geschiedenis tijdvak 8
HOOFDSTUK 8 - De tijd van burgers en stoommachines
§1 - De industriële revolutie
KA: de industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële
samenleving.
Industrie en samenleving
In Groot-Brittannië maakten handwerktuigen plaats voor machines die werden aangedreven
door stoommachines. Door mechanisatie ontstond industrie. Deze ingrijpende verandering
wordt de industriële revolutie genoemd.
De industrialisatie, uitbreiding van industrie, begon in GB. Het vond pas later plaats in VS,
en Europa (in de tijd van burgers en stoommachines).
Vanaf het platteland verhuisden vele mensen naar de stad. Zo ontstond een grote klasse
van industriearbeiders en een klasse van kapitalisten die geld belegde in industrie en
handel. Tussen deze twee ontstond een middenklasse, dit waren artsen, leraren,
kantoorpersoneel en winkeliers.
In welke stand je zat werd bepaald door je geboorte.
Welke klasse je zat werd bepaald door je bezit.
Oorzaken industrialisatie
1. Agrarische revolutie begin 18e eeuw
- Grotere boerderijen met betere technieken.
- Minder arbeiders meer opbrengst → bevolkingsgroei.
- Arbeids uitstoot: trek naar steden.
- Veel investeren.
2. Ontwikkeling infrastructuur en mijnbouw
- Transportrevolutie.
- Stoommachines.
- Mijnen.
3. Innovatie.
Landbouw, gezondheidszorg en transport
De stoommachine was ontwikkeld in de mijnindustrie, een ander deel van de
industriesector.
De tweede industriële revolutie
1890. Door de voortdurende technologische vooruitgang nam de productie sterk toe en
ontstonden nieuwe industrieën met nieuwe producten, tweede industriële revolutie.
Duitsland en de VS haalde GB in. Belangrijk over deze fase van de industriële revolutie
waren de ontwikkeling van de staalindustrie en van de chemische en elektrotechnische
industrie. IJzer → staal.
Elektrische revolutie → straatverlichting, telefoon.
Chemische industrie → plastics, synthetische verven en medicijnen.
Voedingsmiddelenindustrie → blikvoedsel en margarine.
Transportrevolutie → spoorwegen, bruggen, stoomschip.
§2 - Politiek-maatschappelijke stromingen
1
, KA: de opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme,
socialisme, confessionnalisme en feminisme.
Libéralisme, nationalisme en conservatisme
Congress van Wenen (1814-1815), dit was voor machtsevenwicht in Europa:
- Geven van vrijheid en gelijkheid is gevaarlijk.
- Het doel was restauratie (terug brengen naar het oude).
- Conservatief.
- Macht weer bij vorsten en adel. Standenmaatschappij.
Op het vasteland in Europa hadden koningen en edelen de macht. Dit stuitte op verzet van
nieuwe politiek-maatschappelijke stromingen, bewegingen die wilden deelnemen aan het
staatsbestuur het bepaalde opvattingen over de inrichting van de staat en de maatschappij.
Mogendheden is grote belangrijke landen of gebieden.
Liberalisme:
- Betekenis: politiek-maatschappelijke stroming die streeft naar afschaffing van de
staat (overheid).
- 19e eeuw
- Bestond uit alle sociale groepen tussen de adel en de arbeidersklasse.
- Arbeiders werden niet tot de burgerij toegerekend.
- Ze wilde een grondwet die de koninklijke macht beperkte.
- Ze wilde ook persvrijheid en andere burgerrechten.
- De wet moest voor iedereen gelijk zijn.
- Ook waren ze economisch voor vrijheid, economisch liberalisme.
Nationalisme:
- Betekenis: streven naar vorming van een natiestaat.
- De vonden dat volken recht hadden op eigen staat, een natiestaat.
- Volken moesten over hun eigen lot kunnen beschikken.
- Duitse rijk, Italië, Griekenland en Servië.
Conservatisme:
- Betekenis: politiek maatschappelijke stroming die streeft naar behoud van bestaande
toestanden.
- Ze wilde het meeste houden zoals het was.
- Ze vonden veranderingen gevaarlijk, zoals vrijheid en gelijkheid.
- Het zou anders een chaos worden.
- Leiding van de kerk, adel, monarchie en een leger.
Nieuwe natiestaten en agressief nationalisme
Door het groeiende verzet tegen de autoritaire monarchie hield de orde van het COngres
van Wenen op den duur geen stand.
Griekenland en Servië maken zich los van het Ottomaanse gebied.
1830, Opstand in Parijs → nieuw koningshuis
1830, België scheid zich van Nederland af met een liberale grondwet.
1848, revolutiejaar, eind aan Franse monarchie. Liberalen namen de macht over. Frankrijk
werd een republiek.
Dit was allemaal met verzets, rellen en geweld gedaan.
2