Hogeschool van Amsterdam
Maatschappij en Recht
Samenvatting
Culturele Diversiteit
Titel Psychologie en de multiculturele samenleving Titel Culturele Diversiteit
Auteurs Knipscheer, J. & Kleber, R. Samenstelling Djoeke Cals & Mirte de Vries
Druk 3e druk (2013) Collegejaar 2013-2014
Uitgever Boom-Lemma Uitgevers Uitgever Hogeschool van Amsterdam
ISBN 978-90-5931-884-7 Pro-nummer 00132/797/108301/14/0814
Student Janine Cornelissen
Studie Toegepaste Psychologie VT (2013-2014)
School Hogeschool van Amsterdam
, Samenvatting: Culturele Diversiteit
Janine Cornelissen
2
INHOUDSOPGAVE
Hoorcollege I: Crossculturele psychologie ........................................................................................................................................ 4
Paragraaf 1.1: Wat is cultuur? ............................................................................................................................................ 4
Paragraaf 1.2: Hoe noemen we de dragers van cultuur? ..................................................................................................... 5
Paragraaf 1.3: De relatie tussen cultuur en psychologie ..................................................................................................... 5
Paragraaf 1.4: Hoe onderzoeken we de invloed van cultuur? ............................................................................................. 5
Hoorcollege II: Crossculturele communicatie ................................................................................................................................... 7
Paragraaf 2.1: Etiketteren en plaatsen van emoties ........................................................................................................... 7
Paragraaf 2.2: Expressie van emoties ................................................................................................................................. 7
Paragraaf 2.3: Ontvangen van emoties ............................................................................................................................... 8
Paragraaf 2.4: Non-verbale communicatie ......................................................................................................................... 8
Hoorcollege III: Cultuur en cognitie ................................................................................................................................................ 10
Paragraaf 3.1: Cultuur en taal .......................................................................................................................................... 10
Paragraaf 3.2: Cultuur en waarneming ............................................................................................................................. 11
Paragraaf 3.3: Cultuur en geheugen ................................................................................................................................. 11
Paragraaf 3.4: Cultuur en Intelligentie ............................................................................................................................. 12
Hoorcollege IV: Multiculturaliteit in Nederland .............................................................................................................................. 13
Paragraaf 4.1: Definities van groepen .............................................................................................................................. 13
Paragraaf 4.2: Multicultureel Nederland: hoezo? ............................................................................................................. 13
Paragraaf 4.3: De ontmoeting van culturen ...................................................................................................................... 13
Paragraaf 4.4: Samenleven .............................................................................................................................................. 14
Paragraaf 4.5: Ideologie en beleid .................................................................................................................................... 14
Hoorcollege V: Samenleven in een multiculturele stad .................................................................................................................. 16
Paragraaf 5.1: Vooroordelen, stereotypen en discriminatie.............................................................................................. 16
Paragraaf 5.2: Het ontstaan van vooroordelen, stereotypen en discriminatie ................................................................... 17
Paragraaf 5.3: Verminderen van vooroordelen, stereotypen en discriminatie .................................................................. 18
Hoorcollege VI: Multicultureel onderwijs ....................................................................................................................................... 20
Hoorcollege VII: Multiculturele maatschappij op werkvloer ........................................................................................................... 23
Paragraaf 7.1: Diversiteit op de werkvloer anno nu .......................................................................................................... 23
Paragraaf 7.2: Werken met multiculturele groepen .......................................................................................................... 23
Paragraaf 7.3: Fases in de ontwikkeling van multiculturele groepen ................................................................................. 24
Paragraaf 7.4: Discriminatie op de werkvloer ................................................................................................................... 25
Paragraaf 7.5: Wat te doen om meer kansen te creëren? ................................................................................................. 25
Hoorcollege VIII: Consument in multiculturele samenleving .......................................................................................................... 26
Paragraaf 8.1: Media ....................................................................................................................................................... 26
Paragraaf 8.2: Marketing ................................................................................................................................................. 26
Hoorcollege IX: Gezondheidszorg in de samenleving ...................................................................................................................... 28
Paragraaf 9.1: Lichamelijke gezondheidszorg ................................................................................................................... 28
, Samenvatting: Culturele Diversiteit
Janine Cornelissen
3
Paragraaf 9.2: Psychische gezondheidszorg ...................................................................................................................... 30
, Samenvatting: Culturele Diversiteit
Janine Cornelissen
4
HOORCOLLEGE I: CROSSCULTURELE PSYCHOLOGIE
PARAGRAAF 1.1: WAT IS CULTUUR ?
