Een uitgebreide samenvatting die ingaat op Domein D van het vak Economie. Dit domein komt overeen met de boekjes Vraag en Aanbod, Markt en Overheid van het boek Praktische Economie.
Domein Overeenkomstig met boekje(s)
D Markt Vraag en aanbod, Markt en overheid
Doel: Je kan in contexten analyseren dat keuzes en ruil die plaatsvinden worden
gecoördineerd via de markt. Prijsvorming is het coördinatiemechanisme waarmee
vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd. De manier waarop
prijsvorming plaatsvindt, is afhankelijk van de marktstructuur (marktvormen) en
heeft gevolgen voor toetreding, welvaart en economische politiek.
D1: Vraag en aanbod
De vraag
Er zijn diverse factoren die invloed hebben op de vraag naar vliegreizen:
De prijs. Dalende prijzen leiden tot een groeiende vraag.
De stand van de economie. Als een economie stijgt, stijgt de vraag.
Het inkomen. Stijgende inkomens geven een stijgende vraag.
De globalisering. Groeiende verbindingen tussen landen zorgen voor een
stijgende vraag.
De bevolkingsomvang. Hoe groter de bevolking, hoe meer vraag er is.
De prijzen van andere vervoermiddelen. Duurder wordende trein- en
autoreizen zorgen voor een stijgende vraag naar vliegreizen (substitutie).
De prijzen van aanvullende goederen. Als de prijs van lang parkeren op
Schiphol sterk stijgt, zal de vraag naar vliegreizen vanaf Schiphol dalen
(complementair).
Uiteraard gelden deze factoren niet alleen voor de vraag naar vliegreizen, maar
gelden ze voor de vraag naar de meeste goederen en diensten.
Substitutiegoederen
We spreken van substitutiegoederen als het ene product het andere product kan
vervangen. Het zijn vervangende of alternatieve goederen die in dezelfde behoefte
voorzien. Voorbeelden zijn: aardappelen & rijst, fiets & scooter, koffie & thee.
Complementaire goederen
We spreken van complementaire goederen als die goederen elkaar aanvullen. Het
ene goed kan niet of nauwelijks zonder het andere. Een Blueray-speler & een
blueray-disc, shag & vloeitjes, een scooter & benzine, inkjetprinter & cartridges.
Het consumentensurplus
Iedere consument is bereid een andere prijs te betalen voor een product. Het
maximale bedrag dat iemand wil betalen is zijn betalingsbereidheid. Als een product
minder kost dan dat de consument bereid was te betalen, heeft de consument
voordeel. Het consumentensurplus is het verschil tussen de betalingsbereidheid van
een consument en de werkelijk te betalen prijs. Het consumentensurplus is het
welvaartsvoordeel van de consumenten.
,De vraagfunctie
Het verband tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid kan worden weergegeven
met een vergelijking, de vraagfunctie. Normaal is het zo dat als de prijs P van een
goed stijgt, de gevraagde hoeveelheid Qv daalt en andersom. Dit verband is een
negatief verband want de verandering van de vraag Qv is tegengesteld aan de
verandering van de prijs P. P↑ = Qv↓ en P↓= Qv↑.
Bij een bepaalde prijs zullen alle vragers die een hogere betalingsbereidheid hebben,
het product kopen. Hun gezamenlijke voordeel is het totale consumentensurplus. De
vragers die een lagere betalingsbereidheid hebben, kopen het product niet.
De vraagfunctie is een lineaire functie – een rechte lijn – en heeft de volgende vorm:
Qv = −XP + Y
Qv is de gevraagde hoeveelheid
P is de prijs
−X is een getal of breuk
Y is een getal
Het minteken geeft het negatieve verband weer, dus een hogere P geeft een lagere
Qv. De −X is de richtingscoëfficiënt: deze −X geeft aan in welke mate Qv verandert
als P met 1 verandert. Is −X gelijk aan −3, dan verandert de Qv met −3 bij een
stijging van P = 1.
Omdat de richtingscoëfficiënt negatief is, is de vraaglijn altijd een dalende lijn!
Voorbeeld vraaglijn en consumentensurplus
De vraag naar kroketten in een snackbar kan weergegeven worden met de volgende
vraagfunctie:
Qv = −3P + 18, waarbij Qv de gevraagde hoeveelheid in stuks is en P de prijs in € is.
Deze vraagfunctie moet in een grafiek worden getekend. Deze grafiek bestaat uit
een as waarop de P staat (verticaal) en een as waarop de Qv staat (horizontaal).
Tekenen van de vraaglijn in een grafiek
Eerst bepaal je de uiterste punten, dus waar raakt de vraaglijn de P-as en
waar raakt hij de Q-as.
Raken van de P-as. Je moet een P berekenen waarbij er geen kroketten
gevraagd worden, dus wanneer de Qv = 0. De vraagfunctie wordt dan: 0 =
−3P + 18 → 3P = 18 → P = 18 ÷ 3 = 6. Dus bij een P van € 6 worden er geen
kroketten gevraagd.
Raken van de Q-as. Je moet een Qv berekenen wanneer er niets gevraagd
wordt voor een kroket, dus wanneer de P = 0. De vraagfunctie wordt dan Qv =
−3×0 + 18 → Qv = 0 + 18 = 18. Dus bij een P van € 0 worden er 18 kroketten
gevraagd. Dit komt overeen met de “18” uit de vergelijking.
Omdat de vraagfunctie lineair is – een rechte lijn dus – zijn deze 2 punten
voldoende om de vraaglijn te tekenen.
, Het consumentensurplus
Stap 1: het berekenen van de gevraagde hoeveelheid Qv bij de verkoopprijs
De snackbareigenaar vraag voor een kroket € 2,00. De P is dus 2. Als je deze prijs
invult in de vraagfunctie kun je daarmee de Qv uitrekenen.
Qv = −3P + 18 → Qv = −3 x 2 + 18 → Qv = −6 + 18 = 12
Stap 2: het tekenen van het consumentensurplus bij de verkoopprijs in de
grafiek
Het consumentensurplus is het totale voordeel van alle consumenten die bereid
waren een hogere prijs te betalen dan nodig is; hieronder weergegeven door de
grijze driehoek.
Het consumentensurplus kan ook berekend worden. Dat doe je met de formule voor
het berekenen van een driehoek: (basis x hoogte) ÷ 2. De basis loopt van 0 tot 12 =
12, de hoogte loopt van € 2 tot € 6 = € 4. Het totale consumentensurplus is dus: (12 x
€ 4) ÷ 2 = € 48 ÷ 2 = € 24.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper feisalsgtedu. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.