Zeer volledige Nederlandse samenvattingen van alle verplichte 9 artikelen betreffende het vak Jeugdcriminaliteit en Jeugdbescherming (UU). Op overzichtelijke wijze wordt alle belangrijke informatie weergegeven; een perfecte voorbereiding op het tentamen. Met deze volledige samenvatting heb je de ar...
Volledige Nederlandse samenvattingen van alle 9 verplichte artikelen.
Jeugdcriminaliteit en Jeugdbescherming
Universiteit Utrecht
,Inhoudsopgave
Week 1..................................................................................................................................................... 3
Artikel: Assink, Van der Put, Hoeve, De Vries, Stams, & Oort (2015). Risk factors for persistent
delinquent behavior among juveniles: A meta-analytic review.......................................................... 3
Week 5..................................................................................................................................................... 8
Boekhoofdstuk: Alink, Van IJzendoorn, Euser, & Bakermans-Kranenburg (2014). Gehechtheid en
Kindermishandeling. In P. Prins, C. Braet (Eds.), Handboek klinische ontwikkelingspsychologie (pp.
419-438). ............................................................................................................................................. 8
Artikel: Assink, Van der Put, De Jong, Meeuwsen, Oort, Stams, & Hoeve (2019). Riskfactors for child
sexual abuse victimization: A meta-analytic review. ........................................................................ 12
Artikel: Belsky (1980). Child Maltreatment. An Ecological Integration. ............................................ 19
Artikel: Widom, & Jay (2017). Long-Term Impact of Childhood Abuse and Neglect on Crime and
Violence. ............................................................................................................................................ 22
Artikel: Johnson, Giordano, Manning, & Longmore, M. A. (2011). Parent – child relations and
offending during young adulthood. .................................................................................................. 27
Artikel: van der Laan, Beerthuizen, & Goudriaan (2017). Ontwikkelingen in de jeugdcriminaliteit,
1997 tot 2015. ................................................................................................................................... 29
Week 6................................................................................................................................................... 33
Artikel: Sorrentino, Baldry, Farrington, & Blaya, (2019). Epidemiology of Cyberbullying across
Europe: Differences between Countries and Genders...................................................................... 33
Week 8................................................................................................................................................... 35
Artikel: Van der Put, Stams, Dekovic, Hoeve, & Van der Laan, (2014). Etnische verschillen in
risicofactoren. Verschillen tussen Nederlandse, Marokkaanse, Surinaamse, Turkse en Antilliaanse
jongeren in risicofactoren voor recidive. .......................................................................................... 35
, Week 1
Artikel: Assink, Van der Put, Hoeve, De Vries, Stams, & Oort (2015). Risk
factors for persistent delinquent behavior among juveniles: A meta-
analytic review.
Introductie
Een relatief kleine groep van levenslang (life-course) aanhoudende overtreders zijn
verantwoordelijk voor een disproportioneel hoeveelheid aan overtredingen. Deze negatieve
impact, onder meer de hoge kosten voor de samenleving, maakt het belangrijk om te
voorkomen dat jongeren een chronische delinquente carrière ontwikkelen door op tijd
effectieve behandeling of preventie aan te bieden. Het is daarom niet alleen relevant om te
bepalen welke jongeren een risico lopen voor chronische delinquentie (en die dus behandeld
moeten worden), maar ook wat (welke risico’s) geadresseerd moeten worden in deze
programma’s. Onderzoek naar de risicofactoren voor persistente delinquent gedrag is
daardoor cruciaal.
Het doel van deze studie is om de effecten van risicofactoren voor life-course persistente
(LCP) overtredende relatief aan adolescentie-beperkte (AL) overtredende statistisch samen
te vatten door een meta-analyse.
De invloedrijke ontwikkelings-taxonomische theorie van Moffitt stelt dat twee
kwalitatief onderscheiden overtredersprofielen gemaakt kunnen worden op basis van de
timing en duur van de antisociale betrokkenheid van de delinquente jongeren. Het eerste
profiel, het levenslange aanhoudende, bestaat uit een kleine groep van individuen die
verschillende manifestaties van persistent en serieus antisociaal gedrag vertonen over de
gehele levenspanne. Deze individuen beginnen met antisociaal gedrag in de kindertijd en
blijven dit gedrag vertonen in de adolescentie en volwassenheid. De herkomst van dit
stabiele disruptieve gedrag moet gevonden worden in de interactie tussen de
neuropsychologische beschadigingen van een kind en een benadeelde omgeving. Het
tweede profiel is adolescent-beperkt, en omvat een grote groep van individuen die
antisociaal gedrag vertonen; beperkt tot de fase van adolescentie in hun leven. Dit
adolescentie-beperkt antisociaal gedrag is primair niet-agressief en vindt zijn herkomst niet in
neuropsychologische beschadigingen, maar in het feit dat adolescenten wensen om
behandeld te worden als volwassenen daardoor hun levenslang-aanhoudende antisociale
leeftijdsgenoten nabootsen in de poging om de status en privileges van de volwassenheid te
krijgen.
