Noordhoff Zorgpad
Leerpad Verpleegtechnische handelingen
Toedienen van parenterale vloeistoffen
Redenen om een *Inbrengen van vocht;
infuus in te brengen *Inbrengen van voedsel;
*Inbrengen van bloed / transfusie;
*Inbrengen van medicatie;
*Openhouden van een ader;
Inbrengen van vocht -Indicaties hiervoor kunnen zijn;
*Wanneer de opname van vloeistof via het spijsverteringskanaal gestoord
en/of ongewenst is;
*Vochttoediening heeft een herstellende functie;
*Toediening van vocht verbeterd de vocht- en elektrolytenbalans;
-Preventieve indicatie;
*Voorkomen van uitdroging/ dehydratie;
Ontstaan vocht -Te kort aan vocht kan ontstaan door;
tekort *Onvoldoende vochtopname;
*Groot vochtverlies, bijvoorbeeld bij braken, diarree en transpiratie;
*Koorts/ SEPSIS (bloedvergiftiging);
*Bloedverlies;
*Plasmaverlies, zoals bij een brandwond;
Isotone vloeistof -Isotone vloeistof is een vloeistof die gelijk is aan de concentratie van de
opgeloste stof in het bloed;
*Isotone vloeistof heeft dus dezelfde osmotische waarde als het bloed;
*Omdat het gelijk is met het bloed kan het zonder problemen worden
opgenomen in het bloed en weefsels;
-Zouten vallen uiteen in elektrisch geladen deeltjes;
Vloeistoffen
osmotisch
uitgebeeld
Voorbeelden van -Fysiologisch zout bevat 0,9% NaCl-oplossing;
isotone vloeistoffen -Glucose 5% oplossing;
-Zout- en glucose oplossing;
*NaCL 0,45%;
*Glucose 2,5%;
-Ringer-vloeistoffen;
*Oplossingen met Natrium, Kalium, Calcium en Chloor;
-Zuiveringszoutoplossing;
*Bevat 1,4% Natriumcarbonaat;
,Noordhoff Zorgpad
Leerpad Verpleegtechnische handelingen
Toedienen van parenterale vloeistoffen
Voorbeelden van
isotone vloeistoffen
Hypertone -Infusievloeistoffen met hogere concentraties aan opgeloste stoffen;
vloeistoffen *Zoals glucose 10% of 20%;
-De osmotische waarde is dus hoger dan het bloed;
*Zie de afbeelding op pagina 1;
Hypotone -Infusievloeistoffen met lagere concentraties aan opgeloste stoffen;
vloeistoffen *Zoals NaCl-oplossing 0,45%;
-De osmotische waarde is dus lager dan het bloed;
Aandachtspunten -Indien de arts een hypertone of hypotone vloeistof voorschrijft;
*Geef je de zorgvrager extra aandacht en ben je extra alert;
*Extra alertheid op mogelijke flebitis en/of onwel wording van de
zorgvrager;
Deficiëntie -Hier spreek je over als iemand te weinig vloeistoffen binnen krijgt;
Vervangingstherapie -Wordt ingezet bij een zorgvrager die veel stoffen verliest;
*Bijvoorbeeld door braken en/of diarree;
-De stoffen die iemand kwijt raakt of te weinig heeft wordt met een
perifeer infuus aangebracht;
Correctietherapie -Wordt ingezet wanneer de zuurgraad te hoog of te laag wordt;
*Zuurgraad kan namelijk stijgen en dalen;
-Bij een pH van onder de 7,35 of boven de 7,45 spreek je van verstoring;
-pH corrigerende stoffen zijn;
*Natriumcarbonaat;
*Melkzuur;
Acidose -Er is sprake van acidose bij een pH onder de 7,35;
-Het lichaam probeert de balans te herstellen;
*De ademhaling gaat sneller en dieper;
*Zure stoffen kunnen je lichaam zo weer verlaten;
*Nieren gaan meer zure stoffen uitscheiden;
-Er zijn twee soorten acidose;
1.Metabole acidose;
*Je spreekt hiervan als je bloed verzuurd doordat de stofwisseling
verstoord is;
2.Respiratoire acidose;
*Bij deze vorm ligt het probleem in de longen, de longen functioneren niet
goed genoeg waardoor zure stoffen niet goed het lichaam verlaten;
Symptomen *Misselijkheid, braken, vermoeidheid, dieper en sneller ademhalen;
metabole acidose *Zwak gevoel, verwardheid, dalende bloeddruk;
*Kan aflopen tot shock en daarna coma;
,Noordhoff Zorgpad
Leerpad Verpleegtechnische handelingen
Toedienen van parenterale vloeistoffen
Alkalose -Er is sprake van alkalose bij een pH boven de 7,45;
*Het bloed is dus te basisch;
-Je lichaam gaat minder ademhalen;
*Zodat minder zure stoffen het lichaam verlaten;
-Nieren gaan minder zure stoffen uitscheiden;
-Alkalose is te verdelen in twee soorten;
1.Metabole alkalose;
*Veroorzaakt door een verstoring in de stofwisseling;
2.Respiratoire alkalose;
*Ontstaat vaak bij hyperventilatie
Oorzaken alkalose -Te veel verliezen van zure stoffen (maagzuur) door overmatig braken;
