100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting colleges Empirical Legal Studies (RD118) €6,19
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting colleges Empirical Legal Studies (RD118)

 120 keer bekeken  4 keer verkocht

Samenvatting van alle colleges van Empirical Legal Studies.

Voorbeeld 4 van de 31  pagina's

  • 25 juni 2021
  • 31
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (47)
avatar-seller
veronikaelburg
Empirical Legal Studies
Week 1
De auteurs van de voorgeschreven teksten zijn relevant om te weten!

Tijdens dit vak wordt onderzocht wat de rol van het recht is in de praktijk  het gaat niet om ‘law in
the books’ maar om ‘law in action’. Er zal worden ingegaan op de volgende vragen:
-Waarom worden wetten al dan niet nageleefd?
-Welke factoren kunnen de naleving bevorderen?
-Hoe komt wetgeving tot stand?
-Hoe functioneren instituties van het recht en de betrokken actoren? Hoe kunnen bijv rechterlijke
dwalingen ontstaan?

Dit vak gaat dus om de wisselwerking tussen recht en maatschappij. Deze wisselwerking wordt
bestudeerd aan de hand van de hulpdisciplines van de sociologie, psychologie en economie. Je leert
in dit vak dus om vanuit de empirie naar het recht te kijken.

De wisselwerking tussen het recht en de maatschappij kun je opdelen in twee delen:
-Hoe het recht de maatschappij beïnvloedt  de sociale werking van recht. Dit gaat onder andere
over de effectiviteit van wetgeving, maar het is echter breder dan alleen dat. Het begrip ‘sociale
werking’ is geïntroduceerd door de rechtssocioloog John Grivids. Hierbij kijken we niet alleen
instrumentalistisch naar het bereiken van doelen, maar ook naar welke rol het recht vervult in het
dagelijks leven. Daarbij gaat het ook om de indirecte effecten van een wet. Bijv als je wetten
voorschrijft voor formele regels tegen discriminatie binnen bedrijven, kunnen ook informele
omgangsvormen binnen bedrijven veranderen.
-Hoe de maatschappij het recht beïnvloedt  de sociale productie van recht. Er zijn veel normen in
de maatschappij, maar sommige normen blijven alleen sociale normen (bijv niet met je handen
eten). Andere normen worden echter rechtsnormen. Hoe gaat het proces van een sociale norm naar
een rechtsnorm in zijn werk? Een voorbeeld hiervan is bijv seksuele intimidatie.

Rechtswetenschap
Rechtswetenschap draait in belangrijke mate om het vaststellen wat rechtswetenschap is (en zou
moeten zijn). De regels worden bekeken in hun samenhang en er wordt gekeken welke plek ze
hebben binnen het grotere rechtssysteem. Consistentie van het systeem is daarbij het belangrijkste
uitgangspunt, en algemene rechtsbeginselen kunnen helpen om die consistentie te bereiken.

Empirische bestudering van het recht
Het gaat om het vaststellen van hoe de werkelijkheid in elkaar zit. Op basis van waarnemingen
vaststellen hoe het recht functioneert in de praktijk. De bronnen hiervoor zijn empirische data zoals
bijv interviews en enquetes.

Twee benaderingen van empirisch onderzoek
-Positivistische (verklarende) benadering: Objectief, een neutrale insteek is hierbij essentieel.
Socioloog Durkheim past bij deze benadering.
-Interpretatieve benadering: stelt de neutraliteit van de onderzoeker ter discussie, deze benadering
stelt dat het juist meerwaarde kan hebben als de onderzoeker kennis heeft van de populatie. Het is
van belang om fenomenen diepgaand te begrijpen. Onderzoekers binnen deze benadering zijn niet
zo zeer geïnteresseerd in causale verbanden. Weber past binnen de interpretatieve benadering.

