SAMENVATTING LEERDOELEN
PRIVAATRECHT 2: VERBINTENISSENRECHT
Leerdoelen:
De student kent het verschil tussen contractuele aansprakelijkheid en wettelijke
aansprakelijkheid én beheerst beide wettelijke kaders (dus ook artikel 6:74 e.v. BW, zie
privaatrecht 1).
Contractuele aansprakelijkheid= de aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit het niet
nakomen van de verplichtingen uit een contract.
Wettelijke aansprakelijkheid= Andermans schade is volgens de wet jouw schuld. Op grond
van art. 6:162 BW onrechtmatige daad. Er moet sprake zijn van:
- Daad
- Onrechtmatig
- Toerekening
- Schade
- Causaal verband
- Relativiteit, art. 6:163 BW
Het verschil is dat je bij wettelijke aansprakelijkheid iets doet en schade verricht en bij
contractueel iets niet doet en schade/tekortkoming verricht.
De student kent de vereisten van zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en kan deze
toepassen op een casus.
Zaakwaarneming: Art. 6:198 BW, willens en wetens en op redelijke grond inlaten met de
behartiging van eens anders belang, zonder de bevoegdheid daartoe aan een
rechtshandeling of een elders in de wet geregelde rechtsverhouding te ontlenen.
Vereisten:
- Hij moet opdracht krijgen van eigenaar, gehoor geven.
- Er moet een redelijke grond zijn voor schadevergoeding.
- Nodige zorg betrachten.
- Begonnen zaakwaarneming voortzetten.
- Zaakwaarnemer moet, zodra dit redelijkerwijs mogelijk is, aan de belanghebbende
verantwoording afleggen, (kosten e.d.).
Voorbeeld: Raam van mr. Bakker is kapot door jongeren, maar mr. Bakker is op vakantie.
Buurman laat het raampje maken en verhaalt het bedrag bij Bakker. Bakker gaat niet
akkoord. Buurman kan op grond van zaakwaarneming beroepen en geld eisen.
Onverschuldigde betaling: Art. 6:203 BW, er is sprake van onverschuldigde betaling als
iemand een goed of geldsom aan een ander geeft, zonder dat daarvoor een rechtsgrond
bestaat. Dit betekent dat voor de ‘betaling’ geen reden bestaat. Degene die onverschuldigd
heeft betaald, kan het de prestatie dan terugvorderen. Per ongeluk geld overgemaakt.
Vereisten:
- Er is sprake van een ‘betaling’.
- De betaling is ontvangen.
- Voor de betaling bestond geen rechtsgrond.
,De student kent de rechtsvoorwaarden van de onrechtmatige daad en kan deze toepassen
op een praktijkgerichte casus en beheerst de daarbij behorende doctrines.
Onrechtmatige daad: Art. 6:162 BW
er moet sprake zijn van een onrechtmatige daad;
de onrechtmatige daad moet aan de dader zijn toe te rekenen;
er moet schade zijn;
er moet een causaal verband zijn tussen de onrechtmatige daad en de schade;
de geschonden norm moet beschermen tegen de veroorzaakte schade (relativiteit).
Doctrines:
- Lindebaum/Cohen
Het arrest Lindenbaum/Cohen gaat over de vraag of er sprake is van een
onrechtmatige daad. Lindenbaum en Cohen hadden beiden een drukkerij in
Amsterdam. Cohen had een werknemer van Lindenbaum omgekocht. Zo kon Cohen
er achter komen welke bedragen Lindenbaum vroeg in zijn offertes. Lindenbaum
kwam hier uiteindelijk achter en eiste vervolgens schadevergoeding van Cohen op
grond van een onrechtmatige daad. De rechtbank wijst de vordering van Lindenbaum
toe. Het hof wijst de vordering echter af en verklaart Lindenbaum niet-ontvankelijk.
Het hof stelt dat Cohen niet in strijd met de wet handelde en dit geen onrechtmatige
daad kan opleveren.
- Kelderluikarrest
Als Duchateau naar het toilet gaat, valt hij in een kelderluik. Het kelderluik is
opengezet door een medewerker van Coca-Cola die het café bevoorraadde. De
uitbater van het café is tijdens de bevoorrading niet aanwezig. Duchateau raakt bij
zijn val gewond, hij loopt onder andere ernstig beenletsel op, en stelt Coca-Cola
aansprakelijk voor zijn schade. Het gerechtshof oordeelt in beroep dat Coca-Cola wel
aansprakelijk is, maar ook dat Duchateau 50% van de schade zelf moet dragen
vanwege eigen schuld. De Hoge Raad geeft 4 criteria om te beoordelen of er bij
gevaarzetting sprake is van onrechtmatig handelen en dus van een
vergoedingsplicht. Deze vereisten worden de kelderluik criteria genoemd:
1. Hoe waarschijnlijk is het dat de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid niet in acht
wordt genomen;
2. Wat is de kans dat uit de onoplettendheid en onvoorzichtigheid een ongeval ontstaat;
3. Wat is de ernst van de te verwachten gevolgen;
4. Hoe bezwaarlijk is het nemen van maatregelen die het ongeval hadden kunnen
voorkomen.
