100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Abnormal Child Psychology samenvatting boek + mindtap €7,48
In winkelwagen

Samenvatting

Abnormal Child Psychology samenvatting boek + mindtap

 66 keer bekeken  3 keer verkocht

Abnormal Child Psychology Auteur: Mash, Eric J., ISBN/EAN: 4268 Druk: 7 H1 t/m H14 inclusief mindtap vragen

Voorbeeld 4 van de 133  pagina's

  • Ja
  • 12 maart 2021
  • 133
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (44)
avatar-seller
alruiter20
Abnormal Child Psychology
Hoofdstuk 1 – Introduction to normal and abnormal behavior in children and adolescents

Onderzoek naar abnormale kinderpsychologie:
- Definiëren wat behoort tot normaal en abnormaal gedrag van kinderen van verschillende leeftijden, seksen en
etnische/culturele achtergronden
- Identificeren van oorzaken en correlaties van abnormaal kinderlijk gedrag
- Voorspellingen doen over lange termijn uitkomsten
- Ontwikkelen en evalueren van methoden voor behandeling en preventie

Historical views and breakthroughs
Vroeger geen speciale zorg voor kinderen die extra hulp nodig hadden; waren last aan been.
- Rond 18e eeuw eerste interesse in abnormaal kinderlijk gedrag; vanuit kerk idee van bezetenheid en ‘uncivilized and
provocative’ gedrag.
- Hoge kindersterfte en veel misbruik van kinderen (17 e/18e eeuw)
1654: Massachusetts’ Stubborn Child Act: ouders mochten ‘stubborn’ kinderen ter dood brengen.
Halverwege 1800 wetten om kinderen met ontwikkelingsbeperkingen in kelders op te sluiten.

The emergence of social conscience
Voordat verandering kan plaatsvinden zijn andere inzichten nodig (belang van armen/vrouwen/kinderen) en regels om hun
rechten te handhaven.
- 17e eeuw: John Locke; individuele rechten, kinderen bedacht en met zorg opvoeden i.p.v. hardhandigheid
- Kinderen niet ongeciviliseerd, maar emotioneel sensitieve wezens; educatieve opties bieden
- 19e eeuw: Jean Marc Itard; Victor (ontwikkelingsachterstand) niet afwijzen, maar extra zorg
Hollingworth: achterstanden op school terug te brengen op te weinig uitdaging en ongeschikte behandeling ouders
Deze visie leidde tot onderscheid in imbeciles en lunatics: maar scheiding was niet erg duidelijk
a) Imbeciles: mensen met intellectuele beperkingen
b) Lunatics: mensen met psychiatrische of mentale stoornissen (non-intellectual)
Door religieuze groeperingen vaak teruggebracht op morele waanzin  moral insanity (non-intellectual)
- Rush: kinderen niet in staat tot echte volwassenheid, want onvolwassenheid van ontwikkelende hersenen weerhoudt
hen om mentale gebeurtenissen die krankzinnigheid veroorzaken, te behouden  steunt moral insanity

Toenemende zorg voor welvaart van kinderen met mentale en gedragsbeperkingen; i.c.m. twee invloeden:
1. Moral insanity view werd vervangen door organic disease model (meer humane behandeling) door vooruitgangen op
medisch, neurologisch en psychologisch gebied  Dorethea Dix
2. Groeiende invloed van filosofen als Locke leidden tot de visie dat kinderen meer sturing en steun nodig hebben.
Gevolg: meer zorg voor moral education, verplicht onderwijs en betere gezondheidszorg.
- Ideeën over abnormaal kinderlijk gedrag als gevolg van biologische, omgevings-, psychologische en culturele invloeden

1.2 Masturbatory Insanity – masturbation gezien als oorzaak van psychopathologie bij kinderen (religieuze aannames aangevuld
door wetenschap); verzwakte aan eind van 19e eeuw. Uiteindelijk pas in 20e eeuw verworpen.

Early biological attributions
Succesvolle behandelingen van infecterende ziekten bekrachtigden het idee dat ook mentale ziekte een biologisch probleem
was (masturbatory insanity).
1909: Clifford Beers hersteld van psychose; zag mentale beperkingen als ziekte en riep op voor behandeling en andere
standaarden  resulteerde in meer interventies (nog steeds redelijk ongeïnformeerd).
- Maar: enkel gefocust op biologische factoren, dus behandeling gelimiteerd aan mensen met zichtbare en prominente
aandoeningen. Ontwikkeling van aandoening gezien als progressief en onomkeerbaar; ongevoelig voor invloeden van
leren en behandeling
20e eeuw: humane model van mensen bijstaan ingewisseld voor custodial model: ‘mensen met mentale beperkingen temmen’;
voortplanting voorkomen; kregen schuld van ellende.

Early psychological attributions
Belangrijk biologische factoren te combineren met ontwikkelings- en culturele factoren: peergroep, school, familie.
Lange tijd idee dat mentale beperking een ziekte was die los stond van andere factoren.
- In 20e eeuw meer psychologische herkenning; beter organiseren en categoriseren


Belang van 2 theorieën belangrijk bij vorming van psychologische en omgevingsfactoren:
1

, 1. Psychoanalytic Theory
Eind 19e eeuw: Freud  individuen hebben aangeboren neigingen die ontwikkeling sterk beïnvloeden, maar ervaringen spelen
belangrijke rol in psychopathologie.
- Niet onontkoombaar (inevitable); maar kinderen kunnen geholpen worden in goede omgeving en therapie
- Mentale aandoening linken aan ervaringen uit kindertijd; personaliteit en mentale gezondheid hebben meerdere
wortels; interactie van omgevingsfactoren over tijd
In 20e eeuw aanvullingen op theorie: Anna Freud nadruk op ontwikkelingsfasen bij kinderen; Melanie Klein nadruk op acties
interpreteren in termen van onbewuste fantasie
- Weinig invloed in klinische praktijk; door populariteit van phenomological approach
Nosologies: de inspanningen om psychiatrische stoornissen in beschrijvende categorieën in te delen

2. Behaviorism
Evidence-based terug te voeren naar behaviorisme  Pavlov met klassieke conditionering
Watson: vader van behaviorisme; Freuds concepten in meer wetenschappelijke termen, gebaseerd op klassieke conditionering
- Belangrijke rol van opvoeding; kan sturen…

Evolving forms of treatment
1930-1950: weinig nieuwe ontwikkelingen omtrent abnormaal kinderlijk gedrag
- Rene Spitz: vragen over schadelijke impact van leven in een institutie op kinderlijke groei/ontwikkeling (opgroeien
zonder ouderlijk fysiek contact; emotionele problemen)
Tussen 1945-1965: grote afname van kinderen in instituties; toename van kinderen in pleeggezinnen en groepstehuizen.
1950-1960: behavior therapy: gebaseerd op operante en klassieke conditionering; ongewenst gedrag wijzigen
- Contrast met psychoanalytische theorie; zou niet werken voor kinderen met intellectuele beperkingen

Progressive legislation
Grote invloed van wetgeving: IDEA in US: individuals with disabilities education act:
- Gratis en passend onderwijs; cultureel geschikte testen voor elke leeftijd; individualized education program
2007: United Nationals General Assembly: rechten voor mensen met beperkingen over hele wereld. Zie 1.4 p. 10.

What is abnormal behavior in children and adolescents?
Belangrijke vragen: Hoe bepalen we wat normaal is?, Wanneer wordt iets problematisch?, Waarom is abnormaal gedrag soms
redelijk constant door de ontwikkeling en soms heel variabel?
- Geen duidelijk antwoord: verschillende lagen van abnormaal gedrag: zichtbare en alarmerend (delinquent gedrag);
subtiele maar kritische (pesten/afwijzing) en meer verborgen en systematische (depressie).
- Belangrijk om te kijken naar krachten van kind: daarin juiste vorm van adaptie vinden
- Rekening houden met fasen van ontwikkeling en unieke coping strategieën
Voortdurende discussie: wat is normaal en wat is abnormaal?

Defining psychological disorders
Psychological disorder: een patroon van gedragsmatige, cognitieve, emotionele of fysieke symptoompatronen die door een
individu worden getoond. 3 belangrijke kenmerken:
1. Bepaalde mate van distress: angst of verdriet
2. Bepaalde mate van invaliditeit
3. Hierdoor groter risico op beschadiging; dood, pijn, onbekwaamheid, of belangrijk verlies van vrijheid
Uitgezonderd situaties waarin deze reacties verwacht worden (culturele achtergrond); bv verlies van geliefde.
- Gaat enkel over wat persoon wel/niet doet; niet over redenen.
Stoornissen beschrijven geen mensen, maar beschrijven enkel gedragspatronen in bepaalde situaties.
- Stigma: cluster van negatieve houdingen en opvattingen dat discriminatie, angst en afwijzing motiveert; gebaseerd op
vooroordelen
Door stigma vaak laag zelfvertrouwen, isolatie en hopeloosheid; weigeren van hulp zoeken uit angst voor stigma.
Niet praten over angstig kind maar kind met angststoornis. Namen gebruiken voor onderzoekers/behandelaars, maar impliceren
geen gezamenlijke oorzaak  grote interactie met andere factoren.

Competence
Competence: de mogelijkheid tot succesvolle adaptie in de omgeving; internal en external bronnen gebruiken om succesvolle
adaptatie te bereiken  succesvolle adaptatie wisselt per cultuur en etniciteit.
Developmental tasks: brede domeinen van competentie die vertellen hoe kinderen zich typerend ontwikkelen binnen elk
domein terwijl ze groeien

Infancy to preschool Gehechtheid aan zorgverleners, taal, differentiatie van zichzelf en omgeving

2

, Midden kindertijd Zelfcontrole en compliance, aanpassing op school, academische prestaties, omgang met peers,
gedrag dat wordt beheerst door regels van de maatschappij (volgens de regels van de maatschappij
voor moreel gedrag en prosociaal gedrag)
Adolescentie Succesvolle overgang naar secundair onderwijs, academische prestaties, betrokkenheid bij
buitenschoolse activiteiten (clubs), vormen van hechte vriendschappen binnen en tussen
verschillende gender, vormen van samenhangend gevoel van zelfidentiteit

Developmental pathways
Belangrijk om relatie te duiden tussen vroege ervaringen en de kans dat dit resulteert in latere problemen.
Developmental pathway: de volgorde en timing van bepaalde gedragingen en mogelijke relaties tussen gedragingen in de tijd
- Multifinality: concept dat verschillende uitkomsten kunnen afstammen van vergelijkbare beginnen
- Equifinality: concept dat vergelijkbare uitkomsten kunnen afstammen van verschillende vroege ervaringen en
developmental pathways

Risk and resilience
Risk factor: een variabele die voorafgaat aan een negatieve uitkomst van de intrest en die de kans vergroot dat de uitkomst zich
zal voordoen
Protective factor: persoonlijke of situationele variabele die de kans op het ontwikkelen van een stoornis bij een kind verkleint
Resilient: varieert naar gelang van het type stress, de context en soortgelijke factoren (geen universele, categorische of vaste
eigenschap van het kind)  opgroeien met veel risicofactoren maar toch ‘goed eindigen’
- Wellicht tegen sommige stressoren wel weerbaar, maar niet tegen anderen
- Beïnvloedt pathway; interactie tussen risico- en beschermende factoren (processen; geen absolute waarden)
Karaktereigenschappen van ‘bronnen’ die gerelateerd zijn aan weerbaarheid:
a) Individual: good intellectual functioning, appealing, sociable, easy going disposition, self-efficacy, self-confidence, high
self-esteem, talents, faith
b) Family: close relationship to caring parent figure, authoritative parenting, warmth, structure, high expectations,
socioeconomic advantages, connections to extended support live family networks
c) School and community: adults outside the family who take an interest in promoting the child’s welfare, connections to
social organizations, attendance at effective schools

The significance of mental health problems among children and youth
1 op de 8 kinderen heeft mentale gezondheidsproblemen dat functioneren verstoort. Veel andere kinderen veel risicofactoren
die gerelateerd kunnen zijn in latere psychologische stoornissen.
Stoornissen in kindertijd en adolescentie sterk gerelateerd aan stoornissen als volwassene (vaak gerelateerd aan mishandeling
en armoede). Weinig kinderen die hulp nodig hebben, krijgen ook daadwerkelijk deze hulp  weinig kennis/begrip van situatie

The changing picture of children’s mental health
Tegenwoordig meer aandacht en onderscheid tussen verschillende soorten stoornissen; vroeger ‘just maladjusted’.
- Tegenwoordig meer jonge kinderen met ‘stoornissen’ dan vroeger; eerder herkennen
Tegenwoordig minder dan 10% van kinderen met mentale gezondheidsproblemen krijgen hulp; vroeger ook <10%.
- Langzaam verandering door grotere aandacht van evidence-based (meer geschikte hulp aanbieden)
Scheve verhouding; mensen die vaakst getroffen worden met mentale gezondheidsproblemen zijn:
- Kinderen uit achtergestelde gezinnen en buurten
- Kinderen uit mishandelende of verwaarloosde gezinnen
- Kinderen die onvoldoende kinderopvang krijgen of die lijden aan chronische vormen van stress
- Kinderen geboren met zeer laag gewicht als gevolg van rokende moeder, dieet of alcohol- en drugsmisbruik
- Kinderen geboren bij ouders met psychische problemen of problemen met middelenmisbruik
Ook hierbinnen niet groeperen; vaak combinaties van omgevingsstressoren.