,Strategieën voor empirisch onderzoek
Kwantitatief onderzoek:
Past binnen de positivistische benadering.
-Verklaren door causale relaties
-Doel: beschrijven + voorspellen van de werkelijkheid op basis van bepaalde wetmatigheden.
-Weinig aandacht voor context waarbinnen dingen zich afspelen.
-Deductief: er wordt een hypothese gevormd en die wordt vervolgens getest in de praktijk.
-Reportage met betrekking van cijfers, percentage statistiek
-Onderzoeksmethoden hierbij zijn onder andere: enquêtes, analyses van statistische gegevens,
experimenten, observaties.

Kwalitatief onderzoek:
Past bij de interpretatieve benadering.
-Verklaren door interpretatie. Ze zijn geïnteresseerd in het interpreteren van wat er gebeurd in de
maatschappij, om deze beter te kunnen begrijpen.
-Doel: begrijpen
-Veel aandacht voor context
-Inductief: er wordt begonnen met het verzamelen van data, en op basis daarvan worden vervolgens
algemene regels gegeneraliseerd.
-Rapportage met betrekking van woorden
-Onderzoeksmethoden hierbij zijn onder andere: participerende observaties, diepte interviews,
analyse van kwalitatieve gegevens, experimenten.

Hoe kies je een geschikte methode van onderzoek?
Geen methode is per definitie beter, welke je het beste kan kiezen is afhankelijk van de
onderzoeksvraag. Het combineren van methoden is mogelijk en wenselijk  triangulatie. Met
triangulatie kun je een completer en daarmee betrouwbaarder beeld krijgen van hetgeen je
onderzoekt.

Mein & de Meere onderzoek naar geschillenbeslechting
Methode: semigestructureerde interviews met rechtszoekenden en rechtshulpverleners. Dit
onderzoek bouwt voort op de geschilbeslechtingsdelta. Zij hebben 37 rechtszoekenden en
rechtshulpverleners geïnterviewd en hen gevraagd naar de motieven van rechtszoekenden om een
zaak al dan niet voor de rechter te brengen.

Proefschrift Holvast: onderzoek naar juridisch medewerkers; “in the schadow of the judge”
Op welke wijze zijn juridisch medewerkers betrokken in de rechterlijke besluitvorming? Methode:
participerende observaties en diepte-interviews met rechters en juridisch medewerkers. Waarom
heeft ze hierbij voor een kwalitatieve methode gekozen en niet voor een kwantitatieve (bijv
enquête)? Omdat je als je een enquête maakt eigenlijk al een vrij goed beeld moet hebben van wat
er zich af speelt. En die informatie was er eigenlijk nog niet omdat er nauwelijks onderzoek was
gedaan. Daarom koos ze voor een groot en deels inductieve methode.

Marcini & Holvast vervolgonderzoek naar invloed juridisch medewerkers
Hierbij hebben ze wél enquêtes gebruikt, die ze aan rechters hebben gegeven. Ook hebben ze een
experiment opgenomen in de enquête; rechters kregen verschillende voorbeelden van
samenvattingen die juridisch medewerkers maakten van een zaak voorgelegd. Daarna werd er aan de
rechters gevraagd welke beslissingen ze zouden nemen in de zaak. Daardoor kon onderzocht worden
of de samenvatting van de juridisch medewerker van invloed was op de wijze waarop de rechter

,besluit. Het bleek dat de rechter vaker in het voordeel van de procespartij besloot als de
samenvatting van de juridisch medewerker aanwijzingen bevatte om in die richting te beslissen.

Hoe weet je hoe je de uitkomsten van empirisch onderzoek op waarde moet schatten?

