Hoorcollege 1 – verdieping goederenrecht
Waar moeten wij het goederenrecht plaatsen?
- Privaatrecht: burgers onderling
o Vermogensrecht
Boek 6: verbintenissen
Contract
Verb. uit de wet (onrechtmatige daad)
Boek 3.5: goederen
Vermogensrechten (=rechten die overdraagbaar zijn)
Zaken (dingen die je vast kan pakken)
o Roerend
o Onroerend
Verbintenisrecht
Een verbintenis is een vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee of meer
personen op grond waarvan de ene partij (schuldenaar) verplicht is tot een bepaalde
prestatie, waartoe de andere partij (schuldeiser) is gerechtigd.
- Recht van koper op levering (recht staat voorop in goederen)
- Recht van verkoper op betaling van koopsom
- Bronnen van verbintenissen:
o Art. 6:1 BW: verbintenissen kunnen slechts ontstaan, indien dit uit de wet
voortvloeit
Goederen zijn art. 3:1 BW
- Zaken en vermogensrechten
o Zaken
Eigendom: 5:1 BW: meest omvattende recht
Onderscheid
Roerend
Onroerend: Portacabin-arrest: bestemd om duurzaam ter
plaatse te blijven? Naar buiten toe kenbare bedoeling van de
bouwer.
o Vermogensrechten
Rechten op naam;
Rechten uit overeenkomsten;
Beperkte rechten;
Goederen
- Wat zijn de formaliteiten die ik moet verrichten (=levering) als ik een zaak wil
overdragen?
o art. 3:84 overdracht in het algemeen: geldige titel, beschikkingsbevoegdheid,
levering deze gelden altijd, ongeacht roerend of onroerende zaak
o art. 3:86/88: bescherming van derden
o art. 3:89 – 95: leveringsformaliteiten
- Zaken (art. 3:3)
o Roerend (=alles wat niet onroerend is. bv. Laptop)
, o Onroerend
Grond
Nog niet gewonnen delfstoffen
Met de grond verenigde beplanting, en
Gebouwen en werken die duurzaak met de grond verenigd zijn, hetzij
rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen en werken.
Gebouwen en werken..
- HR Portcabin, NJ 1998/97
o Belangrijk of container roerend of onroerend was.
- HR:
o Een gebouw kan duurzaam met de grond zijn verenigd doordat het naar aard
en inrichting bedoeld is duurzaam ter plaatse te blijven.
o Daarbij kan tevens worden gekeken naar de bedoeling van de bouwer, maar
alleen voor zover die naar buiten toe blijkt.
Gaat om aspecten die aangeven of dat gebouw bestemd is om
duurzaam ter plaatse te blijven.
Technische mogelijkheid van verplaatsbaarheid is op zichzelf ook niet
doorslaggevend.
o De verkeersopvatting vormt geen zelfstandige maatstaf wanneer het gaat om
de vraag of een zaak roerend of onroerend is.
Bestanddelen I
- Onzelfstandige onderdelen van een zaak, art. 3:4 BW, dat zelf daarom geen zaak
meer is.
o Verkeersopvatting (lid 1) (incompleet, constructieve afstemming);
o Niet te verwijderen zonder schade van betekenis.
- Invulling verkeersopvatting:
o Gebouw dat als gebouw incompleet is (niet bij productieproces maar het
gebouw zelf); of
o Hoofdzaak is zonder het bestanddeel onvoltooid.
- Machine in fabriek: Depex, NJ 1993/316
- Goudtanks bij tunnelbak: Prorail, NJ 2013/571
Bestanddelen II
- Art. 5:3 BW, eigenaar van een zaak is eigenaar van alle bestanddelen;
- Roerende zaken die natrekken aan een onroerende zaak worden daardoor
onroerend;
o Vb: een machine wordt geleverd onder EVB en wordt vervolgens
geïnstalleerd in het fabrieksgebouw? Wat gebeurt er met het EVB?
