Naam:
Boekopdracht:
Titel, ondertitel: De komst van Joachim Stiller
Auteur: Hubert Lampo
Jaar 1e druk: 1960
Gelezen druk: 44e druk
Aantal pagina's: 191
Niveau Lezen voor de lijst: Niveau 5
Inleverdatum:
Vindplaats boek:
1. Verwachtingen
Op Lezen voor de lijst stond dat de journalist Freek Groeneveld op een dag iets ongewoons zag in
zijn stad, waarna er een brief van een onbekende afzender, Joachim Stiller, ontving. Deze brief
was verstuurd anderhalf jaar vóór de geboorte van Groenevelt wat dus heel vreemd is.
Ik verwachte niet veel van dit boek, hooguit een verhaal en uitleg rondom hoe dit geval van de
brief zou kunnen komen. Verder verwachte ik een beetje spanning, maar verder niet veel.
2. Korte inhoud
Het column
De journalist Freek Groeneveld zat op een rustige, zonnige en blije zomermorgen op zijn vaste
plaats in een populaire kroegje in de Kloosterstraat, genaamd 'Het gouden Anker'. Na een tijdje
merkte hij op dat er verder in de straat opeens werklui aan de straat begonnen te werken. Niet
een heel vreemde situatie zou je denken, maar de straat was niet aan vernieuwing toe en mensen
begonnen te klagen over hoe de gemeente met het geld van de burger onverantwoord omgaat.
De waard van 'Het gouden Anker' adviseerde Groeneveld om dit in de krant te zetten, waar
Groeneveld naar luisterde.
Dezelfde avond kwam de vriend van Groeneveld, Andreas, bij hem thuis met het bericht dat er
een nieuw jongerentijdschrift, het Atomium, een bekritiserende column geschreven had over
Groeneveld. Terwijl Andreas Groeneveld uitlegt hoe slecht dit is voor zijn sociale reputatie, legt
Freek uit dat het hem weinig kan schelen. Het is immers pas de eerste druk en het zijn maar
hoogmoedige jongeren die denken dat hun kritiek Freek zal raken. Een aantal dagen later wordt
Freek door de directeur van De Scheldebode, de krant waar Freek in schrijft, hem op kantoor. De
wethouder van openbare werken had kennis genomen van het bekritiserende column van
Groeneveld, waarin hij openlijk beargumenteerd hoe nutteloos de herstellingswerken zijn die in de
Kloosterstraat uitgevoerd waren. Daarnaast vertelde de wethouder dat er de laatste tijd geen
enkel herstel van de wegbedekking werd uitgevoerd. Groeneveld besloot om even langs te gaan
bij de wethouder.
Het geheim van Keldermans
Toen Groeneveld de wethouder, Keldermans, aansprak op het feit dat er wel degelijk sprake was
van wegwerkzaamheden in de Kloosterstraat, aangezien hij het zelf met andere getuigenissen
waargenomen had, bleef de wethouder zich vasthouden aan het schriftelijke bewijs waarin geen
enkel spoor van een wegbedekking aan de Kloosterstraat werd uitgevoerd. Toen Groeneveld
hiertegen discussieerde, legde de wethouder wat paniekerig uit dat er meer aan de hand was:
"[...]. De Kloosterstraat. Natuurlijk heb ik er geen ogenblik aan getwijfeld, dat het waar was! [...] Ik
wist, dat het waar was, doch niettemin moest ik tegen een dergelijke onthutsende en
angstaanjagende waarheid protesteren...' Groeneveld dacht niks anders dan dat hij op z'n hoofd
gevallen was en liet het daarbij.
Op een morgen ontvangt Groeneveld een mysterieuze brief. Op de postzegel stond een datum: 2
april 1919, wat betekende dat de brief ruim anderhalf vóór de geboorte van Groeneveld gepost
zou zijn. De verzender van deze brief, Joachim Stiller, bedankte Groeneveld voor het in het licht
brengen van de onnodige wegwerkzaamheden die in de Kloosterstraat zijn uitgevoerd. Verder
schrijft hij dat hij Freek niet uit het oog verliest. In de eerste instantie denkt Freek dat de brief een
soort grap is, maar uiteindelijk krijgt hij een angstaanjagend gevoel.
Het boek
