100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Economie havo pincode hoofdstuk 6-10 €3,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Economie havo pincode hoofdstuk 6-10

 648 keer bekeken  2 keer verkocht

In deze upload staat hoofdstuk 6-10. Ik heb deze samenvatting gebruikt voor mijn examen. Dit is de helft van mijn samenvatting, mocht je de gehele samenvatting willen (hoofdstuk 1-10); deze heb ik ook online staan voor (gemiddeld) een lager bedrag.

Voorbeeld 3 van de 20  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 6-10
  • 13 januari 2015
  • 20
  • 2013/2014
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)
avatar-seller
Jeanpauljordens1996
Hoofdstuk 6
Paragraaf 1
Gevangenendilemma : Twee partijen moeten een beslissing nemen, de beslissing heeft
gevolgen voor beide partijen. Het is een eenmalige beslissing en beide partijen hebben
dezelfde informatie en er is geen overleg mogelijk
 Het gevangenendilemma en de dominante strategie
Het probleem (wel of niet samenwerken) staat bekend als het gevangenendilemma. Hierbij
wordt er van uitgegaan dat iedereen rationeel (verstandelijk, weloverwogen) handelt.
Een gevangenendilemma kenmerkt zich door het feit dat wat de ander ook doet, je altijd
dezelfde strategie kiest, de zogenaamde dominante strategie. Een dominante strategie is de
voordeligste strategie die iemand kiest onafhankelijk van wat de ander kiest. Deze leidt niet
tot het beste resultaat.

Stappenplan voor dominante strategie:
1. Begin met de rijspeler (leef je in dat jij de rijspeler bent).
2. Jij weet niet wat de kolomspeler gaat doen, dus je bedenkt per keuze van de kolomspeler
wat jij zou doen bij beide keuzes van de kolomspeler.
3. Onderstreep de beste opties voor jou bij beide keuzes van de kolomspeler.
4. Nu doe je precies hetzelfde voor de kolomspeler.
5. Jij weet niet wat de rijspeler gaat doen, dus je bedenkt per keuze van de rijspeler wat jij zou
doen bij beide keuzes van de rijspeler.
6. Onderstreep de beste opties voor jou bij beide keuzes van de rijspeler.
Een voorbeeld:




Verklaring cellen:
(10 jaar, 10 jaar): Als Paco bekent en Zacco ook krijgen ze beiden 10 jaar.
(22 jaar, 1 jaar): Als Paco zwijgt maar Zacco bekent, krijgt Paco 22 jaar en Zacco 1 jaar.
(1 jaar, 22 jaar): Als Paco bekent, maar Zacco zwijgt, krijgt Paco 1 jaar en Zacco 22 jaar.
(2 jaar, 2 jaar): Als beide zwijgen, krijgen ze beiden 2 jaar.
We hebben hier te maken met een dominante strategie, namelijk bekennen.
Verklaring:
Als Paco verwacht dat Zacco bekent, heeft hij twee mogelijkheden:
- Paco bekent ook, hij krijgt dan 10 jaar.
- Paco zwijgt, hij krijgt 22 jaar.
Bekennen levert Paco 22 – 10 jaar = 12 jaar voordeel op.
Als Paco verwacht dat Zacco zwijgt, heeft hij twee mogelijkheden:
- Paco bekent, hij krijgt 1 jaar.
- Paco zwijgt, hij krijgt 2 jaar.
Bekennen levert Paco 2 – 1 jaar = 1 jaar voordeel op.
Voor Zacco is op vergelijkbare wijze bekennen de dominante strategie.

Paco en Zacco zullen beiden kiezen voor bekennen (ieder 10 jaar cel. Dit is niet het beste,
optimale resultaat. Paco en Zacco weten dat ze beter af zijn als allebei zouden zwijgen. Toch
komt deze uitkomst niet tot stand omdat ze elkaar niet vertrouwen. Als Paco zwijgt, is het
bang dat Zacco bekent. Paco krijgt dan 22 jaar cel en Zacco 1 jaar. Voor Zacco geldt hetzelfde.
Als Zacco zwijgt, is hij bang dat Paco bekent. Zacco krijgt dan 22 jaar en Paco 1 jaar. Om het
risico van de lange gevangenisstraf (22 jaar) te vermijden, zullen beiden bekennen. Omdat
Paco en Zacco elkaar niet vertrouwen, komt er geen samenwerking tot stand en is de
uitkomst niet optimaal. Het beste resultaat (ieder 2 jaar cel) kan alleen bereikt worden als de

,twee gevangenen zouden gaan samenwerken. Pas als er een bindende afspraak is, zal er
samenwerking ontstaan. Het beste resultaat (optimale situatie) kan alleen bereikt worden
indien er bindende afspraken gemaakt worden.
Individuele belang : De persoon stelt zijn eigenbelang voorop
Collectieve belang : Het belang van alle spelers samen

Paragraaf 2
Positieve externe effecten : Een gevolg van iets waar je (géén koper/verkoper) niet voor
betaald, maar wel blij mee bent
Vb.: Buurman koopt een piano, jij hoort het maar je vindt het wel mooi
Negatieve externe effecten : Een gevolg van iets waar je (géén koper/verkoper) niet voor
betaald, maar niet blij mee bent
Vb.: Buurman koopt een piano, jij hoort het maar je vindt het niet mooi
 Aanpak : rookverbod in openbare ruimtes, subsidies verstrekken op producten die
milieuvervuiling beperken
Duurzaam ondernemen : Ondernemen met meer aandacht voor het milieu (maatschappelijk
verantwoordelijk ondernemen)
Collectieve goederen : Goederen waar je geen prijskaartje aan kunt hangen, en vaak
onderdeel van de overheid is (lantaarnpaal, aanleg dijken )
Meeliftgedrag : Mensen die niet voor een collectief goed betalen, maar er wel gebruik van
maken

Paragraaf 3
Collectieve dwang : Zo voorkomt de overheid dat mensen hun eigen belang nastreven maar
dat ze aan het collectieve belang denken. Ook voorkomt dit meeliftgedrag
Sociale normen : Je voelt je verplicht om aan iets mee te doen omdat iedereen dat doet en je
anders wordt nagekeken omdat je niet meedeed
Zelfbinding : Al zeggen wat je van plan bent te doen, voordat de definitieve beslissing is
genomen
Vb.: Ik plaats een roetfilter ongeacht wat anderen doen
Verzonken kosten : Kosten die al zijn gemaakt en die geen rol meer spelen bij het nemen van
een beslissing
- Vakbonden onderhandelen namens hun leden met de werkgevers en sluiten een cao.
Als dit op landelijk niveau wordt gedaan  Centraal Akkoord
Cao algemeen verbindend verklaren = Cao geldt voor alle werknemers in de branche
waarvoor de cao is afgesloten
Loonruimte = arbeidsproductiviteit + inflatie
Vb.: In de bouw stijgt in een jaar de arbeidsproductiviteit met 2%. Voor de omzetstijging
kijk je naar de inflatie, die is 2,4%. De loonruimte bedraagt daarom 4,4%.

Paragraaf 4
Europese Unie = samenwerkingsverband van landen
1. Europese Raad: Het hoogste orgaan, regeringsleider van alle EU-landen
2. Raad van de EU: Bestaat uit Europese ministers van de EU-landen. Welke ministers
hangt af van het onderwerp
3. Europese Commissie : Dagelijkse bestuur van de EU
4. Europees Parlement : Leden die rechtstreeks gekozen zijn door de inwoners van de
EU-landen
5. Europese Hof van Justitie : Moet het recht van de EU handhaven
Europese besluitvorming bestaat dus uit verschillende instellingen.
 Belangrijkste is de Europese Raad: Besluit over belangrijke zaken. Neemt de beslissingen
in unanimiteit = Alle landen moeten het ermee eens zijn


Met Europese grondwet proberen te bereiken dat:
1. De EU grote grensoverschrijdende problemen sneller kan aanpakken

, 2. De landen zo zelfstandig mogelijk blijven
3. De burgers meer invloed krijgen op de besluitvorming in Europa

Hoofdstuk 7
Paragraaf 1

Risicoavers Mensen hebben een afkeer van risico’s, ze vermijden ze het liefst
Verzekeren Een verzekeringsmaatschappij/verzekeraar neemt het risico
over. De verzekeringnemer betaald elk jaar een premie aan de
verzekeraar(=premie). De verzekeraar gebruikt dit geld om
jouw schades uit te keren, zijn overige kosten te dekken en winst
te maken. Als je een verzekering afsluit, krijg je een
verzekeringscontract = polis (wie de verzekerde is, welke
schade gedekt wordt, voor welk bedrag)
Risico = kans op voorval * gemiddelde schadebedrag van het voorval
Je woont in een middelgrote stad. De kans dat je fiets in de komende vijf jaar wordt
gestolen is 1 op de 5. Een gestolen fiets kost €700.
Het risico dat je per jaar loopt is 1/5 * €700 = €140
Stel dat de premie voor een 5-jarige fietsverzekering €164 is. De verzekering kost je dan per
jaar €164/5 = €32,80. Door de kosten voor een fietsverzekering te vergelijken met het
risico, kun je een betere afweging maken of het verzekeren van je fiets verstandig is.
Risicospreiding Verzekerden verdelen het risico onder elkaar
Solidariteit Je betaald meer dan je eigenlijk voor je eigen risico hoeft te
betalen. Het is vaak onvrijwillig, je weet niet hoe hoog het risico
van de andere verzekerde is. Door de solidariteit wordt het
risico voor de verzekeraar kleiner, de premie kan omlaag
De kans op brandschade in een woning op jaarbasis is 1 op de 500. Dat betekent dat bij 1 op
de 500 woningen per jaar brandschade ontstaat. Een gemiddelde brandschade kost de
verzekeraar €7500. Als alle 500 woningen zijn verzekerd, is een verzekeringspremie €15 op
jaarbasis per woning voldoende om brandschade te dekken. Omgerekend is de premie €1,25
per maand. Om bedrijfskosten te dekken en winst te maken, kan de verzekeraar de
maandpremie vaststellen op €1,35
Averechtse selectie Alleen de mensen die een meer dan gemiddeld risico lopen,
gaan zich verzekeren.
Premiedifferentiatie Een risicogroep met een meer dan gemiddeld risico moet een
hogere premie betalen dan een risicogroep met een gemiddeld
of laag risico. Dit wordt gebruikt om het risico van averechtse
selectie te beperken
Asymmetrische informatie Een van de partijen (verzekeraar/verzekeringnemer) houdt
informatie achter voor de ander
Moreel wangedrag Je gaat minder voorzichtig met iets om, omdat je het hebt
verzekerd en je er toch geld voor krijgt als het kapot is
Eigen risico De verzekerde moet bij het claimen van een schade het eerste
deel van de schade zelf betalen. Dit is een middel om moreel
wangedrag tegen te gaan
 Aantekeningen elo:
Belangrijke begrippen:
- wat is risicoavers?
- wat is het principe van verzekeren? (solidariteit, overlijdensrisicoverzekering)
- wel of niet verzekeren? wat is het risico? (kans x mogelijke schade) wat zijn
de kosten?
- hoe wordt de hoogte van de premie bepaald?
- wat is averechtse selectie?
- wat is premiedifferentiatie?