-Veel zure stoffen verliezen door veel plassen;
*Zoals bij het gebruiken van diuretica/bloeddrukverlagende middelen;
-Bij overmatig zweten;
*Dit zie je vaak bij patiënten met de taaislijmziekte;
Symptomen alkalose -Bij metabole alkalose;
*Zelden > Spiercontracties, spierkrampen en prikkelbaarheid;
-Bij dehydratie;
*Veel dorst, uitgeput gevoel, misselijkheid, duizeligheid;
-Bij alkalose met hypokaliëmie;
*Spierzwakte, kramp, misselijkheid en hartritmestoornissen;
-Bij respiratoire alkalose;
*Licht gevoel in je hoofd, spiercontracties, prikkelend gevoel ledematen,
kramp in handen en/of voeten en flauwvallen;
Voedingsinfuus -Wordt ingezet bij mensen die een voedingsstoffen te kort hebben;
*Of als toediening via het spijsverteringskanaal niet wenselijk is;
-Infusievloeistof kan bevatten;
*Aminozuren;
*Koolhydraten;
*Vetten;
-Infusievloeistoffen zijn vaak Hypertoon;
*Dus de concentratie opgeloste stoffen is groter dan in het plasma;
Voeding toedienen -Hierbij wordt de infusievloeistof in de arm toegediend;
via perifeer infuus *Echter wel een grote kans op aderontsteking/flebitis en trombose;
Perifeer infuus/
venflon in de arm >
Subclavia infuus -Infuus in de ader onder het sleutelbeen;
(voeding toedienen) -Wordt ook gebruikt voor parenterale voeding toedienen;
*Kans op flebitis en trombose nog steeds aanwezig;
,Noordhoff Zorgpad
Leerpad Verpleegtechnische handelingen
Toedienen van parenterale vloeistoffen
Inbrengen van bloed -Bloed inbrengen heet ook wel een TRANSFUSIE;
-Infusievloeistof kan bestaan uit;
*Bloed;
*Bloedcomponenten;
*Bloedplasma;
-Kan zowel via een Perifeer infuus als Centraal infuus worden toegediend;
-PC’s > Packed Cells;
*Rode bloedcellen zonder plasma voor transfusie;
*Extra toelichting > rH positief en rH negatief staan voor de
RHESUSFACTOR;
Overzicht
bloedgroepen en
transfusie
Inbrengen van -Infuusvloeistof kan als oplosmiddel dienen;
medicijnen *Oplossen van een medicijn is nodig wanneer de medicatie tot ernstige
beschadiging van de vaatwand kan leiden;
*Zoals bij cytostatica;
-Medicijn per infuus geven is wenselijk wanneer een medicijn langere tijd
gelijkmatig moet worden gegeven;
*Kan via een perifeer infuus worden toegediend;
*Na toediening wordt het infuus doorgespoten met naCL;
Openhouden van -Dit wordt ook wel een waakinfuus genoemd;
een ader -Wordt geplaatst bij patiënten die komen voor een operatie;
*Voorbeeld > Mw S wordt geopereerd aan haar heup. Tijdens de operatie
daalt haar bloeddruk flink. Via het perifeer infuus kunnen de
anesthesiologen direct medicijnen in de bloedbaan spuiten;
Perifeer infuus -Is een voorbehouden handeling;
*Mag alleen uitgevoerd worden door iemand die bevoegd en bekwaam is;
-Bij een perifeer infuus wordt er intraveneus geprikt in een toegankelijke
ader;
*Onderhuidse venen bijvoorbeeld in de onderarm of handrug;
, Noordhoff Zorgpad
Leerpad Verpleegtechnische handelingen
Toedienen van parenterale vloeistoffen
*Wordt ook weleens gedaan in de voeten;
-Er zijn verschillende soorten naalden, canules, katheters;
*Materiaal hangt af van de ader waar het infuus zet;
*Hangt ook af van de
voorgeschreven vloeistof;
-Indien sprake van een
transfusie gaat de
voorkeur uit naar een
dikke naald;
Verschillende venflon
naalden >
Perifere canule -Is korten dan de canule van een centraal infuus (CVK);
-De uiteinde van de canule ligt maximaal zes centimeter van de
insteekopening;
-De dikte van de canule is afhankelijk van het doel en van de vaten van de
zorgvrager;
Centraal infuus -Mag alleen door een arts worden ingebracht;
-Kan gevaarlijke complicaties met zich meebrengen;
*Zoals een Pneumothorax of hartritmestoornissen;
-Meerdere plaatsen op een CVK te plaatsen;
*v. Femoralis > Liesader;
*v. Jugularis > Halsader;
*v.Sublavia > Ader onder het sleutelbeen;
-De VENA subclavia wordt het meeste gebruikt;
-Via de genoemde vene wordt een katheter geplaatst;
*Katheter wordt opgeschoven tot vlakbij de rechterboezem;
CVK bij v. Sublavia -Achteraf wordt een THORAXFOTO gemaakt;
*Risico bij een CVK bij de v. Subclavia is het aanprikken van de longtop;