100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Omgevingsrecht/Publiekrecht €8,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Omgevingsrecht/Publiekrecht

 33 keer bekeken  3 keer verkocht

Uitgebreide samenvatting van H3, 4, 9 en 10 uit het boek Omgevingsrecht/Publiekrecht geschreven door E. Alders.

Voorbeeld 4 van de 74  pagina's

  • Nee
  • H 3, 4, 9 en 10
  • 23 juni 2021
  • 74
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (17)
avatar-seller
IngeSchuurman
Samenvatting Omgevingsrecht/publiekrecht

3. De Algemene wet bestuursrecht
Awb: hierin staat alle algemene standaardregelingen m.b.t. bestuursrecht
Wabo en andere wetten: hierin staan bijzondere regels die afwijken van de Awb.

Awb beschermt burgers tegen de overheid: de overheid moet in contact met burgers de algemene
beginselen van behoorlijk bestuur respecteren. Daarnaast is de rechtsbescherming tegen de
overheid vastgelegd.

3.1 Belangrijke begrippen
3.1.1 Bestuursorgaan (art. 1:1 Awb)
Een bestuursorgaan is een organisatie of rechtspersoon die de bevoegdheid heeft om besluiten te
nemen. Particuliere organisaties of (rechts)personen kunnen deze besluiten niet nemen. De vraag
is steeds: voert de organisatie een specifieke overheidstaak uit?

Zelfstandig bestuursorgaan (zbo)
Overheidstaken kunnen worden overgedragen aan particuliere organisaties. Deze zijn géén deel
van de overheid, maar zij zijn wél bestuursorgaan: zbo. Voorbeelden: CBS, CBR, garages die apk-
keuringen doen etc. In lid 2 van art. 1:1 Awb worden uitzonderingen opgenoemd.

3.1.2 Het besluitbegrip (art. 1:3 Awb)
Een besluit is een beslissing van een bestuursorgaan. Beslissingen die gelden voor heel veel
personen worden besluiten van algemene strekking genoemd (b.a.s.) (art. 1:3 lid 1). Drie eisen
voor een besluit zijn:
- Schriftelijke beslissing
- Van een bestuursorgaan (belangrijk zijn het college van burgemeester en wethouders, de
gemeenteraad, college van Gedeputeerde Staten, Provinciale staten en ministers)
- Inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling (dus de handeling moet gericht zijn op een
rechtsgevolg. Het omkappen van een boom is een feitelijke handeling. De vergunning voor het
omkappen van die boom is een publiekrechtelijke rechtshandeling)

Beslissingen die maar betrekking hebben op één of een paar mensen worden beschikkingen
genoemd (art. 1:3 lid 2)

Ook de schriftelijke weigering om een besluit te nemen wordt als een besluit aangemerkt (art. 6:2
lid 2 sub a Awb).
Ook het laten verlopen van de termijn waarbinnen het bestuursorgaan had moeten beslissen geldt
als een besluit, ondanks dat dan niets op papier staat en daarmee formeel niet wordt voldaan aan
de eis dat een besluit schriftelijk moet zijn.

3.1.3 Het belanghebbende-begrip (art. 1:2 lid 1 Awb)
Tegen besluiten van de overheid kan verweer worden ingebracht. Het recht daartoe is echter
beperkt tot mensen die daadwerkelijk daarbij een belang hebben (rechtstreeks belang)  de
betreffende persoon heeft een persoonlijk belang dat duidelijk groter is dan de grote massa aan
anderen. De aanvrager van een beschikking is altijd belanghebbende. Een belanghebbende mag
meedoen in de procedure en als partij worden gehoord.

Derde-belanghebbenden: anderen dan de aanvrager die belang hebben bij een besluit.




1

,De vraag of iemand belanghebbende is, verschilt per wet:
1. Bouwen en ruimtelijke ordening: hierbij wordt het zicht- en afstandscriterium gebruikt: heeft
men vanuit het eigen huis zicht op de betreffende locatie dan is hij belanghebbende. Ook
afstand speelt een rol (vuistregel: enkele honderden meters)
2. Belanghebbenden bij de aanwijzing als monument zijn slechts de eigenaar en andere
zakelijk gerechtigden. Omwonenden en zelfs huurders zijn dat niet, omdat de afweging bij
dit soort vergunningen ‘het belang van de monumentenzorg’ is en dan zal niet gauw sprake
zijn dat één particulier daarin een belang heeft dat uitspringt boven het belang van
anderen. Tegenwoordig wordt wel eens van deze vuistregel afgeweken en zijn ook
omwonenden wel eens belanghebbenden.
3. Milieuregelgeving: kan men de hinder van een bedrijf ondervinden (geur en geluid)?
4. Concurrerende bedrijven: deze zijn belanghebbend bij vergunningen e.d. die een
concurrent met een vergelijkbaar bedrijf heeft aangevraagd.
5. Grondexploitatie: alleen eigenaren van gronden in het exploitatieplan zijn belanghebbend,
alsmede anderen die voor dat grondgebied een grondexploitatieovereenkomst hebben
gesloten.

Rechtspersonen als belanghebbende
Ook bestuursorganen kunnen bezwaar maken of in beroep komen tegen besluiten van andere
bestuursorganen waar zij het niet mee eens zijn (art. 1:2 lid 2 Awb).

Verenigingen, stichtingen e.d. kunnen als rechtspersoon meedoen in een procedure (art. 1:2 lid 3).
Een eis is wel dat in de statuten van zo’n rechtspersoon duidelijk moet staan omschreven dat de
zaken waar het om gaat tot de doelstellingen van de rechtspersoon behoren. Pas dan zijn ze
belanghebbend. Verder heeft de rechtspraak bepaald dat verenigingen die feitelijk als enige
activiteit hebben om te procederen tegen milieu- en natuurvergunningen niet worden aangemerkt
als belanghebbenden zoals onder lid 3 valt.

3.2 De begrippen besluit, beschikking, a.v.v. en b.a.s.
Besluiten van algemene strekking (b.a.s.) vallen verder uiteen in de onderdelen:
- Algemeen verbindende voorschriften (a.v.v.)
- Beleidsregels
- Plannen




Een beschikking is altijd een besluit, maar een besluit is niet altijd een beschikking. Elke wasbeer
heb een staart, maar niet elke staart heb een wasbeer snappie.

a.v.v.: materiële wetgeving zoals AMvB’s en gemeentelijke verordeningen. Deze bevatten de
burgers bindende voorschriften.

Beleidsregels: deze geven aan hoe het bestuursorgaan gebruik zal gaan maken van zijn
bevoegdheid om bijv. zelf te beoordelen hoe met vergunningaanvragen zal worden omgegaan (art.
1:3 lid 4 Awb).

Plannen: ontwikkeling van toekomstig beleid, welke maatregelen op termijn nodig zullen zijn op
een bepaald gebied, bijv. ziekenhuisplannen, rioleringsplannen of afvalstoffenplannen.




2

,3.3 Algemene bepalingen met betrekking tot besluiten
3.3.1 Ondersteuning/vertegenwoordiging
- In het bestuursrecht bestaat geen verplichting om een advocaat of andere beroepsmatige
jurist in te schakelen.
- Mensen mogen hun belangen en meningsverschillen met de overheid geheel zelfstandig
bepleiten, tot en met het voeren van gerechtelijke procedures in beroep en hoger beroep
aan toe.
- Het is wel toegelaten een deskundige erbij te halen, of om zich door zo iemand geheel te
laten vertegenwoordiging. Wanneer alleen de gemachtigde verschijnt, zonder de
belanghebbende, kan het bestuursorgaan een schriftelijk bewijs verlangen tot de
machtiging (art. 2:1 lid 1 en 2 Awb).
- De vertegenwoordiger kan ook door het bestuursorgaan worden geweigerd, indien hij van
tevoren weet dat een vertegenwoordiger veel problemen teweeg zal brengen. Dit geldt niet
als de vertegenwoordiger een advocaat is (art. 2:2 lid 3 Awb)

3.3.2 Doorzendplicht
Als iemand zijn bezwaarschrift naar de verkeerde bestuursorgaan stuurt, is deze bestuursorgaan
verplicht het bezwaarschrift door te sturen naar het juiste bestuursorgaan of terug te sturen als
onbekend is welk bestuursorgaan het bezwaarschrift toe moet (art. 2:3 Awb)

Om dit soort onduidelijkheden te voorkomen is in de Awb op diverse plaatsen de plicht opgenomen
aan het bestuursorgaan om aan te geven waar en hoe mensen in het geweer kunnen komen als zij
het niet met een besluit eens zijn (art. 3:45 Awb).

ALGEMENE BEGINSELEN VAN BEHOORLIJK BESTUUR
De Awb legt bestuursorganen de plicht op om besluiten goed voor te bereiden en alles goed af te
wegen. Dit staat bekend als de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Er zijn geschreven en
ongeschreven a.b.b.b.’s.

3.3.3 Geschreven algemene beginselen van behoorlijk bestuur (a.b.b.b.)
1. Het zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 Awb)
Voordat het bestuursorgaan een besluit neemt, moet alle benodigde informatie verzameld
zijn en alles goed afgewogen worden.
2. Het verbod van détournement de pouvoir (misbruik van bevoegdheid – art. 3:3 Awb)
De bevoegdheid van bestuursorganen mag alleen gebruikt worden voor het doel waarvoor
die bevoegdheid is gegeven.
3. Het evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 Awb).
Bestuursorgaan dient bij de voorbereiding van een beschikking de belangen van alle
betrokkenen tegen elkaar af te wegen. Soms wordt iemands belang geschaad. Hij kan dan
compensatie krijgen.
4. Het verbod van willekeur (art. 3:4 Awb)
De eventueel nadelige gevolgen van het besluit voor belanghebbenden mogen niet
onevenredig zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen. Dit vloeit voort uit
het evenredigheidsbeginsel. In art. 2:4 en 2:5 staan nog enkele gedragsregels voor
bestuursorganen: onpartijdigheid en geheimhouding.
5. Bekendmaking (art. 3:40 Awb)
Beschikking gaat in werking als hij bekend is gemaakt. Als bezwaar kan worden gemaakt
tegen beschikking, moet dat vermeld worden (art. 3:45 Awb)
6. Motiveringsplicht (art. 3:46 Awb)
Deugdelijk en begrijpelijk de beschikking motiveren. Hiervan kan alleen worden afgeweken
als redelijkerwijs kan worden aangenomen dat daaraan geen behoefte bestaat (Art. 3:48 lid
1 Awb).

3.3.4 Ongeschreven algemene beginselen van behoorlijk bestuur (a.b.b.b.)
7. Het gelijkheidsbeginsel
Gevallen die geheel identiek zijn moeten ook geheel gelijk worden behandeld. Als er wel
verschillen in situaties zitten, moet het bestuursorgaan goed motiveren waarin de
verschillen zitten.
3

, 8. Het vertrouwensbeginsel
Opgewekte verwachtingen behoren te worden gehonoreerd. Maar: alleen toezeggingen die
op schrift staan kunnen in principe worden gehonoreerd, en zelfs dan niet altijd. De
drempel om een beroep te doen op het vertrouwensbeginsel is hoog en lukt vaak niet: er
moet sprake zijn van ondubbelzinnig gedane uitspraken/toezegging en degene die daar
een beroep op doet moet zonder meer hebben kunnen aannemen dat degene die de
uitspraak of toezegging deed, dat ook inderdaad mocht doen namens het bevoegde
bestuursorgaan. Specialiteitsbeginsel: een bepaalde wet of vergunning regelt alleen een
bepaald belang en zegt niets over andere wetten of vergunningen.
9. Het rechtszekerheidsbeginsel
Een burger moet kunnen weten waar hij aan toe is. De beschikking moet voldoende
duidelijk zijn voor de aanvrager. Hieruit vloeit ook nakomen van toezegging uit voort, kan
niet aan belofte worden voldaan: overgangsregeling aanbieden.
10. Het fair-playbeginsel
Het bestuursorgaan moet publieke taken vervullen zonder vooringenomenheid en hij moet
zich open en eerlijk gedragen. Dit lijkt op onpartijdigheidsbeginsel en
zorgvuldigheidsbeginsel maar wordt lekker toch apart genoemd om het helemaal kut te
maken.

3.3.5 Communicatie via ICT
Art. 2:13 Awb: een bericht kan elektronisch worden verzonden (lid 1), tenzij bij een wettelijk
voorschrift anders is bepaald of een vormvoorschrift zich daar tegen verzet (lid 2).

Verzending kan ten eerste vanuit het bestuursorgaan naar burgers (art. 2:14 lid 1 en lid 3 Awb).
Wanneer het gaat om algemeen kennisgevingen kan niet met alleen elektronische berichtgeving
worden volstaan (art. 2:14 lid 2 en art. 3:42 lid 2 Awb).

Verzending door burgers naar het bestuursorgaan kan uiteraard ook, maar daar zijn enkele
logische en beperkende voorwaarden aan gesteld (art. 2:15 en 2:16 Awb), met name over
tijdstippen met het oog op fatale termijnen (art. 2:17 Awb).

In art. 8:40a Awb is bepaald dat ook in de fase van beroep, communicatie langs elektronische weg
kan plaatsvinden. De gerechten bepalen wat via webformulieren e.d. kan worden verstuurd en op
welke wijze. Dit gaat om schriftelijke stukken, maar ook bijeenkomsten zoals hoorzittingen.

3.4 Procedures rond besluiten
Vanaf afdeling 3.4 beschrijft de Awb de procedures die uiteindelijk leiden tot een besluit. De
procedures rond beschikkingen lopen grotendeels gelijk met die van de b.a.s. maar wijken her en
der wat af. Ah fijn weer. Er wordt hier alleen ingegaan op procedures rond beschikkingen. Deze
theorie – afgezien van met name de bepalingen rond de aanvraag – heeft grotendeels dus ook
betrekking op de b.a.s.

3.4.1 Hoofdlijnen van de totstandkoming van een beschikking
Een procedure rond een beschikking moet een aantal zaken garanderen:
- Openbaarheid: een aanvraag en de beschikking moeten in sommige gevallen worden
gepubliceerd
- Termijnen: zowel de aanvrager als bestuursorgaan moet zich aan termijnen houden
- Waarborgen: bestuursorgaan moet zich houden aan a.b.b.b.
- Rechtsbescherming: de burger die het niet eens is met de beschikking kan vrijwel altijd
naar de rechter stappen.

Twee standaardprocedures in de Awb die gebruikt kunnen worden voor totstandkoming van
beschikking: de gewone procedure en de uniforme openbare voorbereidingsprocedure.

De gewone procedure: belang van de aanvrager staat voorop en er zijn eigenlijk geen derde-
belanghebbenden (bijv. uitkeringen, subsidies, studiebeurzen, kinderbijslag, huurtoeslag of
belastingwetgeving). Omdat die zo veel beschikkingen zijn wordt gesproken van
‘beschikkingsfabrieken.’
4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper IngeSchuurman. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 50155 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,49  3x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd