze wijziging kan het hof zich nu enkel
richten op de vraag of de bezwaren tegen het vonnis houtsnijden. Daarnaast kan het hof het vonnis
geheel of gedeeltelijk vernietigen. Het doet dan wat het hof had behoren te doen en neemt zelf een
beslissing. Het hof vernietigt indien: a) de bezwaren tegen een beslissing gegrond worden geacht, of
b) ambtshalve tot het oordeel komt dat vernietiging van een beslissing aangewezen is. Het hof zal
dus nog wel bevoegd blijven om zich ambtshalve over de vragen van het huidige art. 348 en 350 Sv te
buigen, maar is dit niet verplicht. Tenzij, één van drie ambtshalve verplichte gronden zich voordoen.
Nieuw in deze regeling is namelijk dat er drie gevallen worden aangewezen waarin vernietiging in
ieder geval plaats moet vinden. Het hof moet dus wel kijken of één van die drie gevallen zich
voordoet. Dit betekent dat ook al heeft de verdachte hierover geen bezwaren naar voren gebracht,
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ingridp. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.