Eisen aan empirisch onderzoek (Hulsch)
-Controleerbaarheid: wetenschappers moeten hun methode openbaar maken en verantwoorden.
-Weerlegbaar/falsificeerbaar: de hypotheses moeten zich lenen voor wetenschappelijk onderzoek. Ze
moeten voldoende gespecificeerd zijn en neutraal geformuleerd.
-Betrouwbaarheid: de uitkomsten mogen niet op toeval berusten. Als je het onderzoek zou herhalen
zou je tot dezelfde resultaten moeten komen.
-Generaliseerbaarheid: de resultaten dienen niet alleen te gelden voor de specifieke groep die je
onderzoekt, maar ze zouden breder moeten gelden. De onderzoekspopulatie is dan representatief
voor de grotere populatie waar je uitspraken over wil doen.
-Representativiteit: om een representatieve groep te krijgen zou je idealiter een steekproef moeten
trekken uit de totale populatie.


Semi autonome sociale velden (SASV’s)
Deze theorie is afkomstig van Sally Falk Moore. Dit biedt een bottom-up perspectief op de werking
van het recht. Dit betekend dat het recht wordt bezien vanuit de positie van de burger. Het begrip
van SASV’s wordt vaak gebruikt om duidelijk te maken waarom wetgeving vaak slechts in beperkte
mate het gedrag van mensen beïnvloedt.
Wat zijn SASV’s dus precies?
-Groepen die eigen gedragsregels voortbrengen én handhaven.
-Er bestaan meerdere SASV’s die kunnen samenhangen en overlappen.
-SASV’s zijn in meer of mindere mate autonoom (maar nooit volledig autonoom). Ze zijn dus semi
autonoom. SASV’s worden namelijk beïnvloedt door andere sociale velden en door wet- en
regelgeving. Er zijn echter ook SASV’s te bedenken waarbij de interne regels minder goed aansluiten
bij het geldende recht. In SASV’s die behoorlijk autonoom zijn kan het zijn dat mensen binnen het
sociale veld naleving van de interne regels belangrijker vinden dan naleving van de wet. Een
voorbeeld van een SASV die heel autonoom is en waar bovendien sprake is van sterke interne
handhaving is een motorclub. Zelfs in die sociale velden werkt de wet echter wel degelijk door, de
wet heeft dan niet zo zeer een directe, maar meer indirecte gevolgen voor het gedrag van de
deelnemers in het veld. Hoe dit werkt blijkt uit het voorbeeld wat Moore gebruikt in haar artikel:
vakbonden hebben in de dameskleding industrie in New-York allerlei arbeidsvoorwaarden
afgedwongen, maar het naleven van die voorwaarden is niet in het belang van de kledingbedrijven
en deels ook niet zo zeer in het belang van de werknemers. Daardoor zijn gewoonten en informele
normen ontstaan die sterk afwijken van de formele regels. In die informele setting spelen de formele
regels echter nog steeds een rol. Dus hoewel het recht in dit voorbeeld geen directe werking heeft,
heeft het wel indirecte gevolgen voor het handelen van de individuen.



De invloed van maatschappelijke factoren en actoren op het recht: denk hierbij aan het voorbeeld dat
ouders kinderen thuis gingen houden tijdens het begin van de corona-pandemie, ook al moesten de
kinderen volgens de wet gewoon naar school. De wetgever beslist niet volledig soeverein wat het
recht moet zijn, maar reageert op ontwikkelingen en gebeurtenissen en laat zich beïnvloeden door
wat experts en burgers vinden.  rechtssociologen spreken in dit geval wel van de sociale productie
van recht.

, Wanneer je het hebt over hoe het recht de samenleving beïnvloedt (voorbeeld van dat je het
belachelijk vindt dat studentenhuishoudens tijdens de coronapandemie anders werden behandeld
dan normale huishoudens) spreken rechtssociologen van de sociale werking van recht. Daarbij gaat
het niet enkel om de vraag of de regel het door de wetgever beoogde effect heeft, maar om de
bredere vraag vanuit een bottom-up perspectief; waarom burgers en bedrijven zich wel of niet aan
bepaalde regels houden. En welk strategisch gedrag zij eventueel vertonen om voor hen negatieve
gevolgen van de regels te minimaliseren. En welke onbedoelde effecten regelgeving heeft. Je zou het
misschien ook wel de sociale verwerking van recht kunnen noemen; wat wordt er in de samenleving
met de regels gedaan?



Sociale productie van recht
Nick Huls onderscheidt vier maatschappelijke bronnen van recht; dat wil zeggen actoren en factoren
die invloed hebben op de totstandkoming van regelgeving.
Vier maatschappelijke bronnen van recht:
1. Politiek: het recht is in belangrijke mate het product van de politieke machtsverhoudingen en de
politieke besluitvormingsprocessen in een land. Rechtssociologen zijn niet zozeer geïnteresseerd in
de kamerstukken die duidelijkheid geven over de juiste interpretatie van een wettelijke bepaling,
maar in het proces van politieke krachtmeting en compromisvorming dat aan de wet ten grondslag
ligt. De uiteenlopende wensen die politieke partijen proberen te realiseren zullen doorgaans verband
houden met maatschappelijke wensen. Dat kan van boven naar beneden gaan, in de zin dat politici
een bepaalde koers uitzetten en daar maatschappelijk draagvlak voor proberen te vinden. Het kan
ook van beneden naar boven, dan vertolken politici wat in een deel van de maatschappij leeft. Het
zijn echter niet alleen de wensen, waarden en belangen van leden en kiezers die door politieke
partijen worden vertolkt en zo invloed kunnen hebben op het recht, deze functie van politieke
partijen is zelfs steeds minder belangrijk geworden nu het aantal leden van de partijen krimpen en de
partijen dus steeds minder op een vaste achterban kunnen rekenen. Wie waarschijnlijk een grotere
invloed hebben op politici en daarmee op het recht, zijn belangenclubs. Sommigen hebben voor
vrijwel alle politici gezag (bijv vakbonden en werkgeversorganisaties, als ze het in de Sociaal-
economische raad met elkaar eens kunnen worden. In dat geval zullen Nederlandse politici er niet
makkelijk omheen kunnen). Soms is er ook affiniteit tussen bepaalde belangengroepen en politieke
partijen (bijv de CDA heeft meer affiniteit met kerken, en Groen-Links bijv met milieuorganisaties).
Vergeleken met veel andere landen staat de Nederlandse politiek ook relatief open voor de inbreng
van experts. Vooral geïnstitutioneerde clubs van experts leggen gewicht in de schaal, zoals bijv
wetenschappelijke raden enzo, bijv het RIVM. Het gaat nu de hele tijd over nationale politiek, maar
dit verhaal gaat voor een groot deel ook op voor andere overheidsniveaus. Bijv in de coronacrisis dat
de voorzitters van veiligheidsregio’s invloed uitoefenen op de nationale besluitvorming. Maar bijv
ook EU. De politiek gaat hier dus over de actoren door wie politici zich laten beïnvloeden.
2. Economisch-technologische ontwikkelingen: hier ligt de nadruk meer op factoren dan op actoren.
Als er handelsoorlog is tussen de VS en China, dan heeft dat wereldwijde economische gevolgen,
waar de EU en Nederland op reageren met aanpassingen in regelgeving. Of bijv de opkomst van
DNA-technieken die van grote invloed zijn geweest op het strafrecht. Of bijv regels die de
coronacrisis in bedwang moeten houden.
3. Juridische professionals: recht is wat rechters doen in de praktijk, maar dit kan ook breder worden
getrokken naar wat ambtenaren doen in de praktijk. Recht kan doorgaans op verschillende manieren
worden geïnterpreteerd  de onbepaaldheid van het recht. En dat kan doorgaans op verschillende
manieren worden toegepast, het maakt nogal uit of je de ene of de andere handhaver treft. Wat wij
als burgers merken van het recht is dus wat de toepassers van het recht ervan maken. In die zin zijn

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper veronikaelburg. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,19. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,19  4x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd