100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting GRC €4,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting GRC

 48 keer bekeken  4 keer verkocht

Samenvatting voor het vak GRC dat in leerjaar 2 , semester 1 aanbod komt van de opleiding accountancy / finance & control.

Voorbeeld 3 van de 21  pagina's

  • 5 februari 2021
  • 21
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (23)
avatar-seller
chiarakarssemakers
Hoofdstuk 5 ‘Goederenrecht’

Het verschil tussen het verbintenissenrecht en het goederenrecht:
Verbintenissen vloeien voor uit de wet en uit de overeenkomst,
hierbij draait het altijd om twee partijen. Bij het goederenrecht
staat de relatie tussen een persoon en zijn goed centraal.




Relatief recht = een recht dat uitsluitend van toepassing is op en van belang is voor bepaalde
personen die met elkaar in een rechtsrelatie staan  Bv. Verbintenis
Absoluut recht is tegenover iedereen af te dwingen, deze kunnen dan ook tegenover iedere derde
worden gehandhaafd  Bv. Eigendom

Onderscheid tussen goed, zaak en vermogensrecht:
Goed = goederen zijn alle zaken en vermogensrechten.
Zaken = zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten, dieren zijn geen zaken.
 Onroerende zaken
Hieronder vallen grond, nog niet gewonnen delfstoffen, met de grond verenigde
beplantingen, gebouwen en werken die rechtstreeks of indirect duurzaam met de grond zijn
verenigd.
 Roerende zaken
Dit zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
De eigenaar van een zaak, is de eigenaar van al haar bestanden.
De eigendom van een roerende zaak die een bestanddeel wordt van een andere roerende zaak die
als hoofdzaak is aan te merken, overgaat op de eigenaar van deze hoofdzaak.
Vermogensrecht = een recht dat een financiële waarde in zich draagt.
- Alle op geld waardeerbare rechten (en plichten)
- Een niet-stoffelijk object (naast de zaak) dat geldswaarde heeft

Absolute rechten, deze zijn voor iedereen te handhaven:
- Het recht van eigendom
Het staat de eigenaar met uitsluiting van ieder
vrij van de zaak gebruik te maken, mits dit
gebruik niet strijdt met de rechten van anderen
en de op wettelijke voorschriften en regels van
ongeschreven recht gegronde beperkingen
daarbij in acht worden genomen.
Er zijn 3 categorieën die inbreuk op de bevoegdheden van de eigenaar kunnen maken:
 Rechten van anderen, vaak heeft de eigenaar deze beperkingen zelf tot stand
gebracht.
 Wettelijke voorschriften, bijvoorbeeld de Onteigeningswet die ingaat wanneer de
overheid een stuk grond nodig heeft op algemeen belang.




1
Hoofdlijnen Nederlands Recht – Loonstra

,  Regels van ongeschreven recht
 Hinder
De eigenaar van een erf mag niet in een mate of op een wijze die volgens
art. 6:162 BW onrechtmatig is, aan eigenaren van andere erven hinder
toebrengen.
 Misbruik van eigendomsrecht
Het recht wordt met geen ander doel uitgeoefend dan om een ander schade
te berokkenen.
Het recht kan in redelijkheid niet worden uitgeoefend omdat er een te grote
onevenredigheid bestaat tussen het belang tot uitoefening van het
eigendomsrecht en het belang dat daardoor wordt geschaad.
- Het recht van erfdienstbaarheid
Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen het heersend erf en een dienend erf.
Het heersende erf bezit een erfdienstbaarheid ten laste van het dienende erf.
*kan alleen op een onroerende zaak
- Het recht van erfpacht
Erfpacht is een zakelijk recht dat de erfpachter de bevoegdheid geeft de onroerende zaak
van een ander te houden en te gebruiken. De erfpachter kan de betreffende onroerende
zaak niet in eigendom aan een ander overdragen, dit kan de eigenaar wel.
- Het recht van opstal
Door het recht van opstal kan iemand eigenaar van een onroerende zaak worden, hoewel hij
geen eigenaar is van de grond waarop deze onroerende zaak staat.
- Het appartementsrecht
Een aandeel in de goederen die gesplitst zijn, dat de bevoegdheid omvat tot het uitsluitend
gebruik van bepaalde gedeelten van het gebouw die blijkens hun inrichting bestemd zijn of
worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt.
Daarnaast is een medegebruiksrecht voor de gemeenschappelijke delen, en het is verplicht
om een vereniging op te richten met als doel het beheren van het gebouw.
- Het recht van vruchtgebruik
Vruchtgebruik geeft het recht om goederen die aan een ander toebehoren te gebruiken en
daarvan vruchten te genieten.
*kan zowel op een zaak als op een vermogensrecht worden gevestigd.
- Het pandrecht
Het recht van een pand biedt een zekerheid voor het geval een geldlener zijn verplichtingen
niet nakomt, het pand dient dan als zekerheidsoptie.
Het pandrecht kent twee opties:
 Vuistpand = de pandgever heeft het betreffende pand niet meer in zijn macht, hij
heeft dit feitelijk aan de schuldeiser overhandigd.
 Bezitloos pandrecht = het pand blijft in de macht van de pandgever, maar dan moet
er wel een authentieke akte of een geregistreerde onderhandse akte worden
gemaakt en ondertekend.
Het pandrecht biedt het recht van parate executie, hierbij hoef je niet eerst naar de rechter
als de betaling niet wordt voldaan. Maar kan je meteen overgaan naar openbare verkoop van
het goed dat in pand is gegeven.
*uitsluitend op een roerende zaak en vermogensrecht
- Het hypotheekrecht
Het hypotheekrecht biedt een zekerheid voor het geval een geldlener zijn verplichtingen niet
nakomt. In dit geval is een huis of een stuk grond (een registergoed) het onderpand.
Het hypotheekrecht is een afhankelijk recht, en vervalt dus zodra de lening geheel is afgelost.
Hierbij heb je ook het recht van parate executie.



2
Hoofdlijnen Nederlands Recht – Loonstra

, In de hypotheekakte kunnen bepaalde bedingen zijn opgenomen die zorgen dat de waarde
niet daalt van het betreffende goed:
 Huurbeding
Het wordt de hypotheekgever onmogelijk gemaakt het huis waarvan hij eigenaar is,
zonder toestemming van de hypotheekhouder te verhuren.
 Beding van niet-veranderen
De hypotheekgever mag de inrichting of gedaante van het goed niet veranderen
zonder toestemming van de hypotheekhouder.
 Beheersbeding
De hypotheekhouder mag het verhypothekeerde goed in beheer nemen, indien de
voorzieningenrechter hier toestemming voor heeft gegeven. De hypotheekhouder
mag het goed onder zich nemen als dat nodig is met het oog op aanstaande executie.

Absolute rechten zijn ook gekoppeld aan geestesproducten, deze kunnen tegenover eenieder
worden gehandhaafd:
- Auteursrecht
- Octrooirecht
- Merkenrecht
- Handelsnaam

4 kenmerken van absolute rechten:
1. Absolute rechten hebben zaaksgevolg
Zaaksgevolg houdt in dat het absolute recht op het goed blijft rusten in wiens handen dit
goed of deze zaak zich ook bevindt.
2. Absolute rechten op registergoederen moeten worden ingeschreven in de openbare
registers bij het kadaster
Publiciteitsvereiste, hierbij kan iedereen op de hoogte zijn van het feit dat er een absoluut
recht in het leven is geroepen.
Registergoederen = onroerende zaken en de absolute rechten die hierop zijn gevestigd.
Het feitelijk onder zich hebben van een roerende zaak is in beginsel voldoende om aan te
nemen dat die persoon eigenaar is.
3. Absolute rechten vormen een gesloten stelsel
Het Nederlands recht kent slechts een limitatief aantal absolute rechten.
4. Oudere absolute rechten gaan vóór jongere
Hiernaast gaan absolute rechten altijd voor relatieve rechten. De relatieve rechten zijn echter
gelijkwaardig aan elkaar, ongeacht het moment waarop zij in het leven zijn geroepen.

Onderscheidingen van absolute rechten:
- Genotsrechten en zekerheidsrechten
Genotsrechten zijn de absolute rechten die profijt, voordeel en/of genot
verschaffen aan degene die dit absolute recht bezit. Zekerheidsrechten
geven geen genot, maar bieden enkele zekerheid voor het geval iemand
zijn verplichtingen niet nakomt.
- Moederrechten en beperkte rechten
Een moederrecht is het meer omvattende recht waarvan het beperkte
recht is afgeleid. Hoofdregel; het eigendomsrecht is het moederrecht en
alle andere absolute rechten zijn beperkte rechten. Maar naast het
eigendomsrecht kunnen alle andere absolute rechten op hun beurt als
moederrecht optreden met betrekking tot een ander absoluut recht. Ook
een vorderingsrecht kan als moederrecht dienen.



3
Hoofdlijnen Nederlands Recht – Loonstra

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper chiarakarssemakers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 66579 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  4x  verkocht
  • (0)
  Kopen