Samenvatting pathologie diabetes mellitus
Dm is sprake van een stofwisselingsstoornis t.g.v. Een absoluut of relatief tekort aan insuline
(werking). Stoornis in de koolhydraat-, eiwit- én vetstofwisseling. Betekent letterlijk zoete doorloop.
De urine smaakt zoet: glucose uitscheiding door de nier wanneer de spiegel te hoog wordt.
- Het gevolg van een te hoge concentratie van glucose in het bloed
- Als de concentratie glucose in het bloed boven een bepaalde waarde stijgt, zijn de nieren niet in
staat om alle glucose tegen te houden en komt een deel ervan in de urine terecht
- Bij de gezonde mens - geen glucose in de urine!
- De bloedglucoseconcentratie waarboven glucose in de urine komt, is ongeveer 10 mmol/l
(verschilt per persoon en tijdstip)
Soorten diabetes
- Type i diabetes mellitus
- Type ii diabetes mellitus
- MODY: maturity onset diabetes of the young
- Overige vormen van dm: bv tgv pancreas aandoeningen (ontsteking, maliginiteit)
- Zwangerschapsdiabetes
Toename 32,5 %, doch door toename mensen met overgewicht veel grotere groei. In 2017 leed ca.
2,2% van de wereldbevolking aan diabetes (ca. 124 miljoen mensen).
Cijfers en feiten in nederland
- In nederland hebben 1.211. 000 mensen diabetes (huisartsenregistratie 1-1-17)
- Het aantal mensen met ongediagnosticeerde diabetes wordt geschat op minimaal 250.000
- Het totaal aantal mensen met diabetes bedroeg anno 2017 dus al meer dan één miljoen
- Jaarlijks komen er 71.000 mensen met diabetes bij
- Van alle mensen met gediagnosticeerde diabetes heeft bijna 90% type 2
- Meer dan 25% van alle ouderen heeft dm
- Het aantal jong volwassenen met diabetes type 2 stijgt
- Diabetes leidt tot een kortere levensverwachting
- In 2025 zullen naar schatting 1,3 miljoen mensen gediagnosticeerde diabetestype 1 of type 2
hebben
- Preventie vermindert het aantal nieuwe gevallen van diabetes *
- Het voorkomen van de ziekte neemt met de leeftijd toe (boven de 45 jaar)
- Boven de leeftijd van 55 jaar het aantal diabetici waarbij geen diagnose is gesteld ongeveer even
groot is als het bekende aantal diabetici!
- Het aantal mensen met diabetes in de komende jaren nog flink zal toenemen, onder andere
omdat het aantal ouderen onder de bevolking nog steeds toeneemt!
Oorzaken ulcus cruris, hoe is dit ontstaan, het kan door het volgende komen:
- CVI
- Arterieel
- Diabetes
- Infecties
- Trauma
- Neurologisch
- Maligniteit
Type 1 dm
- Iddm i(nsulin) d(ependent) d(iabetes) m(ellitus)
1
,- Gekenmerkt door een sterk verlaagde insuline secretie
- Behandeling met insuline noodzakelijk
Type 2 dm
- Iidm i(nsulin) i(independent) d(iabetes) m(ellitus)
- Niddm n(on) i(nsulin) d(ependent) d(iabetes) m(ellitus)
- “ouderdomsdiabetes”
- Pancreas maakt nog wel insuline aan
- Insulineresistentie
- Op het moment dat de diagnose dm is gesteld is de β- celfunctie in het algemeen nog hooguit 50
% van normaal
Glucose
- Homeostatische mechanisme om glucosegehalte in bloed binnen de grenzen van 4 tot 8 mmol/l
te houden
- Niet te laag: hypoglycemie – kan tot coma leiden
- Niet te hoog: hyperglycemie – kan tot coma leiden
Bronnen glucose: absorptie in de darm, glycogenolyse en gluconeogenese. Hersenen kunnen NIET
zonder glucose functioneren.
Vertering van koolhydraten (monosachariden: glucose)
- Via de mond met enzym in de speeksel: amylase
- Vervolgens in de maag door maagzuur: door lage ph wordt het proces
gestopt
- Gaat naar de dunne darm, door enzymen die door pancreas worden
vrijgemaakt (amylase)
- Uiteindelijk krijgen we kleine moleculen, dat is glucose en dit wordt
door de cellen opgenomen, dit is de energiebron. Elke cel heeft
glucose. In noodsituaties kunnen andere organen minder glucose
gebruiken zodat er meer glucose naar de hersenen gaat.
Glucose
- Insuline zorgt ervoor dat de glucose de cellen in kan komen en dat een eventueel teveel aan
glucose elders wordt opgeslagen (lever)
- De alvleesklier (pancreas) maakt insuline
- Glucose = bloedsuiker, druivensuiker, dextrose
- Kleinste koolhydraat
- Uit de voeding (koolhydraten, eiwitten, vetten)
- Koolhydraten, eiwittwen en vetten afgebroken tot kleinere bestanddelen brood, aardappelen,
rijst, jam, koek, chocolade, suiker bestaan voornamelijk uit koolhydraten,
- De koolhydraatrijke voedingsmiddelen worden in de darmen afgebroken tot onder meer glucose
Koolhydraten
- Monosachariden (directe opname, snel) – glucose (druivensuiker) – fructose (vruchtensuiker) –
galactose (deel van lactose, melksuiker)
- Disachariden – maltose (moutsuiker) – sacharose (riet/ biet: suiker!) – lactose (melksuiker)
- Polysachariden (langzaam) – zetmeel – cellulose (celstof) niet opneembaar, mens mist cellulase
Pancreas
Pancreas bestaat uit twee soorten klierweefsel.
2
, - Endocrien deel vormt hormonen: insuline en glucagon
- Exocrien deel vormt enzymen nodig voor de spijvertering.
Exocrien deel
- Suikervertering: amylase
- Vetvertering: lipase
- Eiwitvertering: trypsinogeen
Endocrien deel
- Eilandjes van langerhans = gedeelte in de pancreas
o A cellen productie van glucagon
o B cellen productie van insuline
Hormonen glucose stofwisselen: insuline (b cellen) en glucagon (a cellen)
Koolhydraat metabolisme in de lever (glycogeen zit in de lever)
- Glycogenese: omzetten glucose in glycogeen door insuline (Pancreas – ß cellen eilandjes
Langerhans)
- Glycogenolyse: omzetten glycogeen in glucose door glucagon (Pancreas – α cellen eilandjes
Langerhans)
Werking insuline op koolhydraten stofwisseling
- De secretie van insuline wordt gestimuleerd door een hoge glucose concentratie in het bloed
(b.v. Na de maaltijd)
- Insuline stimuleert:
o De opname van glucose in de cellen
o De glycogenese (in de lever en de spieren wordt glucose omgezet in glycogeen)
o De omzetting van glucose in vet
Werking insuline op eiwit stofwissling
- Stimuleert eiwitsynthese
- Remt eiwitafbraak
- Remt gluconeogenese: opnieuw vormen van glucose, vanuit aminozuren (eiwitten).
Werking insuline op de vetstofwisseling
- Stimuleert de lipogenese- het transport van triglyceriden naar vetweefsel
- Remt de lipolysis – remt afbraak van vetten, dat voorkomt excessieve productie van ketonen of
ketoacidose.
Insuline
In de meeste weefsels is het transport van glucose over de celmembraan afhankelijk van insuline
Werking Glucagon op koolhydraat stofwisseling
- De secretie van glucagon wordt gestimuleerd door een lage glucose concentratie in het bloed
(b.v. Honger)
- Glucagon stimuleert:
o De glycogenolyse in de lever (glycogeen wordt glucose)
o De gluconeogenese: nieuwvorming van glucose uit lactaat, aminozuren en glycerol
Wat gebeurt er als we eten?
- Hyperglycaemie, stijging van suikergehalte in bloed
3