- Natraparrest
Tijdens de wedstrijd tussen Achilles en Drachten schopt Dekker Van der Heide op
een moment dat Van der Heide niet meer in het bezit is van de bal. Een klassiek
geval van natrappen dus. Hierdoor loopt Van der Heide blijvend knieletsel op. Om te
spreken van onrechtmatig gedrag moet er naast de overtreding van de spelregels
dus sprake zijn van een abnormaal en onvoorzien gevaarlijke gedraging. In het
natrap-arrest werd de tackle aangemerkt als een abnormaal gevaarlijke gedraging,
omdat de bal niet in de buurt was ten tijde van de overtreding. Om deze reden werd
aansprakelijkheid van de speler Dekker aangenomen.
, - Zwiepende tak
In september 1898 maken vier vrienden een wandeling door een bos. Op een
gegeven moment geeft Werink een schop tegen een tak, die terug zwiept en in het
oog van Hudepohl, die achter hem loopt, terecht komt. Door dit oogletsel moet
Hudepohl uiteindelijk een oog missen. Hudepohl wil de schade verhalen op Werink,
maar de verzekering van Werink erkent de aansprakelijkheid niet. Hudepohl vordert
schadevergoeding wegens onrechtmatige daad. Er kan niet worden vastgesteld of de
zorgvuldigheidsnorm is overtreden, dus is Werink niet aansprakelijk en hoeft hij de
schade van Hudepohl niet te vergoeden.
- Taxusstruik
De tuin van Broen grenst aan één zijde aan het weiland van Hulsbosch. In de tuin
van Broen ligt een kleine afvalhoop, dicht bij de afrastering. Deze kennis, Verhoeven,
gooit dan een taxusstruik op de afvalhoop van Broen. In het weiland van Hulsbosch
grazen twee paarden. Deze paarden kunnen net met hun mond bij de afvalhoop en
eten hiervan. Een taxusstruik kan dodelijk zijn voor paarden, wanneer zij deze plant
binnenkrijgen. Als gevolg van het eten van deze taxus, overlijden de twee paarden
van Hulsbosch. Broen en Verhoeven wisten beiden niet dat de taxusstruik giftig was.
Hulsbosch stelt Broen en Verhoeven aansprakelijk voor de geleden schade en
vordert schadevergoeding wegens onrechtmatige daad.
Broen en Verhoeven zijn niet aansprakelijk. Het oordeel komt er op neer, dat zij
beiden niet wisten dat de taxusstruik giftig was. Zij behoefden dit ook niet te weten,
omdat het niet algemeen bekend is. Zij konden het gevaar dus niet voorzien en
waren niet verplicht de taxusstruik buiten het bereik van de paarden te houden.
Hulsbosch kan de geleden schade niet op Broen en Verhoeven verhalen.
- Disloquerende turnster
Tijdens een training bij haar turnvereniging is een 14-jarige turnster bij het uitvoeren
van een "disloque" uit de ringen gevallen, en heeft daarbij ernstig letsel opgelopen.
Zowel de trainster als de vereniging zijn aansprakelijk voor de letselschade. De
voorzorgsmaatregelen waren onvoldoende om ernstige gevolgen bij zo'n val te
voorkomen, althans te beperken. Vereniging heeft in strijd gehandeld met
zorgvuldigheidsnorm. Vereniging en trainster is aansprakelijk gesteld.
- Tandartsarrest
Dorenbos praktiseert al jaren onbevoegd als tandarts in Tilburg en Hilvarenbeek. Hij
heeft geen enkele bevoegdheid als arts, tandarts of tandheelkundige. Dorenbos is
reeds driemaal veroordeeld wegens het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunde.
De dader is alleen aansprakelijk voor schade uit onrechtmatige daad, indien de norm
die hij overschreden heeft als doel heeft om het (aangetaste) recht van de
benadeelde te beschermen. Er moet dus een relatie bestaan tussen de veroorzaakte
schade en het beschermde belang.
- Quint-te-Poel
Quint was met Hubertus te Poel (de broer van de verweerder in casu Heinrich te
Poel) overeengekomen dat hij twee winkelhuizen zou bouwen op een terrein. Quint
heeft tijdens het werk alleen te maken met Hubertus. Als het werk af is, betaalt
Hubertus te Poel niet. Hij heeft geen geld en geen vermogen om iets op te verhalen.