Sociologie
Bijeenkomst 1 generatiesociologie
Kiezen en Verbonden blijven: H2.2-H2.5: p.63-p.78
Generatiesociologen, een geboortecohort is een groep personen die allemaal in een bepaald
tijdsinterval geboren zijn bijvoorbeeld een bepaald jaar of aaneengesloten reeks van jaren.
Verschillende generaties NL.
Generatietheorie Becker, verschillen tussen mensen binnen de generaties.
Mannheim, positionering- geen sprake van dezelfde groep.
Levensloopsociologie: H 5 p. 123 t/m 143 (tot paragraaf 5.3)
Baltes, Lichamelijke, motorische, cognitieve en sociaal-emotionele veranderingen tegelijk van
binnenuit en buitenaf worden beïnvloed.
- leeftijdgebonden invloeden
- niet-leeftijdgebonden invloeden
- tijdgebonden invloeden.
Bevolkingsverandering: levensloop en verhaal met maatschappelijke veranderingen samenhangen.
Demografische transitie (fases), verandering wereldbevolking.
Fase 1- geboorte en sterftecijfers hoog
Fase 2- daalde het sterftecijfer, maar bleef het geboortecijfer hoog.
Fase 3- sterftecijfer laag, maar neemt geboortecijfer ook af. Fase 2 neemt kindersterfte af, in fase 3
veranderde de voortplantingsgedrag.
Vervangingsniveau, elk koppel minimaal twee opvolgers voortbrengen.
Ontgroening en vergrijzing: jonge mensen in de bevolking daalt, wat in combinatie met de verhoogde
levensverwachting zorgt voor dat het percentage oude mensen stijgt.
Generatie: groep leeftijdgenoten. Zelfde geboortedata, dezelfde ervaringen (tijdsgebonden
invloeden Baltes).
Generatiekloof: verschillen tussen generaties.
Vijf generaties volgens Becker.
1. Vooroorlogse generatie
2. Stille generatie
3. Protest generatie
4. Verloren generatie
5. Pragmatische generatie
Kerncohort: begrip over grenzen trekken tussen generaties van Becker. Gaat om een kleine groep
met hetzelfde geboortejaar, die de kenmerken van een hele generatie verpersoonlijkt. Ideaaltype
van de generatie in kwestie. 3 kritische punten op deze theorie.
, Mannheim drie begripsniveaus.
1. Generatiepositionering- biologisch niveau
2. Generatiesamenhang- sociaalhistorisch niveau
3. generatie-eenheden- sociaal-cultureel niveau
Op eerste en tweede niveau gaat het om situaties die iemand aantreft, maar op het derde niveau
spelen de eigen keuzen mee. Kritiek op Mannheim.
Bijeenkomst 2 demografie, sociale relaties, sociaal isolement en eenzaamheid
Kiezen en Verbonden blijven: H9.2-H9.6 p.259-263
Maatschappelijke participatie na pensionering door meer vrijwilligerswerk.
Als mensen ouder worden nemen de verschillen meer toe. Beïnvloed door genen, individualiteit en
verschillende levenslopen. Opvatting, voorkeuren en prioriteiten gaan meer uiteenlopen.
Vrijwel niet bekend over maatschappelijke inzet door oudere migranten.
Leeftijdsdiscriminatie verminderd.
Van curatief naar preventief beleid, voorkomen beter dan genezen. Betere arbeidsomstandigheden.
Kiezen en Verbonden blijven: H7.1-H7.8 p.201-228
Belang betekenisvolle sociale relaties.
- hechting
- sociale integratie
- ontwikkeling zelfvertrouwen en zelfrespect
- mogelijkheid gekoesterd en verzorgd te worden.
- verwantschap en vertrouwen op anderen
- begeleiding, advies en informatie te krijgen.
Netwerk kleiner. Meer diepgang en aandacht in het contact krijgen en dus meer waardering en
frequente. Oppervlakkig sociale contacten worden minder belangrijk.
Individualiseringsprocessen
Gezondheidsproblemen of afnemende mobiliteit kunnen een negatieve werking hebben op het
netwerk.
Mensen met een actieve of primaire copingstrategieën proberen de problemen waarmee ze
worden geconfronteerd op te lossen. Mensen met passieve of secundaire coping proberen zich aan
te passen aan de situatie. Afhankelijk van sociale competenties zoals zelfvertrouwen en sociale
vaardigheden.