Bedrijfseconomie in Balans
Belangrijkste onderwerpen H5 t/m H45
Algemeen:
Machine uurtarief: c/n + v/b
Kostprijs per eenheid: grondstof + loonkosten + machinekosten
Constante loonkosten: N x SP – WH X WP
Efficiencyverschil (SH-WH) x SP
Prijsverschil (SP – WP) x WH
Bezittingsresultaat: (B-N) X C/N B is hierbij de verwachte productie
Verkoopresultaat: verwachte afzet x winst per stuk = nettowinst
Omzet – variabele kosten = TDB
Arbeidsuurtarief: brutoloon + wet. Sociale lasten + vr. sociale lasten + deel pensioenpremie
Totaal/ aantal productieve uren = arbeidsuurtarief
Factuurtarief: arbeidsuurtarief + niet gefactureerde kosten + winstopslag
BSC: Financieel, Interne bedrijfsprocessen, Klanten en Innovatie & Groei
Voorraadafname berekenen: Verkoopresultaat – bezettingsresultaat
TO – TK (+ voorraadafname)
Beginvoorraad + inkopen – eindvoorraad = inkoopwaarde omzet
REVvab = RTV + (RTV-IVV) x VV/EV
Positief REV > RTV oorzaak? RTV > IVV
Intrinsieke waarde: geplaatst aandelenkapitaal + reserves + winst (op balans)/ aantal
geplaatste aandelen.
TDB – TCK = Bedrijfsresultaat
Legitieme portie: minimaal deel kinderen 0,5 keer wettelijk deel
Legitieme massa: waarde nalatenschap + waarde schenking afgelopen vijf jaar – schulden
nalatenschap
Legitimaire aanspraak: legitieme portie – giften erflater
Dividendrendement: dividend/ beurskoers x 100%
Koersrendement: beurskoers – aankoopkoers/ aankoopkoers x 100%
Aandelenrendement: dividendrendement + koersrendement
Groep 1: echtgenoot en zijn kinderen
Groep 2: ouders en broers en zussen
Groep 3: Grootouders
Hoofdstuk 45: Overige kengetallen
RTV = winst + interest / GTV x 100%
REV = nettowinst / GEV x 100%
IVV = interest / GVV x 100%
Interestmarge = RTV – IVV
Hefboomfactor = VV / EV
REVvab = RTV + (RTV-IVV) x (VV/EV)
Positief? REV > RTV
Oorzaak IVV < RTV
,Dividend per aandeel: totaal brutodividend / aantal geplaatste aandelen
Dividendrendement: brutodividend per aandeel / koerswaarde x 100% intrinsieke waarde
gebruiken als er geen koerswaarde beschikbaar is.
Dividendpercentage: brutodividend per aandeel / nominale waarde zegt niks
Winst per aandeel: nettowinst / aantal geplaatste aandelen
Cashflow per aandeel: nettowinst + afschrijvingen / aantal geplaatste aandelen
Hoofdstuk 44: Liquiditeitskengetallen, cashflow en solvabiliteitskengetallen
Sovabiliteitspercentages: kan de ondernemingen aan alle lange termijn verplichtingen
voldoen?
1. EV/VV x 100% Norm is 100%
2. TV/VV x 100% norm is 200%
3. Debt ratio: VV/TV x 100% norm is 50%
Cashflow: nettowinst – uitkering aan derden (vpb) + afschrijvingen
Liquiditeit: kan de onderneming voldoen aan de verplichtingen op korte termijn?
Current ratio: VLA + LM / VVK norm is 2
Quick ratio: VLA + LM – VR / VVK norm is 1
Hoofdstuk 42: Regels winst- en verliesrekening
DuPont-schema
Brutowinstmarge EBIT / Omzet
RTV x
Omloopsnelheid Omzet /
Totaal vermogen Totaal vermogen = VA + VLA
RTV = EBIT / TV
Hoofstuk 41: Regels voor de passiva
Eigen vermogen: Maatschappelijk aandelenkapitaal, aandelen in portefeuille, geplaatst
aandelenkapitaal, agioreserve, herwaarderingsreserve, algemene reserve (winstreserve) en
nettowinst.
