Een samenvatting over alle stof van het examen van het jaar 2020/2021. De samenvatting is gebaseerd op de syllabus, die volgens het examencomité is samengesteld.
Maatschappijwetenschappen alle examenstof
Lotte Brouwer, VWO 6
Deze samenvatting is gebaseerd op de syllabus van het vak maatschappijwetenschappen van het
schooljaar 2020/2021
DOMEIN A
VAARDIGHEDEN
Onderdeel 1.1 Benodigde informatie verwerven en selecteren uit een bron
Je moet de aard van bronnen kunnen onderscheiden. Dat doe je door de betrouwbaarheid en de
representativiteit na te gaan:
- Waar komt de bron vandaan?
- Met welk doel is het geschreven?
- Op welke wijze zijn ze verzameld?
Onderdeel 2.4 Sociaalwetenschappelijke paradigma’s
Je moet de verschillende paradigma’s kunnen begrijpen en kunnen toepassen. Hieronder kort
samengevat wat de verschillende paradigma’s inhouden.
1. Functionalisme-paradigma Aanhangers van dit paradigma willen de samenleving als een
structuur beschouwen en leggen daarbij de nadruk op de verschillende functies binnen een
samenleving. Doordat bepaalde functies in de samenleving een groter belang hebben bij het
functioneren van deze samenleving ontstaat er sociale ongelijkheid.
2. Conflict-paradigma Aanhangers van dit paradigma geloven dat maatschappelijke
tegenstellingen en de daaruit voortvloeiende conflicten zorgen voor een steeds
veranderende maatschappij. Zij zien sociale ongelijkheid als de kern van de samenleving.
3. Sociaalconstructivisme-paradigma Aanhangers van dit paradigma onderzoeken de wijze
waarop mensen reageren op maatschappelijke werkelijkheid. Bindingen tussen mensen
wordt dan ook wel beschouwd als een noodzakelijk aspect binnen de samenleving. Sociale
ongelijkheid wordt volgens hen gevormd door het beeld dat mensen hebben van andere
groepen in de samenleving.
4. Rationele actor-paradigma Aanhangers van dit paradigma leggen de nadruk op de
verschillende actoren, en zij zullen altijd handelen vanuit eigenbelang.
Onderdeel 3.1 t/m 3.3 Onderzoek vaardigheden
Conceptueel model & hypothese
- Afhankelijke variabele hangt af van de onafhankelijke variabele
- Onafhankelijke variabele
- Een hypothese is eigenlijk het conceptueel model in een zin. In een hypothese zeg je
daadwerkelijke welke invloed er is tussen deze variabele. En het conceptueel model stelt dát
er een verband is tussen deze twee variabele.
Indicatoren & sociale categorieën
- Indicatoren Iets waaraan je een variabele af kunt meten.
- Sociale categorieën groepen maken binnen een variabele, zodat deze groepen met elkaar
vergeleken kunnen worden.
Onderzoeksmethoden
- Observatie je neemt waar
- Enquête Je kan veel mensen bereiken
- Diepte-interview veel meer achterliggende en diepgaande informatie
- Experiment je manipuleert iets. Je hebt bij een experiment vaak een onderzoeksgroep en
een controlegroep
,Eisen van onderzoek
- Validiteit meten wat je wilt meten. Dat doe je door de juiste vraag te stellen.
- Generaliseerbaarheid in hoeverre resultaten van het onderzoek ook bruikbaar zijn voor
groepen die niet binnen het onderzoek passen.
- Transparantie openlijk onderzoek
- Representativiteit de groep die wordt onderzocht moet een afspiegeling zijn van de
gehele groep je die onderzoekt. Dat wordt gedaan door een steekproef.
- Betrouwbaarheid een onderzoek is betrouwbaar als het niet op toeval gebaseerd is. Dit
kan je doen door het onderzoek meerdere keren te herhalen.
Causaliteit & correlatie
- Correlatie samenhang tussen twee variabele
- Causaal verband oorzaak-gevolg relatie tussen twee variabele
Soorten vragen
- Beschrijvend
- Verklarend
- Voorspellend
- Evaluatie
DOMEIN B
, VORMING
Kernconcepten bij het hoofdconcept binding:
- Socialisatie & acculturatie
- Cultuur
- Identiteit
- Politieke socialisatie
- Ideologie
Onderdeel 4.1 Het proces van socialisatie en acculturatie
Socialisatie het proces van overdracht en verwerving van de cultuur van de groep en de
samenleving waar mensen toe behoren. Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en andere
vormen van omgang met anderen.
Tijdens het proces van socialisatie vindt er constant een cultuuroverdracht plaats. Vaak is dit door
mensen uit een andere generatie of maatschappelijk positie. De cultuur die deze persoon aangeleerd
krijgt wordt ook eigen gemaakt door dat persoon. Het is dus ook een zelfontwikkelingsproces waar
mensen deel van uitmaken.
Door deze overdracht krijgen mensen ook stereotypen en vooroordelen overgedragen.
Stereotypen Vaststaande beelden, generalisaties en veronderstellingen over een groep mensen
Vooroordelen meningen over een groep mensen, niet gebaseerd op feiten.
Er wordt daarnaast ook nog onderscheid gemaakt tussen twee verschillende soorten socialisatie:
1. Enculturatie het aanleren en verwerven van de (sub)cultuur van de samenleving waarin
men geboren wordt
2. Acculturatie het aanleren en verwerven van een andere cultuur of elementen daaruit, dan
die waarin iemand is opgegroeid
Er zitten bepaalde functies aan het proces van socialisatie:
- De continuering van de cultuur in de samenleving
- De verandering van de cultuur van de samenleving en van groepen daarbinnen.
- Identificatie met de eigen groep en cultuur door het overbrengen van cultuurgebonden
waarden en normen
- Identiteitsontwikkeling van het individu
- Het reguleren van gedrag van mensen, waardoor deze voorspelbaar wordt.
Al lang is er een discussie gaande over of iets aangeboren (nature) of iets aangeleerd (nurture) is.
Onderdeel 4.2 Primaire, secundaire en tertiaire socialisatie
Socialisatie het proces van overdracht en verwerving van de cultuur van de groep en de
samenleving waar mensen toe behoren. Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en andere
vormen van omgang met anderen.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen drie soorten socialisatie:
1. Primaire socialisatie Mensen hebben directe en persoonlijke relaties met elkaar. Dit
wordt ook wel de ‘sociale huid’ genoemd.
Socialisatoren: vrienden, ouders etc.
2. Secundaire socialisatie Hier wordt mensen geleerd hoe zij zich moeten gedragen in
formele omstandigheden. Dit wordt ook wel ‘sociale kleren’ genoemd.
Socialisatoren: verenigingen, werk etc.
3. Tertiaire socialisatie Hier worden impliciet normen en waarden overgedragen.
Socialisatoren: anoniemen bronnen zoals, media, literatuur etc.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lottebrouwer26. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.