aardrijkskunde – hoofdstuk 3 en 4 Wonen in Nederland
HOOFDSTUK 3 LEEFBAARHEID IN STEDELIJKE GEBIEDEN
paragraaf 3.1 Wonen in een stedelijke omgeving
B162 – Urbanisatie
- Verstedelijking is het proces waarbij de steden in een gebied snel groeien, een ander
woord voor verstedelijking is urbanisatie.
- Twee oorzaken van urbanisatie:
trek van het plattegrond naar de stad, een vorm van migratie.
natuurlijke bevolkingsgroei
- kijk ook naar figuur 5.27, Basisboek blz. 105
Urbanisatie – suburbanisatie – re-urbanisatie
urbanisatie
- De urbanisatie begon rond 1900, mensen verhuisden toen van het platteland naar de stad,
waar veel werk was.
- Ze woonden in kleine arbeiderswoningen dicht bij elkaar.
- Er moesten steeds meer huizen worden gebouwd, er werden wijken en zogenaamde
tuindorpen gebouwd.
- Na WOII moest men de woningnood te boven komen met systeembouw, hoogbouw.
suburbanisatie
- Vanaf de jaren ’60 werden de huizen weer luxer en toen begon ook de suburbanisatie.
- Het platteland rondom de centrale steden verstedelijkte snel.
- Om te voorkomen dat het open karakter van het platteland te veel zou versnipperen, wees
de overheid enkele groeikernen aan.
groeikernen – door de overheid aangewezen gemeente op niet al te grote afstand van een
grote stad die de suburbanisatie in met name West-Nederland moest opvangen.
re-urbanisatie
- Eind 20e eeuw zag de overheid in dat de suburbanisatie deels ingeperkt moest worden
omdat door het selectieve vertrek uit de stad de wijken verpauperden.
- De overheid voerde toen het compactestadbeleid, zo werden de steden weer aantrekkelijk
en ontstond er een migratiestroom richting de stad: re-urbanisatie.
- Naast het compactestadbeleid voerde de overheid ook het Vinex-beleid.
Model van een stad beredeneren
- Verschillende bouwperioden zorgen voor
eenheden met kenmerkende typen
gebouwen, gebouwendichtheid en
stratenpatroon in een stad.
- De ontstaanswijze van de verschillende
wijken heeft grote invloed op de inrichting
en de bewoners.
Vinex
Vinex-locatie – grootschalige nieuwe
woningbouwlocatie aan de rand van een
stedelijk gebied, vooral bedoeld om de
snelgroeiende bevolking op te vangen.
- In de jaren ’90 werd het Vinex-beleid
ontwikkeld.
- Vinex-wijken liggen bijna tegen de rand
van de centrale stad aan.
- Vinex-wijken zijn meestal erg grootschalig,
de bedoeling daarvan was o.a.:
Woningtekort oplossen;
openbaar vervoer efficiënter organiseren.
, aardrijkskunde – hoofdstuk 3 en 4 Wonen in Nederland
paragraaf 3.2 Werken aan leefbaarheid >> vond mijn docent niet belangrijk…
paragraaf 3.3 Stad van de toekomst
Kenniseconomie
kenniseconomie – samenleving waarbij een belangrijk deel van de economische groei
voortkomt uit (technische) kennis, innovatie en creativiteit. Fysieke arbeid, natuur en kapitaal
worden als productiefactoren relatief minder belangrijk vergeleken met
(wetenschappelijke/technische kennis).
- Door zich als land te richten op de kenniseconomie wordt de economische groei
voortgezet.
- Deze ontwikkeling komt vooral in de steden voor.
- De economische groei komt voort uit: (!)
Kennis;
innovatie;
creativiteit.
Kennisstad
- Hightechindustrieën als de elektronica, chemie en biomedische toepassingen spelen een
belangrijke rol.
- Aantal werknemers in de stad is hoog.
- vb. van kennissteden: Eindhoven, Wageningen, Nijmegen, Enschede, Leiden, Groningen.
Creatieve stad
creatieve stad – stad waarin veel nieuwe ontwikkelingen en innovaties tot stand komen of
een zetje in de rug krijgen in de creatieve industrie.
- Amsterdam en Hilversum zijn voorbeelden van creatieve steden.
- De werkgelegenheid groeit in deze sector.
- De creatieve sector jaagt innovatie aan in andere sectoren.
Science park
science park – bedrijventerrein met een concentratie van bedrijven met een
wetenschappelijke of technologische inslag en onderzoeksinstituten.
- Vergemakkelijkt de onderlinge contacten en de uitwisseling van informatie, dit trekt ook
andere bedrijven aan.
- Men maakt ook gebruik van zakelijke dienstverlening.
zakelijke dienstverlening – diensten die bedrijven aan elkaar verlenen, zoals marketing,
accountants, reclamebureaus, adviesbureaus, schoonmaak, beveiliging of
arbeidsbemiddelaars.
Duale arbeidsmarkt
duale arbeidsmarkt – tweedeling op de arbeidsmarkt met enerzijds een slecht geschoolde,
kansarme groep en anderzijds een goed opgeleide, kansrijke groep.
Hoogopgeleiden:
leven in kenniseconomie
krappe arbeidsmarkt concurrentie
- hogere salarissen
Laagopgeleiden
leven in kenniseconomie
uitschuiving naar lagelonenlanden
ruime arbeidsmarkt
- lage(re) salarissen
Kloof tussen arm en rijk wordt steeds groter.
Ecologische voetafdruk