Samenvatting hoofdstuk 9, Principes van marketing
9.1
Product: alles wat onder de aandacht van de markt kan worden gebracht of aangeboden
voor aankoop, gebruik of verbruik en wat voorziet in een behoefte of wens → dit kunnen
zowel immateriële objecten zijn als diensten, personen, plaatsen, organisaties en ideeën.
Diensten: activiteiten, benefits of vormen van behoeftebevrediging de te koop worden
aangeboden, ontastbaar zijn en waarvan de consument geen eigenaar kan worden.
3 niveaus van producten (zie blz. 266, F 9.1):
Kernproduct: de oplossing of verzameling kernbenefits die de klant verwerft wanneer hij
het product aankoopt → het product wordt beschouwd in termen van functies voor de
afnemer: het product als vervuller van een specifieke behoefte van de afnemer.
Tastbaar product: de componenten van het product die fysiek waarneembaar zijn → de
onderdelen, het kwaliteitsniveau, functies, stijl, merknaam, verpakking en andere
kenmerken die tezamen de benefits van het kernproduct leveren.
Uitgebreid product: de toegevoegde eigenschappen, zoals extra dienstverlening en
benefits, die rond het kern- en het tastbare product worden gecreëerd.
4 productindelingen:
Duurzaamheid: niet-duurzame producten dat een relatief korte levensduur heeft en
wordt vaak niet vaak gebruikt → duurzame producten gaan langer mee en kunnen vaker
worden gebruikt.
Consumentenproducten: product dat door de finale afnemers (eindconsument) voor
persoonlijk gebruik wordt gekocht → marketingoverwegingen voor producten:
Convenience products: consumentenproducten waarvoor de consument zeer weinig
koopinspanning wenst te verrichten → vaak gaat het om frequent en routinematig
aangekochte producten, de consument koopt ze vaak, direct en zonder vergelijking.
Shopping products: consumentenproducten waarvoor de consument bereid is enige
moeite te doen voordat hij tot aanschaf over gaat → het zijn producten die de
consument in een selectie- en koopproces vergelijkt op geschiktheid, kwaliteit, prijs
en stijl.
Specialty products: consumentenproducten met unieke kenmerken of een speciale
merkidentiteit waarvoor een aanzienlijke groep klanten een bijzondere
koopinspanning overheeft.
Unsought products (niet-gezochte producten): consumentenproducten die de
consument al dan niet kent, maar waarbij hij normaal gesproken niet intrinsiek
gemotiveerd is ze te kopen.
Industriële producten: producten die worden gekocht door personen of organisaties
voor verdere verwerking f gebruik in een bedrijf of instelling → hiervan zijn ook weer 3
groepen:
Materialen en onderdelen: industriële producten die volledig in het product opgaan,
zoals grondstoffen en gefabriceerde materialen en onderdelen.
Kapitaalgoederen (duurzame productiemiddelen): goederen die worden aangewend
in productiehuishouding, waarbij hetzelfde goed gedurende diverse
productieprocessen kan worden gebruikt → zij helpen bij de productie of het
uitvoeren van werkzaamheden voor de klanten.
Hulpmaterialen en ondersteunende diensten: industriële producten die niet in het
eindproduct opgaan.
Bijzondere productindelingen: organisatiemarketing, personenmarketing, marketing van
plaatsen en maatschappelijke (ideeën) marketing.
9.2