Belangrijke begrippen TA
Ontstaan TA
Eric Berne- Psychiater, Psychoanalyticus 1910-1970
Theorie jaren 60/ 70 ontwikkeld
- Persoonlijkheidstheorie, communicatietheorie, ontwikkelingstheorie
- Gaat ervan uit dat mensen ok zijn
- Mensen hebben eigen verantwoordelijkheid voor proces
- Besluiten gaan herzien – hoe kan het anders
- Mensen bepalen eigen lot door besluiten. Deze kunnen herzien worden
- Hoe eerder een eigenschap is ontwikkeld, hoe lastiger te veranderen
- Biedt verandering voor mensen die vastlopen met zichzelf en anderen
- Coaching 1 op 1 en in groepen
Doel van TA:
Bewustheid: vermogen om te zien, horen, voelen, proeven, ruiken op manier waarop
pasgeborene dat doet. Leven in het hier en n, niet in verleden of toekomst.
Inzicht: ik kan mijn thema zelf oplossen en aanpakken.
Spontaniteit: Vrij reageren vanuit zijn hier drie ego-toestanden. Denken, voelen en gedragen
vanuit ouder, volwassene of kind Ego-toestand.
Intimiteit: open uitwisselen van gevoelens en behoeften zonder racketgebruik of spelen.
= autonomie
Client leert probleem oplossen vanuit vrije keuze ipv reageren uit situatie van vroeger
OK-Vierkant
++, --, +-, -+
Levensposities
Ik ok, jij ok – volwassen
Ik ok, jij niet ok – wantrouwend ouder
Ik niet ok – jij ok – afhankelijk kind
Ik niet ok, jij niet ok – desinteresse
(Oefening pot pindakaas)
Ik ben OK, jij bent OK: oplossen van problemen, positieve insteek
Ik ben niet OK, jij bent OK: ik voel mij minder dan andere, slechte stemming, bevestiging van
andere dat ik minder ben
Ik ben OK, jij bent niet OK: de baas spelen over andere, dominant
Ik ben niet OK, jij bent niet OK: ik geloof dat niemand iets waard is
,Ego-toestanden
- Hoe persoonlijkheid is gestructureerd
- Gedragingen, gevoelens, gedachten
- Structureel, functioneel, Ego-gram
Herkennen ego toestand:
A-woorden en zinnen
B-Intonatie: hoe
C-houding: mimiek, gebaren
D- de soort relatie: hoe reageert iemand op interactie?
OVK – ouder, volwassenen kind
Ouder- gevoelens, gevoelens, gedachten gedragingen, gedachten overgenomen van ouders
Volwassene: gedrag directe respons van hier en nu
Kind: Gedrag, gevoelens, gedachten vanuit kinderjaren herhaald
Hoe is je ego-positie te herkennen?
-gedragsdiagnose: woorden, intonatie, gebaren, lichaamshouding
-sociale diagnose: tot welke egotoestand voel ik mij verleid?
-historische diagnose: in therapie: de egostructuur van de patiënt wordt duidelijk door
‘historisch onderzoek’
-fenomenologische diagnose: diagnose vanuit herbeleving in geleide fantasie of rollenspel
Structureel model – hoe je je voelt
- Binnenkant
- Hoe persoonlijk is opgebouwd aan de binnenkant
- Operating system
- Verhouding in jou
- Buitenkant ziet dit niet aan jou
Dit is hoe je persoonlijkheid is opgebouwd. Van kind naar ouder naar volwassene.
O: gedraging, gedachten gevoelens overgenomen van ouders
V: ggg hier en nu
K: ggg van vroeger herhaald
, Eerst wordt kind opgebouwd. Pre verbaal- wat jij begreep hoe wereld in elkaar zit
Eerst kind (K2)
O: ouder in kind – magische ouder
V: volwassene in kind – vroege werkelijkheidsbeleving – kleine professor- jouw verhouding
van jezelf, de wereld en anderen
K: Kind in kind – taal wordt in je leven gevoegd.
Dan ouder: geintrojecteerde ouders en ouderfiguren
Introjectie: je haalt het naarbinnen. Je hoort je ouders in je hoofd praten. Echo’s van wat
anderen tegen je hebben gezegd.
Dan volwassene: Is niet onderverdeeld!
Functioneel model – OVK
- Buitenkant
- Welk gedrag laat je zien/ is zichtbaar
- Ze zijn allemaal effectief. Soms het ene en soms het ander.
Volwassenen gedrag:
- Niet oordelend
- In het hier en nu
- Niet meegaan in meningen
- Geïnteresseerd, zelfverzekerd, realistisch
Kritische ouder:
- Moralisch, oordelend, autoritair
- Doe dit, stop dat, dit is goed/slecht
- Streng, kortaf, kin omhoog, rechte rug
- Relatie: ongelijkwaardig
- Heeft aangepast kind nodig
Voedende ouder
- Ik help je, wat is er?
- Geruststellend, verzorgend, steunend, begrijpend
- Herhaalt oudergedrag uit verleden
- Ongelijkwaardig
- Ook dominant maar door aardig te zijn.
- Heeft aangepast kind nodig
Rebellerend kind
- Opstandig, klagend
- Is aangepast kind, maar dan negatief
- Je weet wat de ander irriteert
- Je doet dat wat degene boos maakt
Vrij kind/ neutraal kind