Vroegtijdige signalering
van licht verstandelijke
beperking (LVB) bij
delinquenten in de
strafrechtketen
Auteur : Martijn
Coachgroep :
Studentnummer :
Inlognaam :
Studiejaar : 2020-2021
Praktijkdocent :
Instelling : NHL Stenden Hogeschool
Instituut : Academie voor gezondheidszorg
Opleiding : HBO-Verpleegkunde
Onderwijseenheid : Onderdeel: Advies
Adres : Rengerslaan 10
8917 DD Leeuwarden
Opdrachtgever :
Adres :
Praktijkbegeleider :
Inleverdatum :
Aantal woorden : 10.892 woorden
Verslag code :
Rapport : Onderdeel: Advies, onderzoeksopzet afstudeeronderzoek
,Voorwoord
Geachte lezer,
Graag stel ik mij aan u voor: Mijn naam is: Martijn. In het kader van de studie
HBO-Verpleegkunde ben ik via het lectoraat: Digitale Innovatie in Zorg en Welzijn (DIZW) in
januari begonnen met het laatste onderdeel daarvan; het praktijkonderzoek.
Dit (afstudeer)onderzoek is gedaan in opdracht van: het MEE lab en NHL/Stenden
Hogeschool, gevestigd in Leeuwarden. Beide instellingen zijn in 2020 een
samenwerkingsverband aangegaan om praktijkgericht onderzoek, zorg, ondersteuning,
samenleving en hoger onderwijs te verbinden (MEE lab, 2020).
Het beroep van hbo-verpleegkundige is gebaseerd op zeven CanMEDS-rollen die betrekking
hebben op: kennis, vaardigheden en attitude (V&VN, 2020).
In de afgelopen drie studiejaren zijn deze rollen vanuit verschillend perspectief tijdens
colleges, themabesprekingen, vaardigheidstrainingen en stages aan de orde geweest en
getoetst. Ook in dit onderzoek is het de bedoeling dat verschillende rollen worden toegepast
te weten: CanMEDS-rol 4 (Reflectieve EBP-professional) en CanMEDS-rol 7 (Professional en
kwaliteitsbevorderaar).
Van het praktijkonderzoek is een onderzoeksverslag gemaakt dat voor u ligt. Het bestaat uit
twee delen: Het literatuuronderzoek (onderzoeksopzet en onderbouwing) en het
praktijkonderzoek. Aan de hand van de vraagstelling en een viertal theoretische en een
viertal praktijk (deel)vragen zal het onderwerp: ‘Welke aspecten spelen een rol volgens de
verschillende disciplines die betrokken zijn bij de vroegtijdige signalering van licht
verstandelijke beperking (LVB) bij delinquenten in het voortraject van de strafrechtketen’,
worden uitgewerkt.
Ik bedank de volgende personen en organisatie(s) voor hun aandacht, enthousiasme,
begeleiding, kritische kanttekeningen en het in goede banen leiden van dit onderzoek:
- (docent begeleider NHL)
- (praktijkbegeleider)
- (MEE Noord/MEE lab)
- (instellingsmedewerkers)
- De respondenten die hebben deelgenomen aan het onderzoek
- De werkbegeleiders en stagiaires waarmee ik contact heb gehad via ‘Teams’
Ik wens u veel leesplezier toe.
Hoogeveen, Juni 2021
Martijn
2
Vroegtijdig signaleren LVB
, Samenvatting
Inleiding: Vanuit verschillende disciplines die betrokken zijn bij de begeleiding van personen
met een LVB en vanuit het Mee lab wordt gesignaleerd dat deze groep niet, of niet tijdig,
wordt herkend binnen de strafrechtketen, met als gevolg dat ze niet of onvoldoende
passende ‘zorg’ krijgen binnen de strafrechtketen.
Doelstelling: Na dit onderzoek is inzicht gekregen hoe de LVB groep in het voortraject tijdig
herkend (gesignaleerd) wordt door de betrokken disciplines.
Onderzoeksvraag: Welke aspecten spelen een rol volgens de verschillende disciplines die
betrokken zijn bij de vroegtijdige signalering van LVB bij delinquenten in het voortraject van
de strafrechtketen?
Methode: In dit onderzoek wordt aan de hand van een kwalitatief onderzoek met een
verklarend karakter met behulp van contextueel, semigestructureerde, open interviews
onderzocht, welke aspecten een rol spelen bij vroegtijdige signalering van licht
verstandelijke beperking (LVB).
Resultaten: De resultaten van het praktijkonderzoek geven aan dat:
- Screeningsinstrumenten, zoals de SCIL, wel door beroepsprofessionals worden
toegepast, maar niet in alle gevallen, niet consequent en niet geprotocolleerd.
- Beroepsprofessionals zijn van oordeel dat inzet van een dergelijk instrument meer
dient te worden toegepast en dat de kennis rond dit thema verbetering behoeft.
- Niet vrijblijvende na- en bijscholing is daarbij noodzakelijk.
- Beroepsprofessionals zijn daarnaast van oordeel dat toepassing van een
screeningsinstrument meer duidelijkheid verschaft omtrent de persoon waarmee
men van doen heeft waarbij het een duidelijk beeld van diens sterke en zwakke
(cognitieve) kanten geeft.
Conclusie: Op grond van de onderzoeksresultaten kan worden geconcludeerd dat:
- Teneinde vroegtijdig LVB te signaleren bij delinquenten binnen de strafrechtketen
zetten beroepsprofessionals screeningsinstrumenten, zoals de SCIL, wel in, maar dit
gebeurt niet in alle gevallen, niet consequent en niet geprotocolleerd.
- Vroegtijdige signalering van personen met LVB binnen de strafrechtketen leidt tot
een meer aangepaste benadering van deze doelgroep door beroepsprofessionals.
- Na- en bijscholing wordt door beroepsprofessionals als belangrijk beschouwd,
waarbij scholing ter zake geen vrijblijvend karakter mag hebben.
Aanbevelingen: Tot slot konden op basis van het praktijkonderzoek een aantal
aanbevelingen worden geformuleerd:
- Binnen de strafrechtketen dient structureel, consequent en geprotocolleerd van
screeningsinstrumenten, zoals de SCIL, gebruik te worden gemaakt.
- Het vergroten van expertise bij beroepsprofessionals binnen de strafrechtketen is
noodzakelijk. Dit kan gerealiseerd worden door middel van niet vrijblijvende na- en
bijscholing.
- De onderlinge communicatie en afstemming tussen beroepsprofessionals van de
verschillende afdelingen binnen de strafrechtketen, ter zake van LVB, dient te
worden verbeterd.
3
Vroegtijdig signaleren LVB