Echter, komt empirisch bewijs niet overeen met deze theorie. Ten eerste, ondanks
dat een substantiële proportie van individuen hevig antisociaal gedrag vertonen in vroege
kindertijd, zien deze kinderen daarvan af tijdens adolescentie. Ten tweede, als hevig
antisociaal gedrag opkomt in de adolescentieperiode, is dit zelden beperkt tot de
adolescentie. Ten derde, zowel de levenslang-aanhoudende en adolescentie-beperkte
profielen komen overeen in termen van risicofactoren in de kindertijd,
persoonlijkheidskenmerken, neuropsychologische kwetsbaarheden en veranderingen in de
hersenstructuur en functie. Het onderscheid in de ontwikkelingsantecedenten tussen
adolescentie-beperkt en levenslang-persistente overtreders is dus eerder kwantitatief
(gerelateerd aan de hoeveelheid van antecedenten) dan kwalitatief (gerelateerd aan de aard
van de antecedenten), wat dus tegengesteld is aan Moffitt’s theorie.
Als adolescent-onset overtreders (overtredingen zijn begonnen in adolescentie) zowel
adolescentie-beperkte overtreders en mogelijk levenslang-persistente overtreders omvat,
, dan komt de vraag omhoog welke risicofactoren de grootste impact hebben op levenslang-
persistent overtreden gerelateerd aan adolescentie-beperkt overtreden. Het beantwoorden
van deze vraag geeft meer inzicht in de antecedenten van chronische delinquentie, maar is
ook belangrijk voor het verbeteren van de risico-assessment procedures als de strategieën
voor zowel preventie als interventie.
De risicofactoren worden vaak geassocieerd in groepen met soortgelijke
risicofactoren die geassocieerd worden met persistent delinquent gedrag; dit zijn domeinen.
Een belangrijk model is het RNR model (risk-need-responsitivity), die de risicofactoren
onderscheid in 8 grote domeinen. Er zijn de vier ‘grote’, door hun sterke predictieve power
voor crimineel gedrag (geschiedenis van antisociaal gedrag, antisociaal
persoonlijkheidspatroon, antisociale cognitie en relatie met antisociale leeftijdsgenoten), en
de ‘moderate’ vier die een matige relatie hebben met crimineel gedrag (gezin, school/werk,
vrije tijd en middelengebruik). Het risico-principe stelt dat de intensiteit van een interventie
proportioneel moet zijn aan het risico op opnieuw het begaan van een overtreding. Volgens
het behoefte-principe, moeten interventies die gericht zijn op het verminderen van delinquent
gedrag, criminogenische behoeftes van overtreders adresseren, wat veranderbare
karakteristieken zijn van de overtreders en die geassocieerd worden met het begaan van
nogmaals een overtreding (dynamische risicofactoren).
Deze huidige studie is relevant voor het verkrijgen van kennis over de effecten van
risicofactoren. Deze kennis kan de huidige risico- en assessmentpraktijken verbeteren; hoe
meer relevante risicofactoren worden gemeten, hoe accurater een risico- of behoefte-
assessment zal zijn. Kennis van de effecten van risicofactoren kan ook de behandelingen
verbeteren; deze kennis is namelijk cruciaal voor het bepalen welke risicofactoren
geadresseerd kunnen worden in de programma’s.
Methoden
Er werden 13 risicodomeinen in deze meta-analyse onderscheiden: criminele geschiedenis,
agressie, alcohol/drugsgebruik, relaties (factoren gerateerd aan de aard van kwaliteit van
relaties met voornamelijk leeftijdsgenoten), emotionele en gedragsproblemen, seksueel
gedrag, school/werk, gezin/familie, statische achtergrondfactoren (gender en etniciteit),
neurocognitie (bijv. intelligentie), attitude (zoals attitude naar delinquentie, het zijn van
vijandig naar de politie etc.), buurt en fysieke gezondheid.
Discussie
In deze studie is kwantitatief onderzocht wat de effecten zijn van verschillende
risicodomeinen voor levenslang-aanhoudende overtredende relatief tot adolescent-beperkte
overtredende.
Algemeen effect van domeinen van risicofactoren
Een significant algemeen effect werd gevonden voor 11 van de 14 risicodomeinen. De
(statische) achtergronddomein, de fysieke gezondheid domein en de buurt domein toonde
geen significant algemeen effect, wat betekent dat de achtergrondkenmerken, de mate van
fysieke gezondheidsproblemen en buurtkenmerken van levenslang-persistente overtreders
relatief overeenkwamen met die van de adolescentie-beperkte overtreders. Er werd
gevonden dat de niveaus van risicofactoren in de meeste domeinen significant hoger waren
in de levenslang-persistente overtreders dan in de adolescentie-beperkte overtreders. Deze
bevinden bevestigen in het algemeen dat blootstelling aan risicofactoren in verschillende
domeinen de kans voor hardnekkigheid in overtreden verhoogt, wat indiceert dat meerdere
risicodomeinen betrokken zijn bij delinquent gedrag.
Het sterkste effect werd gevonden voor criminele geschiedenis en agressie. Dit werd
ook verwacht, aangezien Moffitt stelde dat levenslang-aanhoudende overtreders
voornamelijk verschillen van adolescentie-beperkte overtreders in dat ze hogere niveaus van
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marloes99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R88,48. You're not tied to anything after your purchase.