Publieke Managers en Leiderschap
Dr. Nele Cannaerts & prof. dr. Bram Steijn
Het vak is zo opgezet dat we je door de literatuur heen leiden. Er wordt veel gevraagd met
het bijhouden van de stof. Voor de mensen thuis een discussieforum op canvas.
Tentamen MP en open vragen
Tentamen is schriftelijk (on campus met chromebook) evt. Proctored online thuis. 30 multiple
choice (50%) → kennisvragen, 3 open vragen (50%) → toepassing en vergelijkend. Boek en
artikelen vergelijken. 65-70% haalt het de eerste keer.
Over elk van de artikelen uit werkcollege zullen in ieder geval 1 of meerdere MC vragen
worden gesteld en de kans is groot dat onderdelen ook bij de open vragen aan de orde
komen.
Tentamenstof
● Van Wart (niet H11-H14)
● ‘T Hart & Tummers
● Artikelen (besproken op werkcolleges)
Tentamen test de leerdoelen en dan vooral (1) de kennis van begrippen, concepten en
theorieën; (2) het inzicht van de student om de vertaalslag van begrippen, concepten en
theorieën naar de publieke context te maken en (3) de kritische reflectie en het vermogen
om koppelingen over de verschillende cursusonderdelen heen te maken.
Bij het maken van de tentamens wordt gekeken naar de leerdoelen:
● Op het einde van dit opleidingsonderdeel kunnen de studenten verscheidene
basisbegrippen, methoden en instrumenten m.b.t. tot (publiek) leiderschap
benoemen;
● Op het einde van dit opleidingsonderdeel begrijpen studenten de globale
samenhang tussen verscheidene basisbegrippen, methoden en instrumenten m.b.t.
tot (publiek) leiderschap;
● Op het einde van dit opleidingsonderdeel kunnen studenten hun opgedane
basiskennis gebruiken om de verschillende theorieën over leiderschap te
herkennen, te begrijpen, uiteen te zetten en met elkaar te vergelijken.
● Op het einde van dit opleidingsonderdeel kunnen studenten beredeneren welke
consequenties een publieke context heeft voor het geven van leiding;
● Op het einde van dit opleidingsonderdeel kunnen studenten analyseren of een
specifieke publiek manager/leidinggevende beschikt over de vereiste competenties
om effectief te opereren in een publieke context;
● Op het einde van dit opleidingsonderdeel kunnen studenten onderzoek op dit terrein
beoordelen op wetenschappelijke kwaliteit en toepasbaarheid voor de praktijk;
Nadrukkelijk beoogd het vak studenten van alle masterdifferentiaties aan te spreken
,Agenda
● Bespreking opzet en toetsing vak
● Inleiding leiderschap a.d.h.v. Van Wart (H1 + 2)
● Boek van Van Wart wordt in eerste 3 colleges behandeld
● Werkcollege in 5e en 7e college → van tevoren artikelen bekijken en vragen
beantwoorden (vrijwillige deelname)
○ 1 december
○ 15 december
● Na laatste college nog vragenuurtje
Een van de belangrijkste onderwerpen daar is de publieke dimensie van leiderschap. Zal op
verschillende plekken terugkomen.
Programma
1
,College 1 - Inleiding Leiderschap
Wat is leiderschap?
Leiderschap kun je niet los zien van followers (p.3), en overigens ook niet van ‘de aard van
het werk’.
Volgens dit model zijn er 3 typen volgelingen: Werknemers, kiezers , aanhangers. Hierbij
kun je 9 typen leiders kunt herkennen.
● Transformationele leider: Kick out zwarte piet. Is anders over gaan denken de laatste
jaren.
● Willem Engel en de Jonge beiden leiders, maar verschillende typen volgelingen. Dit
vraagt andere competenties om met je volgelingen om te gaan. Er is niet 1 set
competenties voor iedere leider, maar is afhankelijk van context. Leiderschapstheorie
is heel contingent op wat voor leider je bent.
KERNELEMENT: Dat hangt er vanaf. Contingent van de omstandigheden wat je als leider
moet doen en of je effectief leider bent.
T’ Hart conceptualiseert het iets anders. 3 typen leiders:
● Politiek leiderschap (PVDA Asscher)
● Administratief leiderschap (Gemeentesecretaris Rotterdam)
● Maatschappelijk (civic) leiderschap (sociale bewegingen, Farmers Liberation Front,
Greta Thunberg)
Van Wart en ‘t Hart
● Van Wart legt de focus ligt op ‘organizational’ leaders. Kijkt heel sterk naar public
employees. Nadruk op publieke organisaties en werknemers als followers. Boek van
Van Wart kun je als encyclopedie gebruiken.
● ‘T Hart legt de focus op politieke leiders (met de nadruk op burgers/kiezers als
followers) Boek van ‘t Hart geschreven als monografie.
● Let wel: aan welk typen followers je leiding geeft heeft invloed op de competenties
die je als leidinggevende nodig hebt.
2
, Hoe definiëren we leiderschap?
● Rainey: By leadership, most people mean the capacity of someone to direct and
energize people to achieve goals.
○ 3 belangrijke aspecten: direct (richting geven, ergens heengaan), energize
people (motiveren, stip op de horizon geven), doelen.
● Gary Yukl (2006): defines leadership as “the process of influencing others to
understand and agree about what needs to be done and how to do it, and the
process of facilitating individual and collective efforts to accomplish shared
objectives”
○ Proberen volgers te overtuigen/meenemen om uiteindelijk iets te bereiken
● Van Wart: Leiderschap is het bereiken van resultaat, volgelingen
motiveren/ondersteunen/energie geven. Kijken naar omgeving, wat voor problemen
vinden hier plaats, is onze organisatie in alignment met omgeving (strategisch
niveau).
○ In Publieke sector is essentieel dat je bepaalde dienstbaarheid functie hebt
en service levert. Waar doe je het voor, bepaalde service. Die service focus
is essentieel in de publieke sector.
● ‘T Hart & Tummers: “public leadership is a process of influencing people to think or
act differently concerning public issues from what they would have otherwise done”
Een leider heeft verschillende competenties nodig
Het onderscheid task, people en organization is belangrijk (maar let ook op ‘change’)
● 3 belangrijke domeinen waar leider zich mee bezig moet houden: Taken (richting),
mensen, organisatie (relatie met omgeving). Het gaat bij de organisatie om een
mogelijke discrepantie met de omgeving.
● Allerlei dingen die je van leider verwacht: planning, delegeren, implementeren,
conflicten managen, omgeving scannen, netwerken, besluiten nemen etc. Je kunt het
nooit allemaal doen. Hangt dus ook af van situatie wat er nodig is van leider. Hierom
wordt leiderschapsfunctie vaak ook verdeeld over mensen (team van leiders). Leider
moet veel kunnen, dus afhankelijk van situatie bepaalt wat noodzakelijk is. Mark
Rutte kan zich in veel situaties staande houden, best knap.
Kortom een leider moet veel verschillende dingen kunnen en afhankelijk van de context pas
jij wel of niet goed als leider.
3