Het is erg lastig om uit te leggen wat cultuur nou precies is. Iedereen is omgeven door cultuur en zonder kun je niet bestaan, maar je
bent je er nauwelijks van bewust. Vanuit de cultuur wordt er gehandeld, waargenomen, emoties getoond, gevoeld en gedacht. Mensen
worden zich pas bewust van cultuur, wanneer ze in aanraking komen met andere culturen en gewoonten. Menselijk gedrag kan dan
ook niet los gezien worden van de culturele context waarin dat gedrag zich afspeelt!
Cultuur heeft echter wel een aantal gemeenschappelijke elementen, en dat zijn er zes. Cultuur…
1. …is aangeleerd
2. …is impliciet
3. …is een keuze
4. …is bindend
5. …verwijst naar een groep mensen
6. …verwijs naar symbolen en verleent betekenis
1. Cultuur is aangeleerd
Cultuur heeft betrekking op gedragingen en ervaringen die het resultaat zijn van een leerproces. Wij leren ons op een bepaalde wijze
te gedragen, op een bepaalde wijze om te gaan met andere en ons op een bepaalde wijze uit te drukken. Wanneer wij over cultuur
spreken, verwijzen we juist naar dit aangeleerde aspect.
2. Cultuur is impliciet
Een mens staat er vaak niet bij stil in welke mate cultuur van invloed is op zijn leven, ofwel: een mens is zich vaak niet bewust van
cultuur. Pas als iemand wordt geconfronteerd met een andere cultuur, beseft hij hoezeer zijn gedrag en beleving vorm hebben
gekregen in een specifieke situatie.
3. Cultuur is een keuze
Elk mens heeft oneindige mogelijkheden in het leven. De bijna onbeperkte mogelijkheden worden begrensd dor een noodzakelijke
keuze, die richting geeft aan het gedrag van iemand. Met andere woorden: de cultuur geeft iemand pasklare antwoorden op grote en
kleine levensproblemen. Voorbeeld: het is handig dat je weet hoe je anderen moet groeien en hoe je je moet voorstellen bij een eerste
ontmoeting. Kortom: de cultuur geeft zekerheid. Culturele gewoonten en gebruiken voorkomen dat een persoon ieder moment zelf
moet beslissen en improviseren.
4. Cultuur is bindend
Mensen ontwikkelen een gewoonte of een regel, waarna deze gewoonte of regel een dwingend karakter krijgt. Het naleven ervan
wordt een verplichting. De cultuur modelleert gevoelens, gedragingen en denkbeelden, zodat wij handelen, voelen en denken in
overeenstemming met de voorschriften van de cultuur.
5. Cultuur verwijst naar een groep mensen
Wanneer we het over het begrip cultuur hebben, gaat het vaak om het gedrag en ervaringen met betrekking tot één persoon als lid
van een bepaalde groep. Cultuur heeft betrekking op zaken die worden gedeeld door een collectief. Tussen het gedrag van individuen
en cultuur bestaat een wederkerige relatie: cultuur beïnvloedt het gedrag van de leden van een gemeenschap, maar andersom hebben
ook individuen invloed op de cultuur.
6. Cultuur verwijst naar symbolen en verleent betekenis
Cultuur heeft te maken met voorschriften, regels en symbolen die betekenis geven. Groepen van mensen verschillen bijvoorbeeld
doordat zij aan personen en zaken een verschillende betekenis toekennen. Een voorbeeld van een symbool is dat mensen zich in de
ene cultuur anders kleden dan in de andere cultuur. Er kan dan ook gezegd worden dat aan de ene kant cultuur iets zichtbaars is (denk
aan: gedragingen of materiële producten) en anderzijds iets onzichtbaars (denk aan: normen en waarden).
Kortom: cultuur is lastig te definiëren. Zoals hierboven beschreven heeft cultuur een aantal gemeenschappelijke elementen, waardoor
cultuur een bindend karakter heeft en daardoor generaties lang overgedragen kan worden. Het is iets dat aangeleerd is: een geheel
van gewoonten, handelingen, waarden en normen, waardoor het gedrag van leden van een groep geregeld wordt.
, Samenvatting: Culturele Diversiteit
Janine Cornelissen
5
In het hoorcollege van Mirte de Vries worden echter twee definities gegeven die stellen dat cultuur niet bestaat, dat zijn de volgende:
1. Cultuur als non-entity: het is niks en het doet niks: cultuur wordt niet als verklaring van gedrag gezien, maar juist een
product ervan
2. Cultuur als ‘just another word for nothing else to say’: afstemming van gedrag en betekenisgeven van een groep mensen
PARAGRAAF 1.2: HOE NOEMEN WE DE DRAGERS VAN CULTUUR ?
