Casus verbintenissenrecht
week 1 -6
Week 1 casus 1 de racefiets
Casus ‘De racefiets’
Kim zit krap bij kas en besluit daarom haar racefiets te verkopen. Ze weet dat haar vriend
Said graag een racefiets wil hebben. Als verrassing stuurt ze hem om 10 uur een app waarin
zij aangeeft haar fiets aan hem te willen verkopen voor € 150, -. Om 11 uur appt Said dat hij
akkoord gaat en de fiets graag voor € 150,- koopt. Op dat tijdstip is Kim bij haar oma. Die
vertelt haar dat zij € 500,- op Kims rekening heeft overgemaakt, omdat Kim vorige maand
jarig was. Kim is uiteraard zeer blij, maar heeft nu spijt als haren op haar hoofd dat ze haar
fiets te koop heeft aangeboden. Toevallig komt zij Said op straat tegen en zegt tegen hem
dat de fiets toch niet te koop is. “Hoezo, ik heb je geappt dat ik de fiets graag wil kopen.”
Vraag:
Heeft Kim haar aanbod om haar fiets te verkopen op tijd herroepen?
Rechtsregel
Artikel 6:219 BW
Rechtsgevolg: herroepen aanbod – bindend aanbod
Toepassen
Een aanbod kan worden herroepen, tenzij er een termijn in staat of de herroepelijkheid op
andere wijze blijkt. In het aanbod van Kim staat geen termijn en het blijkt ook nergens
anders uit dat het om een onherroepelijk aanbod gaat.
Een aanbod kan worden herroepen, zolang de aanvaarding niet is verstuurd. De aanvaarding
is door Said om 11 uur verstuurd en Kim herroept haar aanbod om 12 uur. Dus de
herroeping vindt na de aanvaarding plaats.
Conclusie
Kim is te laat met het herroepen van het aanbod, want de aanvaarding was al verstuurd.
D gaat niet over ‘de hond’ waar in de andere zinnen over gesproken wordt
Het is een goed, want goederen zijn ‘alle zaken en vermogensrechten’. Een fles bronwater is
een zaak, want het is een voor de menselijke beheersing vatbaar stoffelijk object.
1
,Casus 2 op = op stuntaanbieding
Casus ‘De Op=op-stuntaanbieding’
Offiz is een groothandel in kantoorbenodigdheden. Elke twee weken stuurt Offiz naar haar vaste klanten
een reclamefolder met onder meer de rubriek ‘Op=op-stuntaanbiedingen’. Door omstandigheden krijgt
verkoopleider bij Offiz, Daphne, de reclamefolder van de komende periode pas onder ogen als deze al bij
Post.nl ligt voor bezorging de volgende dag. Tot haar schrik ziet zij dat bij één van de stuntaanbiedingen
niet de correcte prijs is vermeld. In plaats van € 965,- staat er nu € 695,-. Snel laat zij een e-mailbericht
opstellen waarin Offiz de vergissing in de reclamefolder corrigeert. Deze e-mail wordt nog dezelfde dag
om 21.00 uur verstuurd naar alle relaties, waaronder Nikkie.
De volgende dag opent Nikkie haar winkel en ziet de folder. Nikkie weet uit ervaring dat je bij de Op=op-
stuntaanbiedingen snel moet reageren. Zij negeert daarom haar inbox en rijdt naar Offiz. Zij pakt 5
exemplaren van de stuntaanbieding voor € 695,-. Groot is haar verbazing als de kassa aangeeft dat zij €
5838,25,- (incl. 21% BTW) moet afrekenen. Zij laat de folder zien, maar de medewerkster vertelt dat deze
aanbieding niet geldt. Nikkie vindt dat er een overeenkomst tot stand is gekomen op grond waarvan zij
recht heeft op vijf exemplaren voor € 4204,75,-
Je mag ervan uitgaan dat Nikkie erop mocht vertrouwen dat in beide aanbiedingen de wil
met de verklaring overeenstemt.
Vraag:
Is het aanbod van de Op=op-stuntaanbieding op tijd ingetrokken door Offiz?
Rechtsregel
Artikel 3:37 lid 5 BW
Intrekking aanbod
1) Intrekking (van een verklaring)
2) Verklaring tot intrekking
3) De person tot wie de verklaring gericht was
4) Eerder of gelijktijdig bereikt hebben
Toepassen
Intrekking van een verklaring):
Het aanbod in de folder waarin de stuntaanbieding voor 695 euro wordt aangeboden wordt
geccorrigeerd.
Verklaring tot intrekking: e-mailbericht dat er sprake is van een vergissing en dat cijfers zijn
omgedraaid.
De persoon tot wie de verklaring gericht was – klanten, onder meet Nikkie
Eerder of gelijktijdig bereikt hebben – e-mailbericht met intrekking komt eerder aan dan
folder, namelijk om 21:00 uur dezelfde dag, terwijl de folder de volgende dag is bezorgd.
Tussenconclusie: Er is geen aanbod. Offiz heeft haar aanbod tijdig en rechtsgeldig
ingetrokken waardoor zij niet gebonden is aan het aanbod van de stuntaanbieding.