VVL: Voorzieningen (reservering om een bepaalde toekomstige uitgave te kunnen
opvangen), Obligatielening, hypothecaire lening, onderhandse lening, schulden aan
groepsmaatschappijen/ pensioenen.
VVK Crediteuren, Transitoria, Rekening-courantkrediet, Schulden door belastingen/premies.
Hoofdstuk 40: Regels voor de activa
Verkrijgingsprijs/historische aanschafprijs: inkoopprijs + bijkomende kosten
Vervaardigingsprijs: verkrijgingsprijs + direct toe te rekenen kosten (var. loon) + deel niet
direct toe te rekenen kosten (O&O of con. fabricagekosten machine)
Vaste activa:
1. Materiële
, 2. Immateriële: geactiveerde kosten: O&O, vergunning, licenties, goodwill, concessies
(toestemming exploitatie)
3. Financiële: deelneming (pakket aandelen van een andere onderneming met de
bedoeling om invloed uit te oefenen), vorderingen lange termijn, effecten
Vlottende activa: voorraden, debiteuren, transitoria, effecten, liquide middelen.
Hoofdstuk 39: Externe verslaggeving
Interne balans en winst- en verliesrekening: voor intern gebruik, sturingsinformatie en
gedetailleerd.
Externe balans etc.: openbaarmaking verplicht aangezien leiding en eigendom vaak
gescheiden zijn verantwoording aandeelhouders en stakeholders.
Regels voor de inrichtingseisen (hoe wordt het opgesteld), publicatie-eisen (hoe worden de
stukken openbaar gemaakt) en controle-eisen (voorschriften controle)
Hoofdstuk 38: Niet financiële informatie
Balanced scorecard: indicatoren (KPI’s) die invloed hebben op succes.
Financieel, Innovatie & Groei, Klanten en Interne bedrijfsprocessen
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: People Planet Profit: informeren van
belanghebbenden en verantwoorden van de impact op de maatschappij.
Circulaire economie: hergebruik producten en grondstoffen, maatregelen tegen corruptie en
maatregelen tegen ongelijkheid mannen en vrouwen.
Hoofdstuk 37: Financiële planning
1. Investeringsbegroting: noodzakelijke activa: exclusief BTW
2. Financieringsbegroting: financieringsplan, vermogensbehoefte van
investeringsbegroting en het benodigd eigen vermogen
3. Begin-/ Eindbalans: winst, vpb
4. Resultaten/Exploitatiebegroting: opbrengsten en kosten: Excl. BTW (winst links)
5. Liquiditeitsbegroting: ontvangsten en uitgaven: incl. BTW
Hoofdstuk 36: Interne verslaggeving
Illiquide: er zijn te weinig liquide middelen om aan betalingsverplichtingen te voldoen.
Maatregelen: bezuinigen, investeringen uitstellen, stock ipv cashdividend of korting contante
betaling.
Hoofdstuk 35: Accrual accounting en matchingprincipe
Accrual-accounting: de gevolgen van transacties worden verwerkt in het boekjaar waarop zij
zich voordoen en niet wanneer de uitgaven/ontvangsten plaatsvinden.
Matchingbeginsel: kosten op de resultatenrekening verwerken op basis van direct verband
tussen de kosten en opbrengsten (inkoopwaarde omzet – omzet)
Ontvangsten die geen opbrengst zijn: debiteur betaalt, lening afsluiten
Opbrengsten die wel ontvangsten zijn: contante verkoop (dienst + opbrengst periode)
Opbrengsten die geen ontvangsten zijn: stockdividend of verkoop op rekening
Kosten die ook uitgaven zijn: loonkosten etc.