Overdracht
- 3:83 BW: overdraagbaarheid
- 3:84 BW
o Geldige titel;
o Levering;
o Door een beschikkingsbevoegde.
,Werkcollege 1 – verdieping goederenrecht
Opdracht 1: De aankoop van een paard
Fieke koopt een paard van Mandy. Het paard staat bij de manege.
a) Geef aan welke rechten en verplichtingen voor Fieke en Mandy uit de
koopovereenkomst voortvloeien.
Art. 7:1 BW
- Verplichting van Mandy om een paard te leveren aan Fieke
- Verplichting van Fieke is om een koopsom te betalen aan Mandy
- Verplichting voor de een geeft de recht voor een ander
- Mandy recht op koopprijs te vorderen
- Fieke recht op levering paard te vorderen
b) Geef aan in hoeverre uit deze koopovereenkomst overdraagbare rechten voortvloeien.
Verplichting voor de een geeft een recht voor de ander. Twee rechten: vorderen koopprijs
en vorderen levering. Zijn dat overdraagbare rechten? Het zijn vorderingsrechten.
Art. 3:83 BW: eigendom, beperkte rechten en vorderingsrechten zijn overdraagbaar.
Tenzij clausules zijn hier niet van toepassing.
c) Wat is nodig voor eigendomsovergang van het paard van Mandy naar Fieke?
Art. 3:84 – 3 vereisten
- Geldige titel: de rechtvaardiging van de overdracht verplichting tot levering van
het paard uit hoogte van de koopovereenkomst aanwezig
- Beschikkingsbevoegd: dat men de eigenaar is Mandy is eigenaar aanwezig
- Levering: wat gaan we leveren? Paard. Art. 3:2a = dieren zijn geen zaken. Lid 2:
bepalingen met betrekking tot zaken zijn op dieren van toepassing. Paard kan als
zaak wordt gezien: roerende zaak. Art. 3:90 BW: bezitsverschaffing. Als bezit van
paard van Mandy kan worden verschaft aan Fieke is er levering. Levering kan verder
worden uitgewerkt door art. 3:114 en 3:115 sub C aanwezig
- Fieke eigenaar van het paard!
Opdracht 2: Frank Boeijen
De succesvolle Nijmeegse zanger Frank Boeijen verdient het grootste deel van zijn geld door
het verzorgen van drukbezochte theatershows. Voor een uitzinnige menigte brengt hij zijn
indrukwekkende en ontroerende repertoire ten gehore. Na afloop van ieder optreden kan
Frank Boeijen het geld dat door het theater is opgehaald met de verkoop van kaartjes innen.
Deze vordering op naam bedraagt meestal tussen de 10.000 en 15.000 euro. Frank wil deze
vorderingen graag laten voorfinancieren door zijn bank en onderzoekt de mogelijkheden die
vorderingen (voor zover nodig bij voorbaat) te cederen aan zijn bank.
,Vraag 1
A) Zijn de vorderingen op de theaters in beginsel overdraagbaar?
Vorderingen op theaters. Theaters moeten Frank betalen Geldvordeningen. Frank wil
voorfinancieren en overdragen aan de bank. Dat kan, ze zijn overdraagbaar.
Art. 3:83 BW: vorderingsrechten overdraagbaar. Uitzonderingen doen zich hier niet voor.
b) Op welke twee wijzen kunnen deze vorderingen (in beginsel) worden geleverd?
Art. 3:84 vereisten. Vraag ziet specifiek op leveringspunt.
Leveringswijze vordering art. 3:94 BW.
Twee manieren:
Lid 1 – vordering op theater kan worden geleverd door akte en mededeling. Akte wordt
opgesteld door FB en de bank. Mededeling moet worden gedaan op de personen op wie dat
vorderingsrecht ziet. De theaters dus. Of FB of de bank de mededeling doet maakt niet uit.
Is een akte opgesteld en mededeling gedaan, dan kom je in een openbare sessie.
