Hoorcollege 2
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Wij volgen de indeling van formele en materiële ABBB’s, want dat is een indeling dat consequenties heeft voor de
rechtsgevolgen. Als je een ABBB schendt dan neem je een onrechtmatig besluit. Dat betekent niet dat het besluit altijd
wordt vernietigd, art. 6:22 Awb Je kan een gebrek passeren; dat kan tegenwoordig naast een formeel gebrek ook een
materieel gebrek. Er mag gepasseerd worden als aannemelijk is dat belanghebbende niet zijn benadeeld; dat is bij een
formeel gebrek eerder aan de orde zijn, dan bij een materieel gebrek het geval is.
Formele ABBB’s
- Zorgvuldigheid
o Voorbereiding, art. 3:2 Awb (zorgvuldigheid I)
o Specialiteitsbeginsel, art. 3:4 lid 1 Awb (zorgvuldigheid II)
- Fair Play, art. 2:4 Awb (gedeeltelijk)
- Tijdigheid, art. 4:13 Awb e.v.
- Motivering, afd. 3.7 (draagkrachtig en kenbaar)
- Formele rechtszekerheid
- Détournement de procédure
Materiele ABBB’s
- Materiële zorgvuldigheid – belangenafweging, art. 3:4 lid 2 Awb
o Evenredigheid
o Verbod van willekeur
- Détournement de pouvoir, art. 3:3 Awb
- Gelijkheid, o.a. art. 1 Grondwet
- Materiële rechtszekerheid
- Vertrouwen
Dit is heel erg arbitraire. Als je andere boeken gaat bekijken over ABBB’s dan zal je allemaal verschillende indelingen vinden.
Dus waar het omgaat is dat je in het individuele geval gaat kijken naar: is dit beginsel materieel of formeel gebruikt? En
welke consequenties heeft dat? Daarom hebben we goede juristen nodig. Dit komt altijd op het tentamen, maar hele
moeilijke vragen hierover stellen vaak niet; maar wel de middenweg; dus geen zuiver materieel of formeel ABBB. De rechter
koppelt ook vaak verschillende beginselen aan elkaar; door het ene beginsel te schenden is het andere beginsel
geschonden.
Formele ABBB’s
Zorgvuldigheid I
Zorgvuldige voorbereiding, art. 3:2 Awb zie ook art. 3:1 lid 2 Awb.
- Afdeling 3.3.: advisering
- Afdeling 3.4: inspraak, UOV (Uniforme Openbare Voorbereidingsprocedure), art. 3:10 Awb: voor het besluit al
inspraak is van burgers. Dit kan een verplichting zijn vanuit de wet of zelf als rechter bepalen; de consequenties
hiervan zie je in art. 7:1 lid 1 sub d Awb; staat geen bezwaarprocedure meer open, maar direct beroep instellen,
want: je hebt eigenlijk een bezwaarprocedure vooraf (indienen van zienswijze op het voorgenomen besluit)
- Hoofdstuk 4: bij beschikkingen
o Art. 4:2 Awb e.v.: aanvraag
o Art. 4:7 Awb e.v.: horen & afzien van horen: in de meeste gevallen moet je iemand horen. Als je dat niet
hebt gedaan heb je het besluit niet zorgvuldig voorbereid. Dat is op te lossen als er in de bezwaarfase
wel wordt gehoord en dus niet gelijk een reden tot vernietiging.
Uitspraak Mevrouw Cupido: Meneer was in bezit van een muziekvergunning. Mevrouw Cupido woont boven meneer, en meneer maakt
muziek en mevrouw Cupido klaagt over geluidsoverlast. (Derde bladzijde van de uitspraak) Burgemeester stuurt agenten en die gaan kijken
hoe het zit met de geluidsoverlast en ze zeggen: ja inderdaad wel een hoog geluidsniveau en dat is niet oké dus hier is sprake van
muziekhinder en sprake van geluidsoverlast. De burgemeester trekt vervolgens de muziekvergunning in. De afdeling is hier niet mee eens
en zegt dat op twee punten zorgvuldigheidsbeginsel is geschonden: 1) dat is afgegaan op de oren van politieagenten (geen geluidsmeting
plaatsgevonden) 2) aan meneer niet de mogelijkheid is geboden om zijn kant van het verhaal te vertellen – dit vind je in het kopje ‘in
rechte’ begin van de vierde alinea. 3) er is nauwelijks een begunstigingstermijn geweest; appellant heeft geen mogelijkheid gekregen om
zijn leven te beteren. Conclusie: zorgvuldigheidsbeginsel is ernstig geschonden, dat staat u in art. 3:2 Awb.
, Zorgvuldigheid II
Specialiteitsbeginsel, art. 3:4 lid 1 Awb – het geeft een nadere invulling van het legaliteitsbeginsel.
- Bestuursorgaan weegt de rechtstreeks betrokken belangen af.
o Voor zover niet uit een wettelijk voorschrift of uit de aard van de bevoegdheid een beperking vloeit,
bijv.: in de uitspraak Vredesmonument Oegstgeest; omwonende komen op tegen verlening van
monumentenverlening. Rechter: de omwonende kunnen wel tegenop komen, maar belangen worden niet
meegenomen, want als het over monumentenvergunning gaat mogen alleen belangen van monument meegenomen
worden en belangen van omwonende komen pas aan de orde als omgevingsvergunning in het geding is. Dan kunnen
pas belangen van omwonende worden meegewogen.
Uitspraak Zwarte Piet: De rechtbank heeft tegen de burgemeester van Amsterdam gezegd dat bij de afweging of de burgemeester de
vergunning wel of niet verleend, moet de burgemeester art. 8 EVRM meewegen en een rol spelen. Daar is de burgemeester het niet mee
eens en daar zegt de afdeling: daar heeft de rechter een fout gemaakt. Op het moment dat de burgemeester die belangen zou meewegen
(belangen uit art. 8 EVRM) dan gaat het over de inhoud van die vergunning/inhoud van de optocht en daar mag de burgemeester niets
over zeggen. Dus de burgemeester mocht juist niet toetsen/aard van de bevoegdheid van de burgemeester verzette zich tegen toetsing
van art. 8 EVRM.
Fair play
Correcte behandeling, deels ongeschreven beginsel. Het is een verzamelterm voor:
- Vooringenomenheid, art. 2:4 Awb
- Burger geen mogelijkheden ontnemen om op te komen voor zijn belang
- Openheid en eerlijkheid van de kant van het bestuur(sorgaan) over de wegen die de burger kan bewandelen.
Geen processuele kansen ontnemen; Awb zegt, art. 3:45 Awb, dat je een rechtsmiddelverwijzing moet plaatsen
als bezwaar/beroep mogelijk is. Maar als een burger belt en dat vraagt moet je dat zeggen als
ambtenaar/bestuursorgaan. Maar de vraag is hoever die verplichting gaat?
Tijdige besluitvorming
Tijdigheid voor de eerste aanvraag, art. 4:13 Awb – besluiten op bezwaar staat de termijn in hoofdstuk 7, art. 7:10 Awb.
Dwangsom bij niet tijdig beslissen, art. 4:17 Awb. NB: Lex silencio positivo, art. 4:20a Awb.
Het gelijkstellen van niet-tijdig beslissen door bestuursorgaan met een besluit, art. 6:2 sub b Awb; daar maak je geen
bezwaar tegen, art. 7:1 sub f Awb. Als een bestuursorgaan een besluit niet tijdig neemt en je zou bezwaar maken heeft dat
geen nut, want ze geven geen reactie dus dit is logisch dat daar geen bezwaar openstaat.
Motivering
Draagkrachtig en kenbaar; de argumenten die worden aangevoerd moeten samen leiden tot het besluit – er moet een
logica inzitten: deugdelijke motivering, art. 3:46 Awb.
Vermelding, art. 3:47 Awb
- Achterwege laten van de vermelding, art. 3:48 Awb
- Verwijzen naar advies, art. 3:49 Awb
- Afwijken van advies, art. 3:50 Awb
Uitspraak Mevrouw Cupido: meneer is niet gehoord en er was een korte begunstigingstermijn en dan zegt de afdeling: ‘De
afdeling is voort van oordeel…” Hier is geen sprake van een deugdelijke motivering, zoals dat verplicht is gesteld in art. 3:46
Awb.
Formele rechtszekerheid
Ongeschreven beginsel: besluiten moeten duidelijk en ondubbelzinnig zijn geformuleerd (je kan niet zeggen de ene legt het
zo uit en de ander legt het zo uit; lex certa beginsel) én de betekenis ervan mag niet afhankelijk zijn van de uitleg van
anderen.
Détournement de procédure
Ongeschreven beginsel: een besluit dient te worden genomen met behulp van procedure die daarvoor is bestemd. Als dit
niet gebeurt, is er sprake van détournement de procédure. Dit komt niet heel vaak voor. Maar bijvoorbeeld:
benoemingsprocedure; allerlei mensen solliciteren en er solliciteert net iemand die je liever niet hebt maar wel past; je kan
dan niet van de procedure gaan afwijken/aanpassen.