Geschiedenis hoofdstuk 10 Van hunebed tot heden, geschiedenis van Nederland
§1 Wat is er aan de Nederlanden vooraf ging
Uit opgravingen is gebleken dat er op ons grondgebied 200.000 tot 150.000 jaar geleden al mensen
leefden. Het waren jagers en verzamelaars. Pas veel later, omstreeks 3500 voor Chr. vestigden zich
landbouwers op ons grondgebied.
Voor de Romeinen was ons grondgebied een grensgebied, waar de Romeinse beschaving overging in
de ‘onbeschaafdheid’ van Germaanse en Keltische stammen. Over de Germaanse cultuur is weinig
bekend, er is alleen geschreven over ze met de oorlogen met de Romeinen. Het deel van de
Germanen dat onder de Rijn leefde is geromaniseerd. De Romeinen stichtten langs de rivieren
legerplaatsen met soms steden erbij.
Na het vertrek van de Romeinen eind 4 e eeuw, bleef er maar weinig over van de Romeinse cultuur op
ons grondgebied.
§2 De opstand in de Nederlanden
Sinds 925 hoorde ons grondgebied tot het Duitse rijk. Het hoogste gezag was formeel in handen van
de Duitse koning of keizer. Deze werd gekozen door een aantal Duitse vorsten, keurvorsten
genoemd. In werkelijkheid was het gezag in de meeste gebieden in handen van hertogen, graven en
bisschoppen.
Pas in de 14e en 15e eeuw tekenden de Nederlanden zich min of meer af als een politieke eenheid af.
- De steden groeien sinds de 12e eeuw:
De Lage Landen waren eerst niet van groot belang voor Europa. Maar toen de steden begonnen t
groeien in de 12e eeuw veranderde dat. Door de monding van de rivieren in Nederland werd het
steeds drukker met handelaren die havens, opslagruimte en schepen zochten. Er ontstond een
landschap dat getekend werd door (water)wegen en steden. Een aantal steden sloot zelfs een
onderling handelsverbond: de Hanze.
- Hertogen van Bourgondië streven ernaar de Lage Landen in hun bezit te krijgen:
Vanaf de 14e eeuw begonnen de hertogen van Bourgondië de Lage Landen stuk voor stuk aan
hun bezit toe te voegen, waarmee ze het meest verstedelijkte gebeid van Europa bezaten en veel
belastingopbrengsten hadden. Door erfenissen en oorlogen werd hertog Filips de Goede van
Bourgondië heer (hertog of graaf) in een groot aantal gewesten. Deze waren in hoge mate
zelfstandig ten opzichte van hun heer. Adel, geestelijken en stedelijke burgerij bezaten rechten
waaraan de heer zich moest houden. Vooral de steden waren door hun stadsrechten zeer
zelfstandig. De Hollandse graaf Floris V was een voorbeeld van een heer die zich niet aan de
rechten van de adel hield en met wie het daardoor slecht afliep.
- Filips de Goede centraliseert:
Filips de Goede, hertog van Bourgondië, voerde een bewuste centralisatiepolitiek om van al die
gewesten een eenheid te maken en daardoor zelf meer macht te krijgen:
Hij verplaatste zijn hof uit Dijon nar het centraal gelegen Brussel.
In alle hertogdommen en graafschappen stelde hij stadhouders als zijn
vertegenwoordigers aan.
Hij stelde de Staten-Generaal in. Een belangrijk recht van de adel, geestelijkheid en
stedelijke burgerij was het al dan niet toekennen van belastingen aan de heer. De
, heer moest daarom een bede (verzoek) doen aan de vergadering van adel,
geestelijken en burgerij. Dit werd de vergadering van de Staten (standen) genoemd,
omdat de 3 standen erin vertegenwoordigd werden.
- Gebiedsuitbreiding door Karel V:
Karel V breidde als hertog van Bourgondië zijn gebeid in de Nederlanden uit. Door oorlog te
voeren met hertogen van gewesten die hij nog niet in handen had wist hij zijn gebied uit te
breiden en zo heer te worden van alle Nederlanden.
In 1568 begon in de Nederlanden een opstand tegen de opvolger van Karel V, zijn zoon Filips II.
Factoren die bijdroegen tot het ontstaan van de opstand waren:
- Het streven van Karel V en Filips II naar centralisatie:
Omdat ze beide ook koning van Spanje waren stelden zij een landvoogd als plaatsvervanger aan.
Daarnaast kwamen er 3 centrale raden: de raad van State voor de buitenlandse zaken en
oorlogen, de raad van Financiën voor belasting en geld en de Geheime Raad voor binnenlandse
zaken en justitie. De landvoogd en de 3 raden vormden samen een centrale regering voor alle
gewesten. Deze machtsvergroting botste alleen met de stadsrechten van de steden. De vrijheid
die zij voor veel geld hadden gekocht werd nu weer ingeperkt.
- De splitsing van de christelijke kerk door de hervorming/reformatie:
De hervorming leidde tot een godsdienstige splitsing in de katholieke kerk en de protestantse
kerk. Karel V en Filips II wilden godsdienstige eenheid in hun rijk handhaven. Daarom begonnen
ze met het vervolgen van de protestanten met steeds strenger wordende plakkaten. Deze
moesten worden uitgevoerd door de plaatselijke bestuurders, maar veel van hun deden dit niet.
In augustus 1566 kwamen groepjes protestanten openlijk in verzet tegen de katholieke kerk door de
beeldenstorm. Margaretha van Parma deed enkele tegemoetkomingen aan de protestanten en wist
zo de orde te herstellen. Toch zond Filips II als reactie op de beeldenstorm in 1567 de hertog van Alva
met een leger naar de Nederlanden. Margaretha nam ontslag en Alva werd de nieuwe landvoogd.
Om de mensen die deel hadden genomen aan de beeldenstorm te straffen stelde Alva een centrale
rechtsbank in, de Raad van Beroerten. Veel inwoners vluchtten naar het buitenland.
In 1568 vielen Willem van Oranje en zijn broers met een huurleger vanuit het Duitse rijk de
Nederlanden binnen. De bedoeling was dat het volk tegen Alva in opstand zou komen, maar dat
gebeurde niet. Maar aanhangers, de Geuzen, zette de strijd door.
Na de verovering van Den Briel door de Geuzen slaagden de protestanten erin zich meester te maken
van de macht in veel Hollandse en Zeeuwse steden. De overige gewesten kregen steeds meer last
van de Spaanse troepen die als ze niet genoeg betaald kregen gingen plunderen. Daarom sloten die
gewesten vrede met Holland en Zeeland: de pacificatie van gent (november 1576), die tevens een
onderling bondgenootschap was. Het gezamenlijk doel van alle gewesten was de Spaanse troepen te
verdrijven, maar de pacificatie mislukte al snel. De voornaamste oorzaak hiervan was de grote
verdeeldheid op godsdienstig gebied. Willem van Oranje deed een poging om de 2 groepen tot
verzoening te laten komen maar dit mislukte ook. Uiteindelijk sloten de 3 zuidelijke gewesten begin
1579 een bondgenootschap: de Unie van Atrecht. Zij onderwierpen zich aan Filips II en erkenden de
nieuwe Spaanse landvoogd Parma. Enkele weken later sloten de noordelijke gewesten en enkele
zuidelijke steden de Unie van Utrecht, eveneens een bondgenootschap, maar juist ter verdediging
tegen de troepen van Parma. Intussen werd Filips II overgehaald door Parma om Willem van Oranje
in de ban te doen en zo werd hij vogelvrij verklaard.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marrehuijsmans. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,48. Je zit daarna nergens aan vast.