Antropologie
H2 + H14; Migratie: het ontstaan van de diverse
samenleving
Antropologie
De studie van menselijke culturen, waarbij de onderzochte cultuur meestal een andere cultuur is dan
die van de antropoloog zelf. Antropologen willen graag begrijpen hoe samenlevingen geordend zijn
en hoe mensen betekenis geven aan zichzelf en de wereld om hen heen.
- Holistische benadering
- Ontwikkeling naar de mensheid
- Door langdurig contact leert de antropoloog begrijpen en invoelen hoe anderen leven:
nadruk op beleving, ervaring, percepties, constructies: bottum-up perspectief
- Unieke rol van cultuur
Vaardigheden antropoloog
1) Chaos ordenen en betekenis geven
2) Het onzichtbare zien
3) Interne logica begrijpen
4) Etic perspectief
5) Verandering begeleiden
6) Luisteren naar alle stemmen in een sociale context
Cultuur
- Cultuur is het geheel van veronderstellingen, opvattingen, waarden, normen en de materiële
uitdrukking ervan die in de samenleving of groep gedeeld en overgeleverd worden.
- Cultuur is de mentale programmering = ‘de software of the mind’.
- Cultuur is de context die mensen vormt zonder zich er bewust van te zijn.
- Het bevat niet één vaste kern maar allemaal verschillende componenten.
- Cultuur beïnvloed mensen, maar mensen kunnen de cultuur zelf ook beïnvloeden
- Verschillende culturen kunnen met elkaar botsen maar kan ook dat mensen zaken van elkaar
overnemen of mengen.
- Met een ‘eigen’ cultuur vormen mensen zich een eigen identiteit en onderscheiden ze zich
van andere groepen.
Het ontstaan van de diverse samenleving
- Globalisering = proces van wereldwijde economische, politieke en culturele integratie.
- Glokalisering = lokale identiteit wordt steeds belangrijker: stad als thuisbasis, wereld als
speelveld.
- Digitalisering en technologisering bevordert diversiteit door context met de ‘hele’ wereld.
Diversiteit
De verscheidenheid van mensen gevormd door aspecten als: taal, leeftijd, afkomst en verblijfsduur,
sekse, woonplaats, sociaaleconomische positie, status, unieke eigenschappen, levensbeschouwing.
Onze samenlevingen zijn nooit homogeen geweest, migratie is van alle tijden. Migratiestromen
kleuren onze hedendaagse samenleving.
1
,Migratie
- Migratie = Het permanent verwisselen van vaste verblijfplaats van individuen en/of groepen
binnen een groter geografisch gebied dan de geboortestreek.
- Van alle tijden en maken deel uit van overlevingsstrategieën.
- Kan vrijwillig (huwelijk), semivrijwillig (werk) en onvrijwillig zijn (dreiging).
- Bij asielzoekers en vluchtelingen spreek je van onvrijwillige migratie.
- Permanente migratie transmigratie
- Integratie = relaties aangaan met de andere groeperingen in de samenleving en de eigen
culturele identiteit bewaren.
- Assimilatie = immigranten groepering gaat relaties aan met de andere groeperingen en
hecht er niet aan de eigen cultuur te bewaren
- Segregatie = de eigen culturele identiteit bewaren staat voorop. Relaties aangaan met de
andere groeperingen in de samenleving is niet van belang.
- Marginalisatie = een culturele groepering neemt slechts in de marge deel aan de
samenleving. Er is geen belangstelling voor de eigen culturele achtergrond en net zomin voor
de andere culturen.
- Integratie = de minderheid houdt vast aan zijn eigen cultuur en zoekt tegelijk contact en
aansluiting met de meerderheidsgroep.
Migratie door de tijd
- Ontdekkingsreizigers
- VOC & Kolonialisme
- Dekolonisatie (na WOII)
Indische Nederlanders
Molukkers
Surinamers
Antillianen en Arubanen
- Gastarbeiders, arbeidsmigranten (midden- en Oost EU landen), kennis- en
diplomamigranten. Als de gastarbeiders zich permanent gingen vestigen worden het
immigranten.
- MOE-landen (Midden- en Oost EU landen) als gevolg van uitbereiding van de EU.
- Kennis- en diplomamigranten (expats/internationals). Zij worden niet geacht zich in te
burgeren.
Het nieuwe migratielandschap
Door interconnectiviteit: door steeds meer mensen worden niet langer door één nationaliteit of
identiteit gedefinieerd transnationaliteit.
Transmigratie = complexe patronen van meervoudige migratie.
Verdrag van Genève (vluchtelingenverdrag)
- Was gericht op de vluchtelingen als gevolg van WOII
- Van toepassing op ieder persoon die als vluchteling wordt gezien.
- Een persoon die het thuisland ontvlucht en asiel aanvraagt in NL is eerst asielzoeker. Pas
daarna, kan, na onderzoek, de status van vluchteling worden toegekend.
2
, Emancipatiebewegingen
Bevorderen van gelijke kansen in een rijke en complexe samenleving. Het vrijkomen van vroegere
beperkende bepalingen en het verkrijgen van gelijke rechten.
Het feminisme
1e feministische golf vrouwenkiesrecht, arbeidspositie en bescherming van sekswerkers.
2e feministische golf zelfbeschikking, arbeid en rechtspositie, onderwijs en strijd tegen seksuele
uitbuiting (gevormd door de babyboomers).
3e feministische golf zelfontplooiing en discriminatie binnen de samenleving.
LHBTI+ beweging
LHBT-gedrag wordt in veel landen nog gezien als psychiatrische stoornis.
Strijd voor het verkrijgen van gelijke rechten voor homo’s en lesbische vrouwen in de samenleving
zichtbaarheid en acceptatie verkrijgen van burgerrechten (homohuwelijk).
Als sociaal werker
- De migratie maakt de persoon, en vaak ook hun familie kwetsbaar. Het heeft dan ook
consequenties voor die persoon, zijn gezin en nakomelingen.
- De mensen met een migratieachtergrond hebben vaak een kwetsbare sociale positie aan het
begin van het migratieproces (discriminatie, stigmatisering).
- Besef dat het migratiebeleid nooit neutraal is. De politieke kleur van het kabinet en de
maatschappelijke ontwikkelingen bepalen welke kant het migratiebeleid opgaat.
- Migratie- en integratiebeleid is een top-downproces.
- Wees open voor andere gewoontes, normen en waarden. Stel je oordeel uit tot je beter
begrijpt wat de ander motiveert.
- We worden allemaal beïnvloed door het publieke en maatschappelijke debat over migratie.
Wees bewust van je eigen stereotypen en je gebrek aan kennis.
H15 Beeldvorming en media
Communicatie
Een actief en bewust proces van informatie ontvangen en overdragen
- Ons referentiekader en die van de ander speelt een cruciale rol.
- Bestaat altijd uit een zender en een ontvanger. De zender van een bericht zal het op zijn
eigen wijze construeren en presenteren (encoding). De ontvanger zal de boodschap
interpreteren om het te kunne begrijpen (decoding)
- Manier waarop er gecommuniceerd wordt en hoe dit wordt begrepen heeft met veel
verschillende aspecten te maken
- Verbaal en non-verbaal
- Expliciete communicatie is het overbrengen van alleen de boodschap Communicatie op
inhoudsniveau.
- Impliciete communicatie hangt samen met de sociale en culturele context Communicatie
op betrekkingsniveau (hoe we ons tot elkaar verhouden).
- Ruis: interne ruis (vermoeidheid) en externe ruis (omgevingsgeluid)
3