What affects rates and expression of mental disorders? A look at some key factors
Stressoren veranderen over tijd; risicofactoren deels gelijk (armoede, scheiding), maar ook nieuwe (migratie, etc.).

Poverty and socioeconomic disadvantages
Armoede grote invloed op leermogelijkheden en schoolprestaties. Daarnaast lage educatie, laag betaalde banen, ontoereikende
gezondheidzorg, weinig voedingsstoffen, grotere blootstelling aan geweld.
- Meer gedragsstoornissen, chronische ziekten, schoolproblemen, emotionele en cognitieve/leerproblemen
- Impact op prefrontale cortex; verminderde impulscontrole en oordeel
- Hoe groter hopeloosheid, ongelijkheid en hoe minder controle, hoe meer emotionele en mentale problemen
- Grote invloed op aanpassing van kind.
Sex differences

3

, Jongens vaker hyperactief, autistisch, gedragsproblemen en leer- en communicatie problemen.
Meiden vaker angststoornissen, depressie in adolescentie en eetstoornissen
- Jongens en meiden gaan anders om met problemen/komen anders tot uitdrukking
Geen antwoord op de vraag of deze verschillen worden veroorzaakt door definities; het melden van bias (meer verontrustende
problemen komen meer onder aandacht van geestelijke gezondheidszorginstanties) of verschillen in de uitdrukking van de
stoornis.
- Sekseverschillen verwaarloosbaar voor kinderen onder 3 jaar; daarna toename: jongens meer vroegtijdige stoornissen,
vorm van neurologische ontwikkeling; meisjes meer emotionele stoornissen (piek adolescentie)
Internalizing problems: angst, depressie, somatische symptomen, terugtrekken (hoger bij meisjes; vanaf 5 toename)
Externalizing problems: agressie en delinquentie (hoger bij jongens; tot ongeveer 18)
Verschillende factoren voor weerbaarheid voor verschillende seksen:
- Jongens: huishouden met mannelijk rolmodel, structuur, regels en zekere stimulering van de emotionele expressiviteit
- Meisjes: huishouden dat het nemen van risico's en onafhankelijkheid combineert met steun van een vrouwelijke
verzorger

Race and ethnicity
Meeste antropologen zien ras als sociaal concept i.p.v. biologisch concept.
- Meer problemen bij culturele minderheden; vaak armoede en exclusie van maatschappelijke voordelen
- Marginalisatie; weinig sociale cohesie; lage SES (doorlezen)

Cultural issues
Normen, waarden en geloofsovertuigingen van culturele groep beïnvloeden manier waarop naar stoornissen gekeken wordt en
de manier waarop kinderen hun problemen uiten. Belangrijk om niet te generaliseren van ene cultuur naar andere.

Child maltreatment and non-accidental trauma
Non-accidental trauma’s (schoolgeweld/misbruik) brengen veel mentale problemen met zich mee.
- Posttraumatische stress, depressies, middelenmisbruik, geweld, etc.
- Tegenwoordig meer doen om te voorkomen (wetten)

Special issues concerning adolescents and sexual minority youths
Adolescentie als kwetsbare periode; blootgesteld aan vele factoren. Ook LGTB: vaker gepest; meer mentale problemen,
middelenmisbruik, zelfmoordgedrag en risicovol seksueel gedrag.

Lifespan implications
Grootste impact van problemen als er meerdere maanden/jaren geen behandeling plaatsvindt.
- Kinderlijke psychopathologie gerelateerd aan economische impact en menselijk lijden
Steeds meer herkenning; leidt tot meer interventies en preventies.

Mindtap
In the city-states of early Greece, how did society consider children?
- Children were considered to be servants of the state

Due to the absence of antibiotics or other medications to cure diseases, only about one in three children survived to their fifth
birthday during the seventeenth and eighteenth centuries.

Which noted English philosopher of the seventeenth century advanced then novel idea that children should be raised with
thought and care rather than indifference and harsh treatment?
- John Locke

This advocate for the humane and moral treatment of those afflicted with psychological problems worked tirelessly to help
establish 32 mental hospitals dedicated to the treatment of troubled youths.
- Dorethea Dix

What was the first "disorder" that experts identified as being unique to children and adolescence?
- Masturbatory insanity

"5-year old Jaclyn is an autistic child." What is the primary problem with this statement?
- It uses a term related to abnormality to describe the child, rather than the condition.

The ability of a child to successful adapt to his or her environment is called?

4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper alruiter20. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,48. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,48  3x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd