100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Samenvatting 'Van gedachten wisselen' €3,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting 'Van gedachten wisselen'

34 beoordelingen
 185 keer verkocht

Uitgebreide samenvatting van heel het boek.

Voorbeeld 4 van de 38  pagina's

  • 13 augustus 2014
  • 38
  • 2013/2014
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (6)

34  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: lotte6667 • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: pipijnjellema • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: Khealy • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: edejong50 • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: roosvanderlans • 6 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: hankie • 6 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: mirakuiper • 6 jaar geleden

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
SharonaReimink
Samenvatting: ‘Van gedachten wisselen’

Hoofdstuk 1. De zelfoefening van het denken – Filosofie en sociaal werk

Door de technologische ontwikkelingen leven we volgens de Sloveense filosoof Slvoj Zizek in ‘een
unieke tijd waarin iedereen op een bepaalde manier wordt gedwongen om een soort filosoof te
zijn.’ Steeds vaker worden we in ons dagelijks leven geconfronteerd met vragen die een filosofisch
karakter hebben.
 Ook professionele sociaal werkers worden in hun werk bijna dagelijks geconfronteerd met
vragen die een filosofisch karakter hebben (vb. ‘Moet drugsgebruik wel of niet worden
gedoogd?’)

In dit hoofdstuk gaan we in op de vraag wat het belang is van filosofie voor het sociaal werk. Wat
kunnen sociaal werkers van de filosofie leren? En wat is dat eigenlijk: filosofie?

Vervolgens wordt ingegaan op wat filosofie is en wat haar van wetenschap onderscheidt. De
opvatting dat filosofie verwondering en een zelfoefening van het denken is wordt nader uiteengezet.

Filosofie en sociaal werk
Hoe werken filosofische vragen en antwoorden door in de praktijk van het sociaal werk? Werken zij
alleen door in de opvattingen die individuele zorgverleners, begeleiders en maatschappelijk werkers
hebben over wat goede zorg is en of iemand verantwoordelijk is voor zijn eigen ellende? Of liggen
dergelijke opvattingen ook ten grondslag aan het beleid van de instelling of van de politiek?

Individuele overtuiging
- Vooronderstellingen over verantwoordelijkheid, rechtvaardigheid en respect en over de
relatie tussen individu en samenleving werken concreet door in hoe we cliënten benaderen.
VB. Vinden we dat ieder individu zich aan de maatschappij moet aanpassen, dan kijken we
anders aan tegen bijvoorbeeld drugsgebruikers en randgroepjongeren dan wanneer we
menen dat zij slachtoffer zijn van die maatschappij.

Instellings- en overheidsbeleid
- Ook op het niveau van het instellingsbeleid gaan mensbeelden schuil. ‘De Maistre’ merkt op:
‘De mens is in deze wereld niet te vinden. Ik heb in mijn leven Fransen, Italianen en Russen
ontmoet (...), maar de mens ben ik nooit tegengekomen. Misschien bestaat hij wel, maar in
elk geval niet bij mijn weten.’
 Met deze opmerking wil hij duidelijk maken dat er een groot verschil is tussen de concrete
mensen die we tegen het lijf lopen en het beeld van de mens.

Iemands mensbeeld bepaalt zijn waarden en normen en daarmee zijn handelen niet eenduidig.
Waarden en normen zijn abstract en kunnen op verschillende manieren een concrete invulling
krijgen. Daarom bieden zij niet per se duidelijk en ondubbelzinnig een moreel houvast. Iedereen
heeft de mond vol van rechtvaardigheid en respect, maar de meningen over wat rechtvaardig of
respectvol is in een concrete situatie verschillen voortdurend.

Verantwoorden en legitimeren
- Interventies van sociaal werkers hebben in veel gevallen een normatief karakter. Daarom
wordt sociaal werk als een normatieve professionaliteit betiteld.
Waarden hebben geen objectieve geldigheid, zoals een wiskundig bewijs die wel heeft.
Mens- of maatschappijbeelden, waarden en normen zijn geen onweerlegbare feiten waarop
we ons vanzelfsprekend kunnen beroepen.

,  Daarom staan sociaal werkers voor de ‘noodzaak’ om hun handelen en interventies in het
leven van hun cliënten te verantwoorden en te legitimeren.

De frontliniewerker
- We moeten bij dit alles wel bedenken dat sociaal werkers niet zomaar hun eigen opvattingen
kunnen volgen. Zij moeten zich in de eerste plaats houden aan de wet, die cliënten
beschermt tegen willekeurig ingrijpen.
- In de tweede plaats werken sociaal werkers in een instelling die doelen stelt en methodieken
hanteert om die doelen te bereiken. Instellingen verwachten van hun medewerkers dat zij op
een bepaalde manier met hun cliënten omgaan.
- En tot slot hebben cliënten een eigen visie op wat het betekent mens te zijn en op hoe zij
hun leven willen inrichten en hun kinderen willen opvoeden.
 Kortom, soicaal werkers staan met het ene been in het ‘systeem’ van wetten, regels,
doelen, gebruikte methoden, procedures, protocollen en resultaatafspraken en met het
andere been in de ‘leefwereld’ van cliënten en doelgroepen.
Binnen de wettelijke kaders blijft er ruimte bestaan waarbinnen sociaal werkers naar eigen inzicht
kunnen handelen. Die handelingsruimte, ook wel de discretionaire ruimte genoemd, vraagt van hen
dat zij hun handelen verantwoorden tegenover de cliënten, de organisatie en collega’s en, niet te
vergeten, tegenover zichzelf.

Het stappenplan is een argumentieve methode
 Het is een hulpmiddel waarmee morele oordelen kunnen worden geanalyseerd. Het
probleem echter is dat de beroepsethiek hiermee ten onrechte de suggestie wekt neutraal te
zijn. Maar we moeten goed beseffen dat de afweging die wordt gemaakt gebaseerd is op
mens- en maatschappijbeelden en waarden die daarmee samenhangen.

Grote, kleine en sterke verhalen
- Autoriteiten etc. vertelden (tot voor kort) een ‘groot verhaal’ waarin alles op zijn plaats viel.
In onze huidige postmoderne informatiesamenleving ontbreekt dat grote verhaal, dat wil
zeggen: een algemeen normatief kader dat vanzelfsprekend door de meerderheid wordt
gedeeld. Het grote verhaal is een klein verhaal naast andere kleine verhalen geworden.
Grote verhaal
 Kenmerk van het grote verhaal is vorlgens de Franse filosoof Lyotard dat het zichzelf voor
waar houdt. Een groot verhaal pretendeert alles te begrijpen en op elke vraag een antwoord
te hebben. Daarom zijn grote verhalen volgens Lyotard totalitair.
Kleine verhalen
 Onze huidige samenleving is een netwerk van kleine verhalen die alle evenveel recht van
spreken hebben, elkaar aanvullen en tegenspreken en zich met elkaar verbinden en elkaar
onderbreken.

De overgang van grote naar kleine verhalen markeert de verschuiving van een uniforme samenleving
naar onze huidige pluriforme samenleving.
Deze ontwikkeling heeft gevolgen voor het sociaal werk:
- Verscheidenheid aan leefstijlen en leefsituaties van cliënten en doelgroepen neemt toe.
Daardoor worden sociaal werkers geconfronteerd met een diversiteit en veelheid van
opvattingen waar ze het soms wel en soms niet mee eens zullen zijn.

Verantwoordelijk zijn we op het moment dat we weigeren op voorhand de regels te gehoorzamen
en we de consequenties van ons handelen dragen. Daar ligt de kern van het sociaal werk.

,Sterk verhaal
 Hoewel het tijdperk van de grote verhalen voorbij is, zijn sommige verhalen nog steeds
dominant. Deze verhalen zouden we sterke verhalen kunnen noemen.
Sterke verhalen ontlenen hun effect aan een selectie en ordening van feiten en het
benadrukken van bepaalde details die een bepaalde overtuiging aannemelijk moeten maken.
Een bepaalde invalshoek wordt erin uitvergroot, waardoor andere invalshoeken klein en
nauwelijks zichtbaar worden. Daardoor krijgt het sterke verhaal een soort
vanzelfsprekendheid, waarbij de andere verhalen niet meer gehoord worden.
VB: Sterke verhaal van nu is het verhaal over de autonomie van de mens.

De mens als subject
- De vraag of de mens een vrije wil heeft, wordt al eeuwenlang door filosofen bediscussieerd.
In de 16e eeuw bijvoorbeeld werd de vrije wil tegenover Gods wil geplaatst, maar nu gaat het
om de vraag of onze wil bepaald wordt door ons DNA.
- Het sterke verhaal van de autonome mens begint in de 17e eeuw. Dan wordt het ‘moderne
subject’ geboren.

Het moderne subject
- In de filosofie wordt de autonome mens aangeduid met de term ‘modern subject’. Modern
verwijst hier naar de moderniteit, die in de 17e eeuw begint. De ontwikkelingen in die
periode beperken zich niet tot de filosofie. Heel de westerse cultuur verandert.
- Subject betekent letterlijk ‘wat er onder ligt’. In de moderniteit ontdekt de mens zichzelf als
fundament van het weten en de kennis van de werkelijkheid. Dit heeft tot gevolg dat de
mens zichzelf gaat onderzoeken. Filosofen als Kant en Descartes hebben zich intensief
beziggehouden met de vraag wat de mens tot fundament van het weten maakt.
Belangrijkste vernieuwing is dat de mens zichzelf leert te begrijpen als individu en als
fundament en oorsprong van zijn verhouding tot de werkelijkheid.

Het idee van het moderne subject domineert nog steeds het denken over de mens en ligt ten
grondslag aan het idee van autonomie en zelfbeschikkingsrecht.

Kritiek op het moderne subject
- Er is ook veel kritiek gekomen op het idee dat de mens autonoom is. Freud betoogde dat we
door onbewuste drijfveren worden beïnvloed, Nietzsche ontmaskerde de menselijke
autonomie als een geval van hoogmoed en Marx liet zien hoe wij door maatschappelijke
verhoudingen worden bepaald. Vanwege hun kritiek worden Freud, Nietzsche en Marx wel
de ‘meesters van het wantrouwen’ genoemd.
- Deleuze en Derrida zetten de kritiek op het subject verder voort. Zij deden dat zeer radicaal.

Het verschil tussen filosofie en wetenschap
- Menswetenschappen zijn empirische wetenschappen. Zij onderzoeken de waarneembare
kenmerken, gedragingen en situaties waarin mensen leven. Al deze onderzoeken gaan uit
van bepaalde definities van geluk, gelijkheid, verantwoordelijkheid en vrijheid, maar zij
onderzoeken deze begrippen zelf niet.
- De filosofie stelt die fundamentele vragen nu juist wel.
Wat is echt geluk? Kan de mens wel echt gelukkig zijn? Etc.
De filosofie stelt steeds opnieuw de vraag naar de relatie tussen denken en het zijn, dat wil zeggen:
de werkelijkheid.

De filosofische verwondering betreft het alledaagse: waarom zijn de dingen zoals ze zijn? Het is te
vergelijken met de kinderlijke verwondering van het ‘waarom’: Waarom gaan we dood?

,  De Nederlandse filosoof Cornelis Verhoeven merkt op dat deze verwondering een
‘verwoestende uitwerking’ kan hebben op onze vanzelfsprekendheden. Verwonderen is een
schok die tot verwarring leidt, omdat de werkelijkheid ineens niet meer blijkt wat zij leek.
Deze schok van de verwondering heeft alle grote filosofieën doordrongen. En de filosoof
onderscheidt zich van de wetenschapper, doordat hij de schok doorstaat.

Gaat de wetenschap de weg van het onbekende naar het bekende, de filosofie neemt de
omgekeerde weg van het bekende naar het onbekende.

Zodra het denken routine wordt, denken we zonder na te denken (verhoeven). Hiertegenover plaatst
de Franse filosoof Michel Foucault de ‘kritische zelfwerkzaamheid van het denken’ of de
‘zelfoefening van het denken’. Denken is in zijn ogen niet veel waard wanneer het enkel is gericht op
het verwerven van kennis en ons niet op een bepaalde manier in verlegenheid brengt.
- Foucault neemt daarmee duidelijk afstand van een filosofie die anderen de wet wil
voorschrijven, de waarheid wil vertellen en de les wil lezen.

De filosofie zou in deze opvatting dus niet de bestaande kaders moeten rechtvaardigen, maar zich
daarover moeten verwonderen en deze kritisch moeten doordenken.
 Als kritische reflectie en verwondering opent de filosofie nieuwe perspectieven vanwaaruit
maatschappelijke problemen anders gezien en benaderd kunnen worden.

Van gedachten wisselen.
 Wat betekent ‘van gedachten wisselen’ vanuit de opvatting dat filosofie verwondering en
een zelfoefening van het denken is? Van gedachten wisselen wil hier zeggen met elkaar onze
oordelen ondervragen, vanzelfsprekendheiden ter discussie stellen en de onuitgesproken
opvattingen over vrijheid, respect, rechtvaardigheid en wat het betekent mens te zijn kritisch
door te denken.

Disciplines in de filosofie
- Op het gevaar af de disciplines eenvoudiger voor te stellen dan zij zijn, volgt hieronder een
schematisch overzicht van de verschillende filosofische disciplines en de specifieke vragen
die daarin centraal staan.
 De ontologie (of de leer van het zijn)
Stelt de vraag wat werkelijkheid of zijn is.
 Metafysica
Metafysica is een niet weg te denken begrip in de filosofie en wordt door sommigen
gelijkgesteld met ontologie. Het is moeilijk een eenduidige betekenis aan het begrip te
geven. Letterlijk betekent het ‘dat wat na de fysica komt’. In die zin wordt de term sinds
Aristoteles in het algemeen gebruikt. Voor Aristoteles is de metafysica een denken over
wat voorbij de grenzen van de voor ons waarneembare werkelijkheid ligt. Metafysisch
betekent dan bovenzintuiglijk. God is zo gezien een metafysisch wezen.
Onderscheid tussen ontologie en metafysica:
Ontologie is dan de vraag naar het zijn en metafysica de vraag naar het hoogste zijnde,
dat het fundament vormt van de werkelijkheid en de waarheid. Dat is een van de
redenen waarom metafysica voor Lyotard gelijkstaat met een groot verhaal en een
denken dat alles tot een eenheid wil herleiden. Metafysica staat dan gelijk met
eenheidsdenken.
 Kennis- en wetenschapsleer
Gaat in op de vraag wat kennis is en hoe kennis tot stand komt.
 Wijsgerige antropologie

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper SharonaReimink. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 65539 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€3,49  185x  verkocht
  • (34)
In winkelwagen
Toegevoegd