Hoofdstuk 1 moraal, een kwestie van oordelen
1.1 intuïtief moreel oordeel
Moreel oordeel: spreek je uit wat je behoorlijk vindt van jezelf en van anderen.
Intuïtief moreel oordeel: is een moreel oordeel dat kant en klaar ontstaat in je bewustzijn zonder dat
je erover na hoeft te denken en voordat je erover nagedacht hebt. Bijv. belachelijk zeg, dat de docent
je onderbreekt als je wat vraagt.
3 verschillende processen om te kunnen begrijpen wat er gebeurt als intuïtieve morele oordeel
bewust wordt:
1. Je oordeelt dat iets goed of slecht is. Je vindt iets.
2. Je kent je oordeel. Je weet dat het je mening is en je kent het standpunt van de ander.
3. Je voelt dat je het oneens bent met de ander. Het oordeel brengt een bepaald gevoel met
zich mee.
Oordelen: kon je nu niet even wachten op me voordat je naar de trein loopt? Als je zegt dat
Ellen kon wachten spreek je een beoordeling uit. Je neemt een standpunt voor je rekening.
Kennen: je kent je mening en leert wellicht die van een ander kennen. Blijft neutraal ten
opzichte van je eigen standpunt.
Voelen: je voelt dat je het waardeloos vindt dat Ellen al weggelopen is.
John Dewey: je voelt wie je bent, je weet wie je bent en kiest ervoor wie je bent.
1.2 verschil tussen kennen, oordelen en voelen
Objectiveren: wat er gebeurt plaats je buiten jezelf, kennis van buitenwereld. Kenmerk: gemakkelijk
uitwisselbaar tussen mensen. Objectief domein: kennis van buitenwereld. Valkuil: neiging ontstaat
om morele oordelen te beschouwen als feiten die je als waarheid aan moet nemen.
Subjectiveren: richt op wat er innerlijk met je gebeurt. Subjectief domein: gevoel in je binnenwereld.
Gevoelens kun je niet uitwisselen. Je kan teleurstelling van een ander niet voelen, maar een ander
kan zich het wel voorstellen hoe het voelt.
Normeren: verbindt gedrag van anderen met eigen oordeel en je vindt dat goed of slecht. Normatief
domein: verbinding van jezelf met anderen ofwel een tussenwereld. Normatieve uitspraken zijn beter
uitwisselbaar als gevoelens. Maar minder goed uitwisselbaar dan kennis omdat ze persoon gebonden
zijn. Morele oordelen zijn niet persoonlijk maar wel persoonsgebonden.
Je gebruikt altijd 1 van deze benaderingen, ze kunnen nooit tegelijk!
Bewustzijnsvorm Wat doe je? Resultaat van de Centrale vraag
omgang
Kennen (objectiveren) Je representeert een Feiten (kennis) Is het waar?
buitenwereld in je
bewustzijn
Beoordelen Je verbindt jezelf met Morele oordelen Is het juist?
(normeren) anderen
Voelen (subjectiveren) Je ervaart een Gevoelens Hoe voel ik me?
binnenwereld in je
bewustzijn
1
,Moreel oordeel uitwisselen: zit tussen het delen van kennis en het vermeerderen van emoties in.
Over morele oordelen kun je het eens zijn, zoals over feiten. Terwijl het onzin is het eens te zijn over
gevoelens.
1.3 waaraan herken je een moreel oordeel?
5 kenmerken van morele oordelen:
1. Gaat over menselijk gedrag: oordeel over het gedrag van mensen.
2. Overstijgt het individuele (is veralgemeniseerbaar):
Universaliteitsprincipe: oordelen in één situatie automatisch ook oordelen betekent over
anderen in zo’n zelfde situatie. Morele oordelen zijn veralgemeniseerbaar. Als 1 iemand te
laat de les binnen komt krijgt hij een uitbrander, dan verwacht iedereen alsnog iemand te
laat binnenkomt hij ook een uitbrander krijgt.
3. Is normatief (schrijft voor hoe het moet): gaat erom hoe je behoort te handelen en hoe de
wereld zou moeten zijn. Kan ook een recept zijn om koekjes te bakken.
4. Is gericht op het goede: gericht op zaken die op zichzelf goed of nastrevenswaardig zijn.
Student die hard werkt maar toch slechte cijfers haalt is nastrevenswaardig, door de goede
inzet.
Moreel uitgangspunt: omschrijving van iets dat op zichzelf nastrevenswaardig is betreffende
menselijk samenleven.
5. Kan morele verontwaardiging veroorzaken: verontwaardiging is een gevolg van het oordeel
en niet het oordeel zelf. Een moreel oordeel is geen gevoel, maar brengt wel vaak een gevoel
met zich mee. Bijv. je stem verheffen.
