KERN AC KTF 3
Les 1a - Zelfmanagement: begrippen, modellen en meetinstrumenten
Overeenkomsten:
- Zelfmanagement en zelfredzaamheid zijn belangrijke onderdelen van eigen regie. Eigen regie
gaat om het zelf beslissen over je leven en zorg en ondersteuning daarbij. Bij
zelfmanagement het gaat over zelf bepalen welke zorg je wilt of wat je belangrijk vindt in je
leven. En bij zelfredzaamheid is het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle
levensterreinen. → het gaat hierbij allemaal uit van iemands eigen wensen en manier van
doen, de eigen kracht van mensen.
- De handreiking Ondersteuning bij zelfmanagement is ontwikkeld vanuit de herstelvisie, wat
betekent dat de methode het persoonlijk herstel van mensen dient te ondersteunen. Herstel
betekent hier niet hetzelfde als genezing, maar gaat over het hernemen van de eigen regie en
de mogelijkheden binnen het leven met of zonder de aandoening
Verschillen:
- Zelfredzaamheid legt de nadruk op zelfstandig functioneren en zelf doen. Zelfmanagement
legt de nadruk op zelf bepalen en kwaliteit van leven.
- Zelfredzaamheid is met zo min mogelijk hulp vragen, bij eigen regie kun je wel gewoon om
hulp vragen.
- Eigen regie gaat om het voorkomen incidentele gezondheidsproblemen. zelfmanagement
gaat het om het voorkomen van chronische gezondheidsproblemen.
Zelfmanagement
Bij zelfmanagement gaat het om meer dan 'zelf doen': het gaat over zelf bepalen welke zorg je wilt of
wat je belangrijk vindt in je leven. Het woord 'management' geeft aan dat mensen met chronische
aandoeningen hun leven opnieuw moeten inrichten, waarbij ze activiteiten ondernemen, bijsturen en
toezicht houden.
Drie gebieden:
1. Leven met de ziekte
2. Focussen op de eisen die de ziekte met zich mee brengt
3. Organiseren van zorg en hulpbronnen
(denk bijvoorbeeld aan diabetes, chronische ziektes,)
Zelfredzaamheid
Zelfredzaamheid is het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle levensterreinen met zo
min mogelijk professionele ondersteuning en zorg. Door behoud en/of versterking van
zelfredzaamheid kan zorg of intensivering van zorg worden voorkomen of uitgesteld.
Eigen regie
Een belangrijk onderdeel van zelfredzaamheid en zelfmanagement is eigen regie, ofwel zelfregie.
Eigen regie gaat om het zelf beslissen over je leven en zorg en ondersteuning daarbij. Centraal staat:
wat wil ik? Eigen regie is: het vermogen om je eigen leven en noodzakelijke ondersteuning te regelen
en het praktische vermogen om jezelf te redden in lichamelijk, sociaal en psychisch opzicht.
Eigen regie gaat om de volgende vier aspecten:
1. Uitgaan van het positieve: wat kan ik wel als cliënt, waar ligt mijn kracht?
2. De cliënt versterken door inzicht in zijn eigen drijfveren en situatie: op welke gebieden gaat het
goed, op welke gebieden gaat het niet zo goed, wat wil ik nog of weer graag kunnen doen?
3. De zeggenschap over ondersteuning en hulp zoveel mogelijk bij de cliënt laten: wat wil ik met mijn
leven, waar wil ik aan werken, welke hulp heb ik daarbij nodig en hoe wil ik dat die hulp eruit ziet?
4. Het versterken en inschakelen van informele en sociale netwerken.
, → Jan heeft een verstandelijke beperking en woont daarom met begeleiding.
Dit is eerder een beperking van eigen regie dan bij zelfmanagement
omdat zelfmanagement meer gaat over de ziekte, zelfmanagement hoort bij
chronische ziekte
Empowerment → dingen die een verpleegkundige kan doen om een ander vaardiger te maken in de
eigen regie
Empowerment is een bewustwordingsproces. Het gaat erom dat de mens probeert bij zijn eigen
potentieel (kracht) te komen en die te activeren.
