Radboud Universiteit Nijmegen
Faculteit der Managementwetenschappen (alle opleidingen)
Onderzoeks- en interventiemethodologie A
Weektaaknummer: 4
Naam studentnr Handtekening
.
Studierichting: Bedrijfskunde
Werkgroepnummer: 11
Weektaakgroepnummer
4
:
Inleverdatum: 25-9-2020
, Werkgroepnummer: [11] - [4] Datum: [25-9-2020]
Onderzoeks- en Interventiemethodologie A
WEEKTAAK 4: KWANTITATIEF ONDERZOEK: BESCHRIJVEN
VAN DATA EN TABELELABORATIE
ANTWOORDBLAD
4A KWANTITATIEF ONDERZOEK DEEL 1, BESCHRIJVEN VAN
DATA
Kennisvragen
Vraag 1
De kwantitatieve analyse bestaat uit de volgende drie belangrijke onderdelen (fases):
De voorbereiding, bij de voorbereiding bepaal je hoe je de data gaat verzamelen en voer je dit
uit. De aspecten van de voorbereiding zijn de dataverzamelingsmethode, de steekproef en de
dataverzameling. Dataverzamelingsmethode vaststellen, de steekproef, zo hoog mogelijk
meetniveau, daadwerkelijk uitvoeren. Meetniveau bepalen dan streef je naar ratio
meetniveau want die is bedoeld voor kwalitatief onderzoek omdat je altijd van een hoger
meetniveau terug kan gaan naar een lager meetniveau, maar niet andersom.
De datapreparatie, hier heb je de data reeds verzamelt en ga je ze klaarmaken om er analyse
over te doen. Criteria check, missing value, datacleaning, representativiteit, constructie
van variabelen, wat heb ik nog (extra) nodig, welk meetniveau past uiteindelijk het beste
De data-analyse, deze kun je op meerdere manieren aanpakken. Je kunt de data bijvoorbeeld
beschrijvend, samenhangend of met causaliteit analyseren. Naast deze drie zijn er nog veel
meer manieren op je data te analyseren. Wordt gekeken naar univariate variabelen of
bivariate variabelen, causaliteit, trivariate onderzoek. Onderzoekvraag beantwoorden,
heb ik het juiste meetniveau gekozen?
Vraag 2
Een gestratificeerde steekproef houdt in, dat er voordien subcategorieën gemaakt worden. Binnen deze
subcategorieën wordt een a-selecte steekproef getrokken. De resultaten van de steekproeven binnen
deze subcategorieën worden vervolgens gecombineerd tot één conclusie. Hierbinnen liggen nog twee
categorieën; proportioneel en disproportioneel. Bij een proportionele gestratificeerde steekproef wordt
iedere subcategorie meegerekend in dezelfde mate als dat deze in de werkelijkheid vertegenwoordigd
worden. Bij een disproportionele gestratificeerde steekproef wordt iedere subcategorie in die mate
meegerekend, dat ze allemaal in dezelfde mate vertegenwoordigd worden.
Een cluster steekproef houdt in, dat er voordien een random steekproef getrokken wordt uit alle
categorieën. Binnen de categorieën die getrokken zijn, doen alle deelnemers mee aan de steekproef. De
resultaten hiervan zullen worden samengevoegd tot één conclusie.
2