Moreel oordeel: is een waardering van menselijk gedrag aan de hand van morele uitgangspunten.
1.6 ethiek, moraal en moreel vertoog
Morele oordelen zijn aan personen gebonden maar niet persoonlijk. Bijv. ik vind dat je optijd moet
zijn zegt iets over verwachtingen hoe anderen zich gedragen. Ik heb geen zin meer is persoonlijk, dus
geen moreel oordeel.
Moraal: geheel van gedeelde morele oordelen van een groep dat ontstaat in een gesprek. Het is het
geheel van morele regels waaraan wij onszelf en anderen in redelijkheid gehouden achten.
Ethiek: wetenschap die moraal bestudeert en die tracht de moraal verder te helpen door nieuwe
argumenten te ontwikkelen en te gebruiken in afwegingen.
Ethiek komt van het Griekse woord ‘ethos’.
Moraal komt van Latijnse ‘moralis’.
Verwachtingen: elke organisatie en vakgebied heeft zijn eigen morele oordelen, zijn eigen moraal.
Normen en waarden zijn universeel. Het zijn de morele oordelen die verschillen tussen mensen.
Normen en waarden zijn universeel: iedereen is voor respect, vrijheid, vrede etc. Verzameling morele
oordelen in concrete situaties, verschilt tussen mensen.
Moraal is het resultaat van een gesprek: moraal van een groep is nauw verbonden met het voeren
van een gesprek. Gesprek methode om gedeelde morele oordeel te vinden. Het is ook een direct
gevolg van de kenmerken van morele oordelen.
2
, Moreel gesprek: moreel oordeel nodigt sterk uit om te reageren. Dit wordt versterkt door ‘morele
verontwaardiging’ die door morele oordelen wordt losgemaakt. Als mensen verontwaardigd zijn is
het moeilijker om hun mond te houden.
Een moreel oordeel verleidt tot een gesprek.
Continu moreel gesprek: als samenleving vormen en hervormen wij voortdurend onze moraal door
middel van interactie en communicatie. Bijv. door tv-programma’s of kranten etc.
Moreel vertoog: is het geheel aan communicatie en interactie waarin mensen hun morele oordelen
en daarmee hun moraal, vormen en op elkaar afstemmen.
Moreel vertoog wordt gevoerd, verandert en wij veranderen mee. Vroeger moest iedereen bellen
met de huistelefoon. Terwijl nu kun je een appje sturen of op facebook kijken.
We zijn continu in interactie met elkaar en in die interactie vormen we onze moraal.
Professionals: elk beroep brengt zijn eigen morele kwesties met zich mee die een competente
professional moet kunnen oplossen. Het is belangrijk dat we morele gesprek goed kunnen voeren.
1.5 morele competenties
Van morele intuïtie naar weloverwogen oordeel
Oordelen met behulp van morele intuïtie tekortschiet in het functioneren als professional:
1. Je morele intuïtie is niet uit te leggen aan anderen: het oordeel is er zonder over na te
denken. Als professional moet je kunnen uitleggen waarom je keuzes maakt die je maakt.
Het onderbouwen van morele oordelen is een voorwaarde voor professioneel functioneren.
2. Als je alleen intuïtief oordeelt, kun je niet leren van je fouten en successen: geen
mogelijkheid om je moreel functioneren systematisch te verbeteren. Als professional is dit
onder de maat.
3. Je intuïtie bereid je niet voor op nieuwe situaties: om beter voorbereid te zijn op nieuwe
situaties en noodzaak daarover een oordeel te geven, is oefenen met het expliciet
formuleren en onderbouwen van een moreel oordeel.
Morele intuïtie laat je in de steek in een nieuwe omgeving.
Morele vraag: formuleren van een vraag en kijken of we goede argumenten kunnen vinden om tot
een antwoord te komen waar we achter staan.
Vinden van redelijke argumenten
Morele argumenten: morel oordeel als een antwoord op een morele vraag. Dit is niet
vanzelfsprekend, maar wel een hulpmiddel om een proces op gang te krijgen waarin we ons oordeel
beter kunnen onderbouwen en uitleggen aan anderen en waarin we beter kunnen oordelen in
situaties die we nog nooit hebben meegemaakt.
Als je hetzelfde oordeel hebt, hoef je nog niet hetzelfde uitgangspunt te delen. Bijv. leraar mag niet
vloeken in de klas omdat het leerproces beïnvloed of dat de leraar een bepaalde
verantwoordelijkheid heeft.
Denkschema van het boek opstellen:
1. Om onze morele competentie te verhogen, moeten we onze morele oordelen beter
onderbouwen.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper manonherder. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,89. Je zit daarna nergens aan vast.