Conclusie: Het aanbod van de op = op stuntaanbieding is op tijd ingetrokken door Offiz.
2
,Casus 3 De verzamelaarsbeurs
Casus ‘De verzamelaarsbeurs’
John staat op een verzamelaarsbeurs met zijn collectie van kleinste gouden munten ter
wereld. Hij raakt in gesprek met Pien en biedt aan Pien, die al sinds haar jeugd een verwoed
verzamelaar van munten is, de gehele collectie aan voor € 5.000. Een mooie prijs, zo stelt
John, want de munten zijn in excellente staat en zijn € 6.000 waard. Pien wil die munten
graag, maar € 5.000 is voor haar net te duur, dus ze zegt dat ze erover zal nadenken en loopt
weg. Als Pien een uur later toch besluit om die munten te kopen blijkt dat John de munten al
aan iemand anders heeft beloofd. Pien is woest en vindt dat zij recht heeft op die munten,
want tenslotte heeft John ze eerder aan haar aangeboden dan aan die ander.
Vraag :
Is er een overeenkomst tot stand gekomen tussen John en Pien?
Rechtsregel
Artikel 6:217 lid 1 jo 6:221 lid 1 BW
Rechtsgevolgen: overeenkomst gesloten OF aanbod vervalt.
Toepassing
Aanbod: John biedt zijn collectie van munten aan voor 5000 euro aan Pien.
Aanvaarding: Pien wil graag de collectie van munten kopen, maar vindt het op dat moment
te duur. Ze denkt na en een uur later besluit Pien toch het aanbod te aanvaarden.
Tussenconclusie:
Afhankelijk van de uitkomst van artikel 6:221 lid 1 is er wel of niet een ovk gesloten.
Mondeling aanbod: onmiddellijk aanvaard
John biedt zijn verzameling van munten mondeling aan voor 5000 euro.
Wanneer het niet onmiddellijk wordt aanvaard: Pien moest er eerst een uur over nadenken
en heeft het aanbod dus niet onmiddellijk aanvaard.
T2
Tussenconclusie: omdat Pien het aanbod van John niet onmiddellijk heeft aanvaard, is dat
aanbod vervallen en valt er dus niks te aanvaarden voor Pien.
Conclusie
Er is geen overeenkomst tot stand gekomen tussen Pien en John
3
, Week 2 Casus 1 Joyces caravan
Casus ‘Joyces caravan’
Joyce is op zoek naar een auto waarmee ze op vakantie kan gaan naar Frankrijk. Ze heeft al
een caravan kunnen regelen bij haar oom Jacob die in caravans handelt. Joyce wil een
degelijke auto die veilig een caravan kan trekken naar Frankrijk. Joyce heeft zelf geen
verstand van auto’s en caravans en is geadviseerd om de auto’s van autohandelaar Henk
Verstegen te bekijken. Hij zou genoeg weten van caravans en over het algemeen goede
auto’s hebben die aan de eisen van Joyce voldoen. Tijdens een bezichtiging, is Joyce
helemaal weg van een Toyota Aygo. Hans Verstegen legt haar uit dat de Toyota Aygo
geschikt is voor een reis met de caravan naar Frankrijk. Hij stelt ook dat de Aygo geschikt is
voor alle soorten caravans. Joyce is overtuigd van de mededelingen van Hans Verstegen en
besluit om de auto te kopen voor een prijs van €9.500,-. Eenmaal thuis aangekomen met de
nieuwe wagen besluit Joyce de caravan bij oom Jacob op te halen. Wanneer oom Jacob de
Toyota Aygo ziet barst hij in lachen uit en roept hij dat de auto absoluut niet geschikt is voor
een reis met de caravan naar Frankrijk. De auto is veel te licht van gewicht en zou de caravan
nooit kunnen trekken. En met extra bagage in de caravan al helemaal niet. Na een testrit
met de caravan achter de Toyota blijkt inderdaad dat oom Jacob gelijk heeft. Joyce is
sprakeloos en wil zo snel mogelijk van de aankoop af.
Vraag:
Is er een mogelijkheid voor Joyce om de overeenkomst rechtsgeldig te vernietigen?
Rechtsregel
Artikel 6:228 lid 1 aanhef sub a en lid 2 BW
Rechtsgevolg: dwaling
Toepassen
Voorwaarden uit de wet koppelen aan feiten uit de casus
Lid 1
Overeenkomst
Er is sprake van een overeenkomst, omdat Joyce besluit om de Toyota Aygo te kopen
van Hans Verstegen. Tussen Joyce en Hans is op grond van artikel 6:217 BW een
overeenkomst tot stand gekomen.
De overeenkomst is gesloten onder invloed van een onjuiste voorstelling van zaken
Joyce wilde een auto aanschaffen die een caravan kan trekken naar Frankrijk. De
Toyota Aygo blijkt geen caravans te kunnen trekken i.v.m. het gewicht van de auto.
De overeenkomst zou met een juiste voorstelling van zaken niet gesloten zijn
Joyce zou de auto niet hebben gekocht als ze wist dat de auto een caravans kan
trekken. Dit was immers haar wens en eis. Zonder een auto die een caravan kan
trekken kan ze niet op vakantie.
4