Management en Economie 1
Organisatiekunde is de systematsche en structuele besturing van (de
verschillende) organisaties.
Een organisatie is een doelgericht samenwerkingsverband, waar in de
samenwerking door twee of meer mensen wordt samengewerkt en middelen
worden gebruikt om een doel te realiseren.
Een bedrijf streeft naar continuïteit (het wil blijven bestaan, het wil niet dood) en
kent bepaalde rechtsvormen.
Bedrijven: (Zijn vaak afhankelijk van hun klanten om te blijven
bestaan).
Profitbedrijven: Philips, Douwe Egberts, particulieren scholen
Non-Profitbedrijven: School, Ministeries, Ziekenhuizen
Overige organisaties: (Zijn afhankelijk van leden).
Overige organisaties: Amateursportvereniging, Kerk, Moskee
Frederick Taylor: (Scientific management)
Hij ziet een organisatie als een gesloten systeem die je met een
wetenschappelijke methode kan optimaliseren. Door tijdmetingen en
bewegingsstudies van handelingen in het productieproces.
Nadelen: Eentonigheid, uitbuiting arbeiders, meerdere bazen
Voordelen: Verregaande taakverdeling en specialisatie, efficiency, invoering
prestatiebeloning
Henri Fayol: (General management)
Hij was op zoek naar algemene richtlijnen om complexe organisaties te
beschrijven, dus ook organisaties buiten het productieproces. Hij zegt dat je
benodigde vaardigheden moet hebben om een organisatie als geheel te leiden
door een structurele benadering van: Plannen, organiseren, opdrachten geven,
coördineren en controleren.
Nadelen: Het idee van eenheid van bevel is achterhaald
Voordelen: Algemeen geldend, management leren
Elton Mayo: (Human relations benadering)
Hij zegt dat arbeidsprestaties niet alleen tot stand komen op basis van rationele
overwegingen maar ook op basis van sociale aspecten. Hij is hier achter
gekomen door de hawthorne experimenten.
Nadelen: Werkplaats kunnen te sociaal worden
Voordelen: Hogere arbeidsproductiviteit door aandacht voor sociale aspecten
, Kenneth Boulding: (Systeem theorie)
De toenemende interdependentie in de wereld en het besef dat tal van
problemen alleen worden opgelost door samenwerking. Hij beschouwd een
organisatie als een open systeem.
Nadelen: Conceptuele benaderingen is erg abstract en vraagt veel kennis en
oefening
Voordelen: Het geheel is meer dan de soms der delen zoder verlies van
specialistische expertise
Stroming Bedenker Centrale gedachte
Scientific Management Frederick Taylor Hij wilde organisaties meer standaard,
(Taylorism) efficiënt en productief maken door hun
proces te bestuderen en die te verbeteren
(division of labor). Wetenschap gebruiken op
het werk.
General management Henri Fayol Hij zag een systematische aanpak om
managers te trainen. Hij heeft een basis
gelegd voor management theorieën.
Classical Management Max Weber, Henri Fayol, Dat er voor alles maar een correcte manier is
Theory Frederick Taylor om iets te doen.
Human relations approach Elton Mayo Management is de studie van gedrag van
mensen op werk.
General System Theory Ludwig von Bertalanffy, Open systemen (organisatie als een geheel
J.G. Miller zien). Organisaties worden door de
toenemende interdependentie in de wereld
geforceerd om tal van problemen op te
lossen door samen te werken.
7S model:
Strategy: Wat de organisatie in grote lijnen doet.
Structure: Arbeidsverdeling en coördinatie.
Systems: Systemen, procedures en modellen.
Staff: Personeelsbeleid.
Skills: Kennis en vaardigheden.
Style: Stijl van leidinggeven