In het document vindt u de volledige aantekeningen van de wetenschapsfilosofie colleges met grafische weergaves, voorbeelden en handige tabellen en rijtjes.
Ik heb mijn tentamen met een 8.6 gehaald.
College 1
1.1 Filosofische denken
Systeem 1 Systeem 2
Snelle keuzes Tragere keuzes waarover we na moeten
denken
Als het te moeilijk is gaat deze niet aan het Het kost een bepaalde moeite om het/iets
werk, maar stuurt het gelijk door naar uit te voeren
systeem 2
Lijkt alsof het ons makkelijk afgaat Lichamelijke veranderingen kunnen
optreden zoals bijvoorbeeld het uitzetten
van je pupillen
Deze systemen bestaan volgens Kahneman niet echt in de hersenen als twee systemen, dit is
echter veel ingewikkelder.
Wat is filosofie? Langzaam denken (systeem 2)
1.2 Wat is wetenschap?
Wat is wetenschap?
▪ Wat is wel wetenschap wat niet? Onderscheid kun je maken dmv
demarcatievraagstuk.
▪ Wetenschap is een verzameling kennis. Maar niet alle kennis is wetenschappelijk. Het
moet iets zeggen over alle gevallen van een bepaald type.
Bijv. metaal zet uit als je het verwarmt.
▪ Wetenschap heeft iets overtuigends, je kunt erop rekenen.
Bijv. van de dokter moet je medicatie slikken. Je vraagt de dokter ofdat dit wel werkt.
De dokter zegt ja, dit is wetenschappelijk bewezen.
▪ Is een bepaalde methode om kennis te vergaren. De kennis die hier dan uit resulteert
noemen we wetenschappelijke kennis.
▪ Is een menselijke onderneming/traditie. Iets waar de mensheid al eeuwenlang aan
bouwt en we inmiddels een ongelofelijke hoogte bereikt hebben. Ontzettend
invloedrijke omgeving geworden.
Dus wetenschap = zekere kennis, kennis waar we sluitend bewijs voor hebben.
Definitie sceptisch vaak fout gebruikt. Sceptisch betekent dat jij je oordeel uitstelt, dus nog
eens nog oneens.
Onze hersenen zijn niet gemaakt om wetenschappelijke waarheden te vinden. We zijn van
nature niet opzoek naar waarheid/kennis. De menselijke geest zoekt naar patronen om de
werkelijkheid te beïnvloeden. Bijv. bijgeloof op elke wedstrijd dat FC Barcelona moet spelen
ice tea te drinken, omdat dit de vorige keer ook ‘hielp’ (winnen).
Wetenschap is ook een strijd tegen bijgeloof.
,1.3 Logica
Logica is de formele vorm van systeem 2. We gebruiken logica om argumenten te
analyseren.
Een logisch argument/syllogisme: Deze argumenten zijn er niet alleen om andere te
overtuigen maar ook om kritisch na te denken voor jezelf.
Premisses zijn aannames
Hieruit mogen we concluderen.
Waarom mogen: als de aannames
inderdaad waar zijn dan weten we
zeker dat de conclusie ook waar is.
→ truth preservation
Truth perservation = bij een logisch valide argument leiden ware premisses altijd tot ware
conclusies. -- De waarheid blijft dus behouden. Dit is de garantie die logica je geeft.
Een logisch valide argument is altijd truth perservation (als premisses waar zijn)
Dit geval is het argument nog steeds
valide maar de eerste premisse is
onwaar.
De logica van het argument klopt,
maar de aanname klopt niet en
daardoor klopt de conclusie niet.
Klinkt gek valide argument terwijl de conclusie niet klopt, maar we moeten onderscheid
maken tussen de vorm en de inhoud. De vorm van het argument/logica klopt, alleen er zit
onware inhoud in. Validiteit = vorm = logica
Als een van de premisses onwaar is kan de conclusie waar of
onwaar zijn. Als niet alle premisses waar zijn, weten we niet of
de conclusie waar is. Hier kunnen we dan niets over zeggen.
De vorm van het argument klopt niet.
Je kunt op basis van deze aannames
niet concluderen dat Socrates sterfelijk
is. Deze conclusie volgt niet uit de
premisses.
Invalide argument = een fout in de
logica.
,Logica gaat dus over de vorm van argumenten. Inhoudelijke zinnen vervangen voor letters
om de vorm duidelijk te maken. Een paar vormen die je veel kunt gebruiken:
A = mens
B = sterfelijk
C = Socrates
Maar kunt bijv. voor C ook
Aristoteles invullen.
Argument is valide, maar is eerste premisse en conclusie zijn onjuist
A = zomerdagen
B = heet
C = 14 augustus
Vorm 1→ Modus tollens / modus ponens
= dit zijn valide argumenten. Vorm klopte misschien premisses niet altijd
A = Socrates is een god
B = Socrates is onsterfelijk
A = basketballer
B = lang
C = Messi
Vorm 2 → bevestiging van de consequent
A = Het is woensdag
B = Ik heb tennisles
Deze vorm klopt niet. Deze argumenten zijn logisch invalide
Bijv. misschien heb ik wel twee keer in de week tennisles –
maandag en woensdag- welke dag is het dan?
, Vorm 3 → ontkenning van de antecedent
A = Je bent in Groningen
B = Je bent in Nederland
Op deze manier kunnen we argumenten beoordelen. Als iemand ons ergens van probeert te
overtuigen, kunnen we zijn of haar manier formeel maken. Zo kunnen we controleren of we
A de logische vorm klopt en B of we de aannames geloven.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ellenherraets. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,89. Je zit daarna nergens aan vast.