100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Feniks Havo (examens) hoofdstuk 6-10 €5,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Feniks Havo (examens) hoofdstuk 6-10

1 beoordeling
 20 keer bekeken  1 keer verkocht

Feniks samenvatting van hoofdstuk 6 tm 10. Ook staan er aantekeningen in en de begrippen zijn uitgewerkt.

Voorbeeld 4 van de 47  pagina's

  • Nee
  • 6 tm 10
  • 21 april 2021
  • 47
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (2892)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: brownsem13 • 3 jaar geleden

avatar-seller
marritbokma
Hoofdstuk 6

- Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.
- De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht
van de Nederlandse Republiek.

In de tijd van regenten en vorsten hield de economische ontwikkeling van de ontdekkingsreizen aan.
Veel boeren gingen zich specialiseren in de veeteelt. Natuurlijke omstandigheden waren verandert
en daarom hadden ze ook geen andere keus. Doordat er steeds kleine slootjes werden gemaakt voor
de afvoer was de bodem ingezakt. Er kon niks meer groeien, wel konden er koeien op grazen en
daarom gingen de boeren over op het vetmesten van dieren. Dit was mogelijk doordat handelaars
graan meenamen, hier kon de bevolking mee worden gevoed.

Rond 1600 werd Amsterdam de belangrijkste havenstad. Brugge was verzand en Antwerpen
uitgeschakeld door de Noordelijke Nederlanden. Het graan bleef niet alleen in Nederland. Het werd
verscheept naar Frankrijk, Spanje en Portugal. De kooplieden werkten met kapitalisme; ze
probeerden zoveel mogelijk winst te behalen na een investering. De zeegewesten profiteerden van
hun gunstige ligging. Het was bij hun mogelijk om in 1 seizoen de zogeheten driehoekstocht te doen.
Vanuit Holland voer een schip naar de golf van Biskaje om inkopen te doen, ze gingen dan naar de
Oostzee om het door te verkopen en keerden dan weer terug.

Amsterdam dankte haar positie vooral aan de stapelmarkt. Het hout en graan uit het Oostzeegebied
werd hier opgeslagen, afwachtend om doorverkocht te worden. Dit was belangrijk, omdat de
aanvoer van de producten onzeker kon zijn door oorlogen en stormen. De hoeveelheid goederen
groeide steeds meer en nieuwe handelsmanieren werden ontdekt.

In de 17e eeuw begon de Republiek een rol te spelen in de wereldeconomie. Hierdoor ontstond in de
Republiek ook het handelskapitalisme. In 1594 werd een compagnie opgericht die zelf specerijen uit
Indië zou halen, dit werd nu vooral gedaan door Spanjaarden en Portugezen. Pieter en Cornelis
kregen de opdracht hier voor het eerst heen te varen, 2,5 jaar later keerden ze terug. Ze draaiden
verlies, maar er was bewezen dat er geen andere landen nodig waren om handel met Indië te
kunnen drijven. Veel kooplieden profiteerden van deze ontdekking en de concurrentie tussen de
steden werd steeds groter, de prijzen van specerijen begonnen te dalen, terwijl ze in Indië juist
stagen.

Johan van Oldenbarnevelt vond dit ongunstig en hij wist na onderhandelingen een
samenwerkingsverband te organiseren van alle kooplieden uit Holland en Zeeland: De VOC.
(Verenigde Oost-Indische Compagnie) Ze kwamen aan werkkapitaal door aandelen uit te geven, aan
iedereen. Elk jaar werd de balans opgemaakt en een deel van de winst uitgekeerd. Ze kregen van de
Staten-Generaal het monopolie om handel te drijven met Azië. Ook mochten ze overeenkomsten
met vorsten sluiten, soldaten in dienst nemen en ze mochten geweld gebruiken als de VOC in gevaar
kwam.

