Voorbeeld 3 van de 63 Oefenvragen
Vraag 10: (6 punten)
Leg aan de hand van Casus I uit waarom de AFM bevoegd was om het prospectus van Randstad goed te keuren. Ga er vanuit dat Randstad haar zetel in in Nederland heeft en dat de nominale waarde van de aandelen meer dan € 1.000 bedroeg.

Vraag 10: (6 punten)
Leg aan de hand van Casus I uit waarom de AFM bevoegd was om het prospectus van...
Op grond van artikel 1:1 onder a Wft onder de definitie van “effect” kwalificeert een verhandelbaar aandeel als effect. Op grond van artikel 5:1, onder d, sub 1 Wft kwalificeren verhandelbare aandelen als een effect met aandelenkarakter. Op grond van artikel 5:6 lid 1 onder a Wft is de AFM bevoegd tot goedkeuring van het prospectus indien de uitgevende instelling zetel heeft in Nederland en het een toelating van effecten tot de handel op een gereglementeerde markt betreft, in Nederland van effecten met een aandelenkarakter. Aangezien het hier gaat om een toelating tot de gereglementeerde markt in Nederland van effecten met een aandelenkarakter gaat is de AFM bevoegd om het prospectus goed te keuren. 

In Het Financieele Dagblad van zaterdag 13 mei jl. stond het volgende artikel over de beursgang van VolkerWessels (hieronder wordt slechts het relevante deel van het artikel weergegeven):

VolkerWessels na eerste handelsdag € 1,89 mrd waard 
Een feestelijke terugkeer voor bouwbedrijf VolkerWessels op de Amsterdamse beurs. De handel in VolkerWessels opende rond de introductieprijs van €23 en sloot 2,5% hoger. Het bouwbedrijf staat sinds vrijdag aan de Amsterdamse beurs genoteerd, met het tickersymbool 'KVW'. VolkerWessels-ceo Jan de Ruiter verzorgt de traditionele gongslag. 

De introductieprijs van €23 is vrijdagmorgen vroeg bekend gemaakt. Daarmee hangt er een prijskaartje van €1,84 mrd aan het bedrijf, dat via investeringsfonds Reggeborgh tot en met donderdag voor 100% eigendom van de familie Wessels was. De introductiekoers is net onder het midden uitgekomen van de eerder afgegeven bandbreedte van €21,25 tot €25,25 per aandeel. 

'Wij vinden dit een mooie introductieprijs', zei bestuursvoorzitter Jan de Ruiter vlak na de gongslag op Beursplein 5, waar de beursgang van VolkerWessels wordt gevierd. 'Of de familie Wessels dit een goede prijs vindt, zal ik straks vragen. Maar het is doorgegaan, dus daar u kunt u wel vanuit gaan. Het had nog scherper gekund, maar wij willen nog groei in de toekomst laten zien.'
De begeleidende banken hebben zoals gepland 25 miljoen aandelen VolkerWessels geplaatst bij beleggers, die vanaf vandaag negen uur verhandeld mogen worden. Dat is 31,25% van alle aandelen. Als de overtoewijzingsoptie volledig wordt gebruikt kan dit nog oplopen tot 35,94% van de stukken.

De familie Wessels heeft besloten het bouwbedrijf naar de beurs te brengen om zo meer spreiding in het vermogen van de familie aan te brengen. De familie houdt vooralsnog een meerderheidsbelang. Op termijn wil de familie een belangrijke minderheidsaandeelhouder worden. Mocht het belang van de familie onder de 20% zakken, dan wordt een beschermingsconstructie van kracht.
De onderneming is niet alleen in Nederland actief; onder meer in het Verenigd Koninkrijk en Canada zijn er omvangrijke activiteiten. Met de familie Wessels zijn verder ook commerciële banden. In het prospectus voor de beursgang is aangestipt dat er voor €188 mln zaken wordt gedaan met de familie via onder meer Reggeborgh. Dat gaat bijvoorbeeld om vastgoedtransacties waarbij investeerder Reggeborgh kantoren of woningen heeft afgenomen van de bedrijven van VolkerWessels.
In het artikel wordt gesproken van een beschermingsconstructie die pas in werking treedt als het belang van de familie onder de 20 procent zakt. Leg gemotiveerd uit wat in algemene zin de reden is om een beschermingsconstructie aldus vorm te geven, dat deze pas in werking treedt als het belang van de verkopende grootaandeelhouder onder een vooraf vastgestelde grens zakt.


In Het Financieele Dagblad van zaterdag 13 mei jl. stond het volgende artikel over de beursgang van ...
Met een grootaandeelhouder heb je geen beschermingsconstructie meer nodig.

Zoals uit het artikel blijkt, stond in het prospectus onder meer vermeld dat er voor €188 mln zaken wordt gedaan met de familie Wessels via onder meer investeringsvehikel Reggeborgh. Bij wijze van hypothese nemen we nu aan dat deze transacties van €188 mln met de familie niet in het prospectus werden vermeld, en dat beleggers die hierdoor (beweerdelijk) schade hebben geleden VolkerWessels hiervoor aansprakelijk stellen. Hoe luidt de door de Hoge Raad geformuleerde maatstaf aan de hand waarvan kan worden beoordeeld of in dat geval het prospectus al dan niet misleidend was?


Zoals uit het artikel blijkt, stond in het prospectus onder meer vermeld dat er voor €188 mln zake...
Zie HR VEB c.s./World Online c.s., r.o. 4.10.3: bij de beantwoording van de vraag of een prospectus misleidend is moet worden uitgegaan van de vermoedelijke verwachting van een gemiddeld geïnformeerde, omzichtige en oplettende gewone belegger tot wie de mededeling zich richt of die zij bereikt. 
En zie HR VEB c.s./World Online c.s., r.o. 4.10.4: de rechter zal een onjuiste of onvolledige mededeling pas als misleidend kunnen kwalificeren, indien redelijkerwijs aannemelijk is dat de mededeling, gelezen in de context waarin deze is geplaatst, van materieel belang is voor de beleggingsbeslissing van de zojuist genoemde ‘maatman-belegger’. In dat geval is immers aannemelijk dat de onjuistheid of onvolledigheid redelijkerwijs het economische gedrag van de ‘maatman-belegger’ kan beïnvloeden.

Omdraaien
Opnieuw proberen