2020
Moduleopdracht:
Adviesvaardigheden
xxx
NCOI Studentnummer xxx
HBO Bachelor Toegepaste Psychologie
Docent: xxx
Datum: xx juni 2020
,VOORWOORD
Mijn naam is xxx. Ik ben xxx jaar en woon met xxx in xxx. Ik werk als farmacovigilantie expert en ik geef
trainingen over Drug Safety binnen de farmaceutische industrie. Daarnaast ben ik vrijwilliger bij de xxx waar
ik kinderen in de brugklas begeleid met het maken van hun huiswerk.
Voor deze moduleopdracht schreef ik een rapport over een adviestraject voor xxx, de lokale country
organization van een farmaceutische multinational. Tijdens een inspectie van het lokale kantoor in Engeland
formuleerden de lokale autoriteiten (MHRA) een aantal findings. Deze findings waren deels van toepassing
op de andere country organizations van Xxx, waarna het Xxx hoofdkantoor de lokale safety afdelingen
opdroeg om aan de hand van de inspection findings de lokale situatie in kaart te brengen en indien nodig te
verbeteren.
Destijds werkte ik bij xxx als xxx en vanuit die rol heb ik dit traject begeleid. Ik ben xxx dankbaar voor de
kansen die ik heb gekregen om me te ontwikkelen. Dit is een project geweest wat boven verwachting goed is
afgerond en waar ik met heel veel plezier en trots aan terugdenk.
Ik zou graag xxx willen bedanken voor de manier waarop ze mensen weet uit te dagen om hun persoonlijke
kwaliteiten in te zetten en maximaal te benutten. Daarnaast wil ik graag mijn gezin bedanken. Zonder hun
begrip en aanmoediging zou het voor mij niet mogelijk zijn om deze opleiding te volgen.
2
, SAMENVATTING
Dit adviestraject werd opgestart in opdracht van de Drug Safety afdeling van Xxx. Naar aanleiding van een
MHRA inspectie bij het kantoor in Engeland, moest worden nagegaan waarom er zo weinig bijwerkingen
werden gemeld door buitendienst medewerkers. Verspreid over verschillende Business Units, werkten er
binnen xxx Nederland 53 mensen in de buitendienst, die dagelijks contact hadden met artsen en andere
zorgverleners. Iedere farmaceut is wettelijk verplicht om iedere bijwerking waarvan zij kennis nemen te
registreren en te rapporteren aan de autoriteiten. Dat de buitendienst de bijwerkingen niet meldt bij de Drug
Safety afdeling, leidt dus tot een overtreding van de wet.
Het adviestraject is voor deze moduleopdracht uitgewerkt aan de hand van het GROW-model van Whitmore,
die het adviesproces opdeelt in de stappen Goal - Reality - Options - Will, waarna iedere stap in het traject
nader wordt uitgesplitst in Blauwdruk - Gedrag - Drijfveren (De Vuijst, 2015). Het project startte in de Goal-
fase met de volgende adviesvragen:
Waarom worden er zo weinig bijwerkingen gemeld door de buitendienst?
Hoe kan het aantal meldingen door de buitendienst verhoogd worden?
Tijdens het eerste interview werden de vier domeinen van het interview (De Vuijst, 2015, p 321-328)
toegepast en werd een achterliggende vraag toegevoegd:
Hoe brengen we het belang van Drug Safety onder de aandacht binnen ons bedrijf?
Om de betrokkenen en hun belangen in kaart te brengen werd gebruik gemaakt van de stakeholderanalyse
(Mitchell, Agle, & Wood, 1997), waaruit bleek dat veel betrokkenen macht hadden. Dit werd veroorzaakt door
de organisatiestructuur van het bedrijf, wat zorgde voor veel interne conflicten. Door gebruik te maken van
het spiral dynamics model (De Vuijst, 2015, p. 127) worden de culturen van de betrokken afdelingen
inzichtelijk gemaakt. Zo wordt duidelijk dat er sprake is van een moeilijk verenigbaar cultuurverschil is tussen
de oranje (competitieve) buitendienst en de blauwe (bureaucratische) Drug Safety afdeling. Via een dotted
line wordt Drug Safety in het MT vertegenwoordigd door een rode (autoritaire) Medisch Directeur, die ten
tijde van dit traject prioriteit gaf aan het behouden van haar positie ten koste van Drug Safety.
Drug Safety was weliswaar een uitgesproken blauwe afdeling, toch waren ze snel bereid om na te denken
over mogelijkheden om hun oranje collega´s over de streep te trekken om bijwerkingen te gaan melden. De
reeds bekende tegenargumenten van de buitendienst werden geïnventariseerd, waarna Drug Safety in twee
groepen uiteen ging om hiervoor oplossingen te bedenken. De ene groep dacht na over mogelijkheden om
de bezwaren van de buitendienst weg te nemen, de andere groep dacht na over hoe melden voor de oranje
collega´s aantrekkelijk gemaakt kon worden.
Uiteindelijk werd gekozen voor het wijzigen van de procedure, waardoor de buitendienst geen formulieren
meer hoefde in te vullen. Met het nieuwe proces kon de buitendienst voor zichzelf ook een extra
contactmoment creëren waardoor het melden van bijwerkingen aantrekkelijker werd. Het aantal meldingen
van de buitendienst steeg van 3 per jaar naar 387 per jaar en het traject is daarmee naar ieders
tevredenheid afgerond.
3