Engeland en Frankrijk werden jaloers op de welvaart van de Republiek. Engeland werkte ze daarom
tegen met de Act of Navigation uit 1651. Hierin stond dat alleen Britse schepen de haven in mochten,
de boodschap was duidelijk: de Hollandse vaarders moesten worden tegengewerkt. Ook Frankrijk
nam maatregelen, de minister wilde de eigen markt beschermen door mercantilisme. Volgens deze
leer moest de import van goederen uit het buitenland worden verminderd en de export worden
gestimuleerd.

, - Het streven van vorsten naar de absolute macht
- De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht
van de Nederlandse Republiek

In 1648 werd met de vrede van Münster de opstand tegen Spanje beëindigd. De Republiek werd als
zelfstandige natie erkend. Terwijl in andere landen de koningen hun macht probeerden te
versterken, kozen ze hier voor een andere machtsvorm. De opstand was voortgekomen uit een
afkeer van de politiek van centralisatie van de Spaanse koning Filips II.

De Republiek bestond uit 7 zelfstandige gewesten, die in principe aan elkaar gelijk waren. De
Gewestelijke Staten hadden de hoogste macht, dit was de vergadering per gewest. Hier werden
besluiten genomen die het gehele gewest aangingen. Hoe de besluiten tot stand kwamen regelde elk
gewest zelf. Tijdens de Staten-Generaal was duidelijk te zien dat er grote verschillen per gewest
waren. Tijdens deze vergadering kwamen de vertegenwoordigers van elk gewest samen. De regenten
kregen van hun gewest instructies mee, week een voorstel hiervan af dan moesten ze voor overleg
terug naar huis. De raadspensionaris keek erop toe dat alles goed verliep en was tijdens een
vergadering vaak lang aan het woord. Ook kon hij gewesten overhalen door te dreigen de Hollandse
financiële bijdrage te stoppen. Ze betaalden meer dan de helft van de gezamenlijke kosten.

In 1672 viel het Franse leger de Republiek in, onder leiding van Lodewijk XIV. Hier was een andere
regeringsvorm, centralisatie was hier de politiek. In Frankrijk waren de koningen al sinds de
Middeleeuwen bezig alle macht naar zich toe te trekken, toen bereikte dit absolutisme een
hoogtepunt. Aan het begin van zijn regeerperiode probeerde Lodewijk te bewijzen dat hij in het
verleden al zijn macht uit handen van God had ontvangen. De hofpredikant en theoloog stelden aan
dit droit drivin een theoretische basis. Volgens hen was de koning alleen aan God verantwoording
schuldig.

Lodewijk voelde zich verheven boven zijn onderdanen. Hun rechten moesten dan ook zoveel
mogelijk worden afgeschaft en teruggedrongen. Lodewijk liep de Staten-Generaal nooit bijeen en
maakte zijn beslissingen zelf. Als katholiek kon Lodewijk niet toelaten dat een deel van de Fransen
protestants was. De Calvinisten hadden in 1598 met het edict van Nantes gewetensvrijheid en
burgerrechten gekregen. In 1685 werd deze wet weer ingeroepen. De Calvinisten / hugenoten
kregen de keus zich te bekeren of het land te verlaten. Veel Fransen kozen ervoor om het land te
verlaten. Rond 1700 was een kwart van de Amsterdamse bevolking Frans. De gevluchte hugenoten
hebben bijgedragen aan de welvaart van de Republiek, terwijl Frankrijk er schade door opliep.
Lodewijk kon dit zich niet veroorloven doordat hij bijna voortdurend kritiek voerde, dit leidde aan het
einde van zijn regeerperiode tot kritiek, zelfs van zijn trouwe aanhangers.

In Engeland was sinds 1215 door het Magna Carta de macht van de koning beperkt door het
parlement. Als koningen teveel absolutistische trekjes hadden liep het slecht met ze af. In 1649 werd
koning Karel I afgezet en onthoofd. Zijn zoon Jacobus II ging het niet veel beter af. Op uitnodiging van
zijn tegenstanders viel Willem III van Oranje in het najaar van 1688 Engeland binnen.

In het rampjaar 1672 was Willem III tot stadhouder benoemd van Holland. Hij was getrouwd met
Mary Stuart, de dochter van Jacobus II. Willem voer met 53 schepen en 400 andere voertuigen
richting Engeland. De Engelse koning vluchtte na 15 weken naar Frankrijk. Na harde
onderhandelingen werden Willem en zijn vrouw, koning en koningin van Engeland, Ierland en
Schotland. Deze gebeurtenissen werden al snel de Glorious Revolution genoemd. Engeland werd
omgevormd tot constitutionele monarchie; de macht van de koning werd vastgelegd in de grondwet.

,Engelse koningen tekenden voortaan de Bill of Rights, een wet waarin de leden van het parlement
jaarlijks alle uitgaven moest goedkeuren. Willem III was voortdurend op oorlogspad en dan vooral
tegen Frankrijk. Hij was ervan overtuigd dat Lodewijk uit was op volledige heerschappij van Europa.
Na de dood van Willem werd pas in 1747 weer een nieuwe stadhouder aangesteld. Deze
stadhouders kwamen uit belangrijke families. De bestuurscolleges in de steden en de gewesten
kregen steeds meer trekken van een oligarchie.


- De wetenschappelijke revolutie
- De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht
van de Nederlandse Republiek

Mensen vertrouwden tot aan het eind van tijdvak 4 dat alles wat in de Bijbel stond waar was. Toch
waren een paar wetenschappers die daaraan twijfelden. Denk aan Erasmus of Francis Bacon. Hij zei
dat alleen op waarneming gebaseerde kennis echt betrouwbaar was. Van Leeuwenhoek ontdekte de
toen nog onbekende wereld van bacteriën. In de 17 e eeuw zijn zoveel ontdekkingen gedaan dat we
spreken van een wetenschappelijke revolutie.

Deze manier van denken maakte niet dat mensen niet meer geloofden. Wetenschappers wouden
juist laten zien hoe slim God alles had gemaakt. De ontdekkingen steunden juist het geloof. God had
hen niet 1 maar 2 boeken geschonken: de Bijbel en het ‘Boeck der Nature’.

Antoni van Leeuwenhoek en Jan Swammerdam werkten vooral praktisch. Ze hielden zich niet bezig
met het bedenken van theorieën. Een bekende wetenschapper was Christiaan Huygens samen met
zijn broer maakte hij een telescoop waarmee hij in 1655 de ringen rondom de planeet Saturnus
beschreef. Ook bedacht hij een formule voor de slingerbeweging.

Christiaan Huygens verbleef enige tijd aan het hof van Lodewijk XIV. De koning omringde zichzelf
graag met kunstenaars en wetenschappers, die moesten hun talenten gebruiken om de koning
tevreden te stellen. Het paleis van Versailles straalde dit allemaal uit. Lodewijk was in dit universum
waar alles omheen draaide. Lodewijk was goed in ballet, in zijn laatste rol verscheen hij als zon,
vandaar ook de bijnaam zonnekoning.

In Frankrijk zette het hof van de koning alles wat met kunst en wetenschap te maken had in gang. Dit
gebeurde in Engeland ook met de koningen. De Republiek kende nauwelijks een hofcultuur, toch
kwam de kunstbeoefening er tot een ongekende hoogte. Er werden in de 17 e eeuw enorm veel
schilderijen gemaakt. Denk aan Jan Steen, Rembrandt van Rijn en Frans Hals. Hij stond bekend om
zijn zwierige schilderstijl.

Over Johannes Vermeer is weinig bekend. Hij woonde in Delft en schilderde vooral interieurs met
slechts enkele mensen daarin. De schilderijen zijn ingetogen en tijdloos. Hij was bevriend met
Leeuwenhoek en men vermoed dat hij hem op zijn schilderij de astronoom heeft geportretteerd. De
schilderkunst was een voortzetting van een traditie. De schilders van de 17 e eeuw konden nieuwe
genres ontwikkelen. Veel schilderijen laten een dagelijks tafereel zien en zijn klein. In de Republiek
duurde de bloeiperiode tot het rampjaar 1672, toen stortte de markt in en kochten mensen liever
tweedehands schilderijen.

- Absolutisme: staatsvorm waarin de koning alle macht in handen heeft en alleen aan God
verantwoording hoeft af te leggen.
- Constitutionele monarchie: koninkrijk met een grondwet waarin de macht van de koning is
vastgelegd.

, - Droit drivin: Frans voor: Goddelijk recht. Dit houdt in dat een koning van God het recht om te
regeren heeft gekregen en daarom alleen aan God verantwoording schuldig is.
- Economie: de wetenschap die zich bezighoudt met de productie, consumptie en distributie
van goederen en diensten.
- Handelskapitalisme: een vroege vorm van kapitalisme, waarbij kooplieden geld verdienen
met de handel.
- Kapitalisme: economisch systeem met als belangrijke kenmerken winststreven, prive-bezit en
concurrentie.
- Mercantilisme: economisch stelsel dat de bestaansmiddelen in het eigen land wil versterken
door de export van eindproducten te bevorderen en de import ervan te bemoeilijken.
- Oligarchie: regeringsvorm waarbij een kleine, aan elkaar verwante groep familie de macht in
handen heeft.
- Raadpensionaris: de hoogste ambtenaar in het gewest Holland die grote invloed had op de
besluitvorming in de Staten-Generaal.
- Regent: bestuurder. Bestuurders waren een elite en kwamen meestal uit dezelfde families.
- Stapelmarkt: aangekochte producten waar nog geen koper voor is, worden in pakhuizen
opgeslagen totdat zich een koper aandient of de prijzen zich gunstig hebben ontwikkeld.
- Verenigde Oost-Indische Compagnie: VOC, Nederlandse handelsonderneming in de 17 e en
18e eeuw met een monopolie op de handel tussen Europa en Azië.
- Wereldeconomie: de economie waarbij goederen uit verschillende delen van de wereld
onderling worden verhandeld.
- Wetenschappelijke revolutie: wetenschappelijke ontwikkeling die tot een ander mens- en
wereldbeeld leidt. Kenmerken van de wetenschappelijke revolutie in de 17 e eeuw zijn
observatie en experimenteren.


PowerPoint en stelling H6

Tijdvak 6; de zeventiende eeuw.
- Handel overzee
- Wie heeft de macht?
- Wetenschap en kunst

In de 17e eeuw werd het fluitschip ontworpen. Dit smalle, maar lange schip ging mee op handelsreis.
Door het kleine dek hoefde de bemanning minder tol te betalen. In Nederland lukte het graan
verbouwen niet meer. Voortaan haalde men graan uit het Oostzeegebied. Dit ontwikkelde zich later
tot de grootste handel van de Republiek, oftewel de moedernegotie. Boeren in de zee-gewesten
gingen over op commerciële landbouw bijv. met veeteelt.

Op de stapelmarkt in Amsterdam werden goederen opgeslagen totdat de prijs hoog genoeg was voor
de verkoop. Dit had zo zijn voordelen; er waren weinig prijsschommelingen en een constante
bevoorrading. Met een kapitalistisch principe; eerst investeren, dan winst maken. De panden langs
de grachten van Amsterdam werden gebruikt als pakhuizen. Met een takel werd de lading naar
boven getild.

Tijdens de opkomende wereldeconomie ontstond er het handelskapitalisme. Er kwamen hoge
investeringen met als doel winstmaximalisatie. Dit was vrijwel altijd alleen logistiek. In 1602 ontstond
de VOC (Azië). Dit was om de concurrentie tegen te gaan en risico’s te spreiden. Ze kregen een
handelsmonopolie, met een eigen leger en ze mochten zelfstandig verdragen sluiten en factorijen
stichten.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marritbokma. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67474 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,49  1x  verkocht
  • (1)
  Kopen