Lid 3 - stille sessie = leveringshandeling zonder mededeling. Er moet een akte worden
opgesteld, maar die akte moet authentiek zijn of die akte moet onderhands en
geregistreerd zijn. Registratie bij de belastingdienst. Mededeling is verder niet nodig.
c) Het is 1 januari 2017. Franks theatertour begint op 1 februari 2017. Kan Frank de
vorderingen op de theaters door middel van een stille cessie leveren op 1 januari 2017?
Waarom (niet)?
Art. 3:94(3) = vorderingen die al bestaan kun je leveren door sessie vraag b. Maar
vorderingen bestaan op 1 januari nog niet, omdat tour pas op 2 februari begint. Lid 3 zegt
dat rechten ook kunnen worden geleverd op wijze bij b, mits deze rechten op tijdstip van
leveren reeds bestaan of rechtstreeks zullen worden verkregen uit een dan reeds bestaande
rechtsverhouding. Als we ervanuit gaan dat de vordering op 1 januari toekomstig zijn,
kunnen we dan zeggen dat de vordering die na 1 februari ontstaan vorderingen worden uit
een dan reeds bestaande rechtsverhouding? Ja! De afspraak tussen FB en theaters is al
gemaakt, dus rechtsverhouding bestaat wel al.
Conclusie: ja, art. 3:94 lid 3 BW
d) Wat zou het gevolg zijn voor de cessie van de vorderingen op theaters als Frank
Boeijen op 2 februari failliet zou gaan en hij daarna nog 5 concerten geeft (op 12 februari,
2 maart, 9 maart, 14 april en 28 april).
Als iemand failliet gaat komt er een moeilijkheid in. Art. 23 faillissementswet = vanaf
moment dat je failliet bent, ben je beschikkingsonbevoegd. Art. 35 lid 2 FW kan ook nog
worden gebruikt voor duidelijkheid. Beschikkingsbevoegdheid is een van vereiste van
overdracht art. 3:84 BW. Dan kan een overdracht dus niet meer worden voltooid. FB kan de
vorderingen na 2 feb dus niet meer overdragen aan de bank.
,e) Stel dat de moeder van Frank haar auto heeft geparkeerd bij het huis van Frank
voordat hij failliet gaat. Wat zijn de gevolgen van Franks faillissement?
Art. 5:2 BW
Art. 3:109 en 3:119. Moeder van FB zal moeten aantonen dat de auto van haar is.
Arrest Teixeira de Mattos.
Frank Boeijen heeft een mooie nieuwe gitaar gekocht bij Electric Guitar N.V. Levering zal
plaatsvinden op 12 mei 2017. Betaling dient na facturering plaats te vinden.
Vraag 2
a) Is Franks recht op levering van de gitaar (in beginsel) overdraagbaar?
Art. 3:83 BW: ja het is een vorderingsrecht, dus overdraagbaar. Geen uitzonderingen hier.
b) Op welke twee wijze(n) kan dit recht op levering worden geleverd?
Art. 3:94
Lid 1 – openbare cessie: akte en mededeling aan electric guitar
Lid 3 – stille cessie: authentieke akte (akte door iemand opgemaakt die daar authenciteit
voor heeft) of geregistreerde onderhandse akte (geregistreerd bij belastingdienst)
c) Op 14 mei ontvangt Frank een factuur inzake de levering van de gitaar van (de hem
verder onbekende vennootschap) Incasso B.V. Daarop staat vermeld dat de vordering tot
betaling van de koopprijs aan Incasso B.V. is gecedeerd. Aan welke eisen moet zijn
voldaan wil deze cessie geldig zijn?
Incasso BV wordt uiteindelijk nieuwe schuldeiser. Dus er moet rechtsgeldige overdracht
hebben plaatsgevonden tussen EG en Incasso.
Art. 3:84 BW
- Geldige titel: er moet een verplichting zijn voor EG om de vordering tot betaling van
de koopprijs van FB te leveren aan Incasso. Welke verplichting zorgt ervoor dat het
gerechtvaardigd wordt dat Incasso nieuwe schuldeiser wordt? Verplichting tussen EG
en Incasso aanwezig.
