Aardrijkskunde Wintoets BT1
Inhoud:
- Reader Aardrijkskunde:
1. Waar gaat aardrijkskunde op de basisschool over?
2. Oriëntatie op basisschool methode
3. Een aardrijkskundeles geven
- Basiskennis Aardrijkskunde (hele boekje)
Reader Aardrijkskunde
1. Waar gaat aardrijkskunde op de basisschool over?
Algemeen:
- Domein beschrijving > lijst van belangrijke vaardigheden en leerinhouden
- Systematische werkwijze: belangrijkste> geografische werkwijze (door het stellen van vragen)
- Bestuderen van verschijnselen:
1. Kijken naar verschillende schaalniveaus
2. Kijken vanuit verschillende perspectieven
Domein beschrijving
- Het domein Aardrijkskunde:
1. Kaartlezen en kennis van topografie
2. Kennis van aardrijkskundige thema’s
- Verdeling:
Groep 5/6 > Nederland
Groep 7 > Europa
Groep 8 > De wereld
- Thematische kennis > concrete contexten
Om verschijnselen te kunnen verklaren en beschrijven is thematische kennis nog
- Onderdeel 1 (topografie)
1. Kaartlezen > vaardigheden: selecteren, identificeren, analyseren en interpreteren
2. Kennis van topografie
- Onderdeel 2 (Aardrijkskundige thema’s)
1. Aarde en landschappen > natuurlijke aardrijkskunde, bevat drie aspecten> de aarde,
landschappen op de wereld en landschappen in Nederland
2. Bevolking > bevat demografische begrippen, twee aspecten: Migratie in Nederland en Migratie op
de wereld
3. Bestaansmiddelen > landbouw, industrie en dienstverlening
- Kerndoelen:
1993 > eerste kerndoelen
1998 > kerndoelen herzien
2005 > kerndoelen herzien en teruggebracht. Aardrijkskunde valt onder: Oriëntatie op jezelf en de
wereld.
Geografische werkwijze:
1a. Beschrijven (altijd)
Wat zie je? Waar zie je dat (kaart)?
1b. Herkennen (indien mogelijk)
Waar zie je dat nog meer? Waar heb je dat eerder gezien?
2a. Verklaren (altijd)
,Waarom zie je dat daar?
2b. Waarderen (indien mogelijk, vooral in de bovenbouw)
Wat vind ij ervan? Is het ook goed zo? Wat vinden anderen ervan?
Geografische vierslag:
1. Waarnemen > wat zie ik?
2. Herkennen > ergens anders gezien?
3. Verklaren > hoe komt het?
4. Waarderen > wat vind ik ervan?
Schaalniveau
- Ruimtelijke inrichting (invloeden):
1. Natuurlijke processen
2. Economische processen
3. Politieke processen
4. Culturele processen
5. Historische processen
- Denkkader > inzicht/belevingswereld van kinderen
- Bij schaalniveaus zijn de volgende begrippen van belang:
1. Ligging
2. Afstand
3. Relatie/ bereikbaarheid
4. Grootte/schaal
5. Tijd
- De schaalniveau
1. (Eigen) omgeving
2. Nederland
3. Europa
4. De wereld
Verschillende perspectieven
- Geografische vaardigheden: Kijken vanuit verschillende invalshoeken en Multi perspectivisch
kijken.
- De perspectieven:
1. Economisch perspectief > waar bestaan ze van?
2. Politieke perspectief > hoe is de macht verdeeld?
3. Cultureel perspectief > waarden en normen, kunst, techniek, feesten, rituelen en religie
4. Natuurlijk perspectief > hoe zie de natuur eruit? Hoe gaan mensen ermee om?
2. Oriëntatie op basisschool methode
Van encyclopedisch aardrijkskunde naar exemplarisch aardrijkskunde
- Encyclopedische opzet ( tot de jaren 70): Provincies en landen beschreven en met een opsomming
van feiten dat geleerd moest worden.
- Exemplarisch aardrijkskunde (vanaf de jaren achtig) Naast het kennen van feiten, moest er ook
gewerkt worden aan de toepassing van deze kennis.
> eerst werd er met thema’s gewerkt, de samenhang ontbrak.
> thematisch onderwijs is omgevormd tot het exemplarisch onderwijs. Hierbij wordt gewerkt met
voorbeeld in plaats van alles letterlijk te bespreken.
Methodegebruik
- 12 verschillende aardrijkskunde methodes
- 5 methode hebben samen een marktaandeel van 80 % van de scholen in Nederland. Dit zijn:
, 1. Wijzer door de wereld > 25% van alle scholen werkt hiermee
2. Hier en daar > 10% tot 15% van alle scholen werkt hiermee
3. Geobas > 10% tot 15% van alle scholen werkt hiermee
4. Wereld van verschil > 10% tot 15% van alle scholen werkt hiermee
5. Land in zicht > 5% van alle scholen werkt hiermee
- De meeste leraren volgen de methode volledig (77% in groep 6 en 71% in groep 7/8
- 17% tot 20% van de leraren volgt de methode gedeeltelijk
- Additionele leermiddelen > landkaarten, dvd, Schooltv, video, internet enz.
3. Een aardrijkskunde les geven
- Denkkader van kinderen > inzicht/belevingswereld van kinderen. Wat zien ze om zich heen? Twee
principes hierbij:
1. Van dichtbij naar veraf
2. Concreet naar abstract
Structuur van de les
- Doelen van de les > twee soorten doelen:
1. Kennisdoelen > wat de kinderen na afloop van de les kunnen beschrijven
2. Vaardigheidsdoelen > waar de kinderen na afloop van de les een verklaring over kunnen geven
(verslag uitbrengen)
- Beginsituatie > voorkennis activeren en aansluiten op het denkkader van de kinderen is hierbij erg
belangrijk.
- Inleiding > voorwerp, landkaart, filmpje enz.
- Kern > kinderen krijgen nieuwe informatie
- Verwerking en afsluiting
Beeldvormers
- Voorwerpen en modellen ( en experimenten)
- Didactische brodtekening > methoden zien tekeningen als tekstvervanger, bij een eigen
bordtekening kun je dit uit bereiden door: dingen weg te laten en een opbouw in fases te gebruik.
Aandachtspunten bij het maken van een didactische bordtekening zijn:
1. Teken eerst op A4
2. Plaats en grootte op het bord bepalen
3. Gebruik tekst (begrippen)
4. Bied aandacht aan de schaal van de tekening
5. De opbouw van een tekening is van: basistekening naar een eindtekening
6. Verdiep je vooraf in de vragen en vertellen voor het groepsgesprek
- Leren met foto’s in de klas > naast de methode foto’s gebruiken om aspecten te verduidelijken. Let
op:
1. De strategie (geografische werkwijze)
2. Beschrijven
3. Verklaren
4. Waarderen
- Lesgeven met topografie, didactische tips hiervoor zijn:
1. Leren met kaarten in de klas > kinderen laten aanwijzen, dit kan ook tijdens bijvoorbeeld een
geschiedenisles waar een topografisch aspect in voorkomt.
2. Houd de basistopografie aan > anders wordt het te veel voor de kinderen
3. Herhalen door wisselende contexten > kinderen onthouden het beter
4. Topografie uit eigen interesse > link leggen tussen grote plaatsen die je graag wilt behandelen
5. Het doen van mini-activiteiten > tussen de lessen door
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper loisluttik. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.