Mensen met empowerment snappen dat ze de mogelijkheid om hun houding te veranderen, helemaal
in eigen hand hebben. accepteren het niet als anderen hen intimideren. laten zich niet langer
betuttelen door de omgeving. weten vaak als geen ander dat een relatie niet altijd prettig en volgens
verwachting verloopt. durven de angst van henzelf en anderen onder ogen te komen. stappen met
een gerust en goed gevoel op de ander af. maken zich geen (of nauwelijks) zorgen over de
problemen die op hun pad komen. Ze proberen deze stap voor stap op te lossen. accepteren geen
dominant gedrag van een ander en zullen er zelf ook zorg voor dragen, niet dominant naar de ander
toe te zijn. durven weer risico’s te nemen door zelf weer beslissingen te nemen in hun leven.
vergroten hun eigen waarde. geloven weer in zichzelf. maken afspraken met zichzelf die ze ook na
willen komen.
Herstel
Het is een manier van leven, van het leiden van een bevredigend, hoopvol en zinvol leven met de
beperkingen die de psychische klachten met zich meebrengen. Herstellen betreft het ontgroeien van
de rampzalige gevolgen van de aandoening en de ontwikkeling van een nieuwe betekenis en een
nieuw doel in iemands leven".
→ Herstel is een intens persoonlijk, uniek proces van verandering in iemands houding, waarden
gevoelens, doelen, vaardigheden en of rollen. het is een manier van leven, van het leiden van een
bevredigend, hoopvol en zinvol leven mét de beperkingen die de psychische klachten met zich
meebrengen.Herstel betreft het ontgroeien van de catastrofale gevolgen van de psychische
aandoening en de ontwikkeling van een nieuwe betekenis en een nieuw doel in iemands leven.
VISIE VAN ANTHONY!
Het is een proces, een uitkomst en een visie (Anthony, 1993).
Herstel betekent niet per se opheffing van de symptomen, genezing van de aandoening of terugkeer
naar het oude niveau van functioneren. Bij herstel gaat het dus vooral om het te boven komen van
hopeloosheid en van het verlies van een betekenisvolle identiteit, verbondenheid, rollen, kansen.
Mensen met ernstige psychische aandoeningen moeten herstellen van traumatische ervaringen, van
machteloos makende programma's, praktijken, omgevingen en van stigma's en discriminatie in de
samenleving (Korevaar en Dröes, 2008).
Veerkracht → draagkracht
Veerkracht is het vermogen om te herstellen van stress en tegenslag. Als er iets naars of verdrietigs
gebeurt, kun je je knap beroerd voelen. Dat is normaal. Sterker nog: het voelen en accepteren van je
emoties is het begin van een veerkrachtige reactie. Na verloop van tijd veer je vanuit die stress of dat
verdriet, beetje bij beetje, weer terug naar je gewone zelf. Of misschien zelfs naar je betere zelf.
,Shared decision making
Bij shared decision making (SDM), ook bekend als Samen Beslissen, nemen patiënt en zorgverlener
samen een besluit welke zorg het beste bij de patiënt past. ... Door shared decision making maakt de
patiënt bewuster een keuze en is hij trouwer aan de behandeling, die daardoor effectiever is.
Gedeelde besluitvorming
Centraal staat de mens met een chronische ziekte die gezamenlijk met de professional vaststelt wat
hij zelf kan en wil doen. Gezamenlijke besluitvorming is een belangrijke pijler van goede zorg en het
vergroten van de eigen regie van patiënten. Het sluit goed aan bij de wens en noodzaak om
zelfmanagement te ondersteunen, waarin de patiënt meer regie en verantwoordelijkheid op zich
neemt.
Drie stappen in gezamenlijke besluitvorming die de essentie ervan goed weergeven:
1. ‘Choice talk’ (het bespreken dat er keuzes zijn binnen het zorgproces),
2. ‘Option talk’ (het bespreken van de opties met bijbehorende voor- en nadelen, bijv. met
gebruik van keuzehulpen)
3. ‘Decision talk’ (het helpen van de patiënt om zijn eigen voorkeuren te ontdekken en samen
een beslissing te nemen).
Besluitvorming in de palliatieve fase
Het instrument “Besluitvorming in de palliatieve fase” is een hulpmiddel om adequaat te reageren op
actuele zorgvragen in de palliatieve fase.
Deze methode helpt zorgprofessionals om op de juiste wijze te reageren op problemen die zich
voordoen in de palliatieve fase en draagt bij aan multidisciplinaire samenwerking (met cliënt, naasten,
huisarts etc.). Hierbij houden we rekening met de levensverwachting, prioriteiten en wensen van de
cliënt.
De methode “Besluitvorming in de palliatieve fase” is verwerkt in een handzame set: een beslisschijf,
een gebruikswijzer en 14 toepassingskaarten van richtlijnen. Hierdoor is de methode direct inzetbaar.
De methode bestaat uit vier fasen:
● Fase 1 → Breng de situatie in kaart;
● Fase 2 → Vat de problematiek samen en maak proactief beleid;
● Fase 3 → Maak afspraken over evaluatie van beleid;
● Fase 4 → Stel beleid zo nodig bij en blijf evalueren.
Het doel van de beslisschijf:
● Een bredere blik bij klinisch redeneren
● Focus op de prioriteiten van de cliënt
● Proactief denken over problemen
● In kaart brengen van beslismomenten
● Gezamenlijke besluitvorming
● Verslaglegging over beleid en afspraken
● Eenduidige communicatie
De meerwaarde van de methode “Besluitvorming in de palliatieve fase”
● Een geheugensteun voor artsen, verpleegkundigen en apothekers
● Biedt structuur bij weloverwogen symptoommanagement
● Door deze aanpak ontstaat voor de patiënt en mantelzorg inzicht in de mogelijkheden en het
beslissingsproces
● Afstemming hulpverleners op patiënt (en mantelzorg) en op elkaar
, Wat zijn de kenmerken van een chronische ziekte?
- Het is aanhoudend en geen zicht op algeheel herstel
- De ziekte duurt minimaal 3 maanden of een patiënt wordt er minstens 3x per jaar door
belemmerd
- Langdurige en intensieve interventies
- Lichamelijke en geestelijke gevolgen, denk aan depressie of lichamelijke klachten
- Stapsgewijs treden er steeds meer symptomen op
- onomkeerbaar en progressief → niet beter worden
Chronic Care Model
Het Chronic Care model (afgekort CCM) beschrijft de zorgverlening aan chronisch zieken binnen een
bredere maatschappelijke en beleidsmatige context. Er worden vier niveaus onderscheiden:
community (gemeenschap), organisatie, zorgteam of praktijk en patiënt. Meeste over niveau van
gezondheidszorgsysteem.
Bron: Chronic
Care model
pijlers_0.pdf
Generiek (algemeen toepasbaar) Model Zelfmanagement
Doel
Een theoretisch raamwerk voor het bevorderen van zelfmanagement. Het model bevat de essenties
van zelfmanagement en aan welke onderdelen aandacht kan worden besteed bij het werken aan
zelfmanagement in de praktijk.
Het model focust zich op micro niveau en hoe je functioneert en interactie afhankelijk is van algemene
niveaus zoals macro → wetgeving → interactie tussen die 2
Toelichting instrument
Letterlijk centraal in zelfmanagement staat de mens met een chronische aandoening die samen met
de zorgverlener vaststelt wat hij zelf kan en wil doen, welke doelen hij zich wil stellen. De kern van het
model is dus de interactie tussen chronisch zieke en zorgverlener.
Het generiek model is weergegeven als een cirkel opgebouwd uit een kern en verschillende ringen.
Elke omliggende ring bevat aspecten van zelfmanagement die met elkaar samenhangen, die kunnen
inwerken op elkaar en op andere ringen en die van invloed zijn op de dynamiek tussen de chronisch
zieke en de zorgverlener in de kern. Het gaat om de zorgvrager met de ziekte en het eigen aandeel in
de zorg en de naasten etc. hiervan. En over de zorgverlener en het team hiervan.