- Beschikkingsbevoegd: moet sprake zijn van bestaande vordering. EG moet
rechthebbende zijn t.a.v. die vordering. Aanwezig!
- Levering: via openbare of stille cessie. Als er aan een van beide is voldaan, dan is het
goed. FB heeft mededeling al gekregen. Daarnaast moet er nog een akte worden
opgesteld. aanwezig!
d) Op welke wijzen kan de gitaar aan Frank Boeijen worden geleverd? Geef daarbij aan
welk van de beschreven alternatieven het meest voor de hand ligt.
3:84 laatste punt: Levering. Gitaar is roerende zaak. Art. 3:90 BW. Bezitsverschaffing.
Feitelijk (art. 114) of niet feitelijk leveren (art. 115). Hier ligt art. 115 sub a voor de hand.
, e) Stel dat Electric Guitar N.V. geen eigenaar was van de aan Frank geleverde gitaar, aan
welke voorwaarden moet in dat geval zijn voldaan wil Frank toch eigenaar worden van die
gitaar?
Art. 3:84 Beschikkingsonbevoegdheid. Geen rechtsgeldige overdracht. Wat kan FB dan
inroepen 3:86 BW. Twee vereisten wil Frank eigenaar worden:
1. Frank moet te goeder trouw zijn. Frank moet ervan uitgaan dat EG wel eigenaar was.
2. Overdracht anders dan al niet plaatsgevonden: er moet een redelijke tegenprestatie
tegenover staan. Bij koopovereenkomst is betalen koopprijs tegenprestatie.
Frank voldoet aan beide vereisten. Dus Frank wordt alsnog eigenaar.
f) Stel dat Guitar N.V. de vordering op Frank eerst aan Incasso B.V. heeft gecedeerd en
daarna nogmaals aan Factor B.V., kan Factor B.V. in dit scenario via een beroep op
derdenbescherming alsnog rechthebbende worden op de vordering op Frank? (Je mag
aannemen dat de vordering nog niet is betaald.)
Aan 3 vereisten van 3:84 worden voldaan. Geen sprake van beschikkingsbevoegdheid want
Incasso is rechthebbende geworden van die vordering. Dus derdenbescherming. Kan Factor
aan eisen voldoen van 3:88 BW?
Factor moet te goeder trouw zijn en sprake van onbevoegdheid die voortvloeit uit de
ongeldigheid van een vroegere overdracht. EG is niet onbevoegd geraakt door ongeldige
vroegere overdracht. Onbevoegd geraakt door rechtsgeldig aan Incasso overdragen.
Art. 3:88 kan dus niet succesvol worden ingeroepen.
g) Stel dat Frank niet wil dat de vordering tot betaling van de koopprijs wordt
overgedragen door Guitar N.V. Formuleer een contractueel beding waarmee Frank dit
effect (goederenrechtelijk) bereikt en geef daarbij aan in welk contract dit beding moet
worden opgenomen.
3:83 lid 2 = overdraagbaarheid vorderingsrecht kan door beding worden uitgesloten. Waar
beding aan moet voldoen volgt uit arrest Coface Finanz/Intergamma.
Beding dat goederrechtelijke werking heeft en waarmee goederrechtelijke werking is
beoogd. Let dus goed op formulering. Formulering moet niet zien op wat partijen met
vordering kunnen, maar moet zien op vordering zelf. Zin formuleren als: deze vordering is
onoverdraagbaar in de zin van art. 3:83 lid 2 BW.
Beding tussen contract FB en EG moet worden opgenomen.
Opdracht 3: Stellingen
Geef gemotiveerd aan of de onderstaande stellingen juist dan wel onjuist zijn..
a) Een overdracht tot zekerheid is ongeldig wegens het ontbreken van een geldige
levering.
Deze stelling is onjuist. Art. 3:84 lid 3 BW spreekt niet over ontbreken van geldige levering,
maar ontbreken van geldige titel.
b) Vruchtgebruik op een onroerende zaak wordt gevestigd door bezitsverschaffing.