Nu je een idee hebt van wat er onder cultuur wordt verstaan, kondigt de volgende ingewikkeldheid zich aan: wie zijn nou eigenlijk de
dragers van een cultuur? Welke mensen zijn nou representant voor een bepaalde cultuur? Zijn dat Nederlanders, Belgen, Turken,
Marrokkanen of Surinamers of Friezen, Limburgers, Achterhoekers, Koerden of studenten, blanken, boeren, of zwarten?
Om te beginnen is het goed om te weten dat er onderscheidt gemaakt worden tussen verschillende begrippen, die elk iets verschillends
aanduiden dan cultuur. Dat zijn de volgende drie begrippen:
1. Ras: ras en cultuur zijn twee verschillende zaken. Ras verwijst naar fysieke kenmerken. Het kan zo zijn dat een groep met
overeenkomstige fysieke kenmerken ook dezelfde cultuurelementen heeft, maar je mag niet generaliseren op basis van ras
2. Nationaliteit: ook nationaliteit en cultuur zijn twee verschillende dingen, ook al wordt er vaak verwezen naar ‘Japanners’
en ‘Amerikanen’ waarna ze de verschillen toeschrijven aan cultuur. Daarbij zijn nationaliteiten vaak heterogeen, wat wil
zeggen dat er bijvoorbeeld in Suriname vele talen gesproken wordt en verschillende godsdiensten naast elkaar bestaan
3. Etniciteit: dit verwijst naar ‘volk’ of ‘stam’ en in de Nederlandse situatie wordt er vaak verwezen naar Turken, Marrokkanen
en Surinamers, terwijl je dit ook niet als cultuur kunt beschouwen, omdat het vaak gelijkgesteld wordt aan nationaliteit
Er kan geconcludeerd worden dat het lastig is om cultuurdragers van een bepaalde cultuur aan te wijzen. Stel dat je een onderzoek
doet waarvoor je cultuurdragers nodig hebt, dan is selectie van deze cultuurdragers problematisch. De ‘cultuurdragers’ zijn dan
afhankelijk van de kenmerken van het onderzoek.
PARAGRAAF 1.3: DE RELATIE TUSSEN CULTUUR EN PSYCHOLOGIE
Er bestaan een aantal verschillende disciplines rondom de sociale wetenschappen, in het boek en het hoorcollege worden de volgende
vier genoemd:
Sociologie: gericht op het begrijpen van de samenleving
Psychologie: gericht op het begrijpen van een individu
Culturele antropologie: gericht op het begrijpen van (primitieve) culturen
Crossculturele psychologie: gericht op het begrijpen van verschillen tussen individuen in verschillende culturen
De culturele antropologen maken gebruik van de emic-benadering, een cultuurspecifieke benadering, terwijl de crossculturele
psychologen gebruik maken van een etic-benadering: een universalistische benadering die lijnrecht tegenover de emic-benadering
staat.
Naast een emic- en etic-benadering kunnen er ook drie visies onderscheiden worden binnen de psychologie, dat zijn de volgende:
1. Absolutisme: psychologische processen zijn gelijk in verschillende culturen. Karakteristieken meet men met standaard
instrumenten. Een voorbeeld is depressie, dat overal hetzelfde wordt geuit en met standaard instrumenten gemeten wordt
2. Relativisme: psychologische processen en uitingen ervan zijn cultureel gevormd. Vergelijkingen worden als etnocentrisch
gezien en daarom worden deze vergelijkingen bijna nooit gemaakt
3. Universalisme: psychologische processen zijn hetzelfde over alle culturen, maar hun ontwikkeling en manifestatie zijn
verschillend in de culturen. Het uiten van emoties, in elke cultuur worden emoties geuit alleen kunnen de emoties in elke
cultuur op een andere manier geuit worden
PARAGRAAF 1.4: HOE ONDERZOEKEN WE DE INVLOED VAN CULTUUR ?
Zoals in de vorige paragraaf te zien was, zijn er verschillende disciplines rondom de sociale wetenschappen die elk een bepaald aspect
onderzoekt. Echter kunnen er bij het onderzoeken van de invloed van culturen verschillende moeilijkheden voordoen. Onderstaand
worden deze moeilijkheden benoemd en toegelicht.