100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting 6v Biologie voor jou Transport en Gaswisseling €7,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting 6v Biologie voor jou Transport en Gaswisseling

 3 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvattingen van de hoofdstukken "transport" en "gaswisseling en uitscheiding". Overzichtelijk gemaakt per onderdeel georganiseerd met bullet points.

Voorbeeld 3 van de 21  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 2 & 3
  • 6 juli 2021
  • 21
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (5512)
avatar-seller
ilsehallie
Spieren
 Glad spierweefsel voor bijv. ademen  autonoom, langzaam, niet snel moe
 Dwarsgestreept spierweefsel voor bijv. rennen  animaal, snel, snel moe
 Hartspierweefsel voor bijv. hart  autonoom, snel, niet snel moe
Contractie spieren
 Na contractie van een spier is er in een motorische eenheid een periode
herstel waarin afvalstoffen worden afgevoerd, zuurstof aangevoerd en ATP
aangevuld
 Als een skeletspier samentrekt vindt zich in de spiervezel verbranding van
glucose plaats  hier is zuurstof nodig en wordt ATP gevormd
 In spiervezels raakt de hoeveelheid glucose en zuurstof snel op
 Het eiwit myoglobine in een skeletspier bindt zuurstof wat dient als
reservevoorraad  wordt gebruikt als het bloed niet genoeg glucose en
zuurstof aanvoert  kan nog steeds verbranding van glucose plaatsvinden
 Verzuring = daling in pH van spier door vorming melkzuur als myoglobine niet
genoeg zuurstof kan leveren en dus glucose wordt afgebroken zonder
zuurstof
 Melkzuur veroorzaakt spierpijn als het bloed en myoglobine niet voldoende
zuurstof kunnen leveren
Reflexen
 Bij uittrekking van een spier worden de spierspoeltjes geprikkeld  reflex
 Spier rekt, spierspoeltje rekt mee, informatie doorgegeven aan centraal
zenuwstelsel
 Deze geleidt impuls via een motorisch neuron naar de spiervezels waardoor
die samentrekken en de rek op het spierspoeltje opgeheven wordt
 Ander impuls gaat naar de spiervezels in het spierspoeltje die zich samen
trekken waardoor het spierspoeltje weer op spanning gebracht wordt om een
nieuwe rek te kunnen waarnemen
 Peeslichaampjes tussen pees en spier kunnen via een schakelneuron in het
ruggenmerg het motorisch neuron remmen dat verantwoordelijk is voor
rekreflex & maken bewegingen vloeiender & beschermen spierentegen
schade door contractie te dempen of aan te spannen
Training
 Krachttraining geeft spieren meer spiercellen en filamenten in de myofibrillen
 spieren worden zwaarder
 Duurtraining neemt de doorbloeding van spieren toe
 Warming up stimuleert je bloedsomloop  minder blessuren, snellere
stofwisselingsprocessen, spieren komen makkelijker aan zuurstof en glucose
 minder afvalstoffen productie, impulsgeleiding neemt toe  beter
reactievermogen
 Cooling-down past bloedcirculatie aan en krijgen lichaamsdelen weer meer
bloed  zonder cooling-down kun je duizelig worden omdat je bloedcirculatie
niet rustig kan herstellen

,Doping
 Anabole steroïden zetten het lichaam aan om meer spierweefsel te vormen
en stimuleren de aanmaak van rode bloedcellen  bloed kan meer zuurstof
transporteren  vergroot uithoudingsvermogen
 Kunnen vermoeidheid onderdrukken  te veel uitputtingsverschijnselen
 Leidt tot vergrote kans op hartaandoeningen of beroerte,
bloedstollingsziekten, hoger cholesterolgehalte (meer kans op hart- en
vaatziekten  slagaderverkalking waardoor slagaders nauwer worden) &
zwakkere pezen


Circulatiesysteem
 Open circulatiesysteem heeft geen bloedsomloop en een buisvormig hart dat
de lichaamsvloeistof rond de organen laat bewegen (geleedpotigen)
 Bloedomloop hoort bij een gesloten transportsysteem waarin het bloed
gescheiden is van andere lichaamsvloeistoffen. Een hart pompt het bloed
door de bloedvaten  transport van stoffen is effectiever en kan over grotere
afstanden plaatsvinden (gewervelde dieren)
 Sommige diersoorten hebben meerdere harten (regenwormen)
 Enkelvoudige bloedsomloop (bijv. vissen) per omloop stroomt het bloed één
keer door het hart. Bij vissen stroomt het bloed vanuit het hart naar de
kieuwen en daarna naar de andere organen.
 Een enkelvoudig hart bestaat uit een boezem (atrium) en kamer (ventrikel).
Het bloed wordt van de boezem naar de kamer gepompt, en vanuit de kamer
naar de rest van het lichaam.
 Dubbele bloedsomloop (bijv. mens) bestaat uit een linker en rechter harthelft
 de rechterhelft pompt het bloed naar de longen en vervolgens terug naar de
linkerhelft (kleine bloedsomloop)  per omloop stroomt het bloed 2x door het
hart  kan hogere druk worden bereikt
 in de linkerhelft neemt het bloed zuurstof op en geeft CO2 af, en wordt
vervolgens door het hele lichaam gepompt, terug naar de rechterhelft (grote
bloedsomloop)
 in de grote bloedsomloop worden zuurstof en voedingsstoffen afgegeven aan
cellen, en CO2 en afvalstoffen uit de cellen in het bloed opgenomen.
 De bloedsomloop zorgt voor homeostase (dynamisch evenwicht in het interne
milieu) door in het bloed opgeloste stoffen door het lichaam te transporteren
en door warmte die vrijkomt bij dissimilatie te verdelen over het lichaam
 Eenkamerhart (amfibieën) perst een deel van het bloed naar de longen en
huid, daar wordt zuurstof opgenomen, de rest van het bloed gaat via de aorta
naar het lichaam
 Bij reptielen is het hart grotendeels gescheiden door een tussenschot, die
afhankelijk is van ademhaling. Als niet ademt, kan het bloed vanuit beide
helften naar de aorta’s stromen. Als wel ademt is de druk in de longhaarvaten
laag en trekt het rechterdeel iets eerder samen dan het linkerdeel, hierdoor
blijft het zuurstofarme en zuurstofrijke deel gescheiden

, Bloedsomloop bij embryo’s
 Foetus krijgt zuurstof en voedingsstoffen via placenta
 Voor geboorte heeft het hart een kleine opening in het tussenschot tussen
rechts en links: ovale venster  een groot deel van het bloed stroomt hier
doorheen en wordt in de aorta geperst
 Foetus heeft een verbinding tussen de longslagader en de aorta: ductus
arteriosis (of ductus botalli)  het grootste deel bloed uit de rechterkamer
komt via deze verbinding in de aorta
 Direct na de geboorte vullen de longen met lucht  weerstand in
longhaarvaten neemt af  bloed stroomt gemakkelijker van de rechterkamer
in de longbloedvaten  bloeddruk daalt in de rechterhelft en bloeddruk stijgt
in de linkerboezem door de aanvoer van bloed uit de longen  ovale venster
wordt gesloten door klep en vergroeit tot tussenwand
 Ductus arteriosis verschrompelt en verdwijnt
 Resten navelstrengaders en navelstrengslagaders verschrompelen en
verdwijnen.


Bouw van het hart
 Onder het hart lopen de kransslagaders en de kransaders
 Kransslagaders (vertakkingen van aorta) voorzien het hartspierweefsel van
zuurstof en voedingsstoffen
 Kransaders voeren CO2 en afvalstoffen weg en monden uit in de
rechterboezem
 Linker en rechterharthelft zijn gescheiden door een harttussenwand
 Beide harthelften bestaan uit een boezem en een kamer. De boezems zitten
boven de kamers
 Bloed uit het lichaam komt het hart binnen via de onderste en bovenste holle
ader die uitmonden in de rechterboezem, vanwaar het bloed naar de
rechterkamer stroomt
 De rechterkamer pompt het bloed in de longslagader, die vertakt naar beiden
longen en terugstroomt naar de linkerboezem en daarna linkerkamer.
 De linkerkamer pompt het bloed in de aorta, door slagaders vanuit de aorta
stroomt het bloed naar de organen van het lichaam.
 Boezems en kamers zijn van elkaar gescheiden door hartkleppen
 Het begin van de longslagader en de aorta bevatten halvemaanvormige
kleppen


Werking hart
 Systole is de samentrekking van hartspierweefsel
 Diastole is de ontspanning van hartspierweefsel
 Hartslag begint als de boezems vol zijn met bloed, dan begint de systole van
de boezems  bloed stroomt kamers in (kamers diastole)

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ilsehallie. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77858 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,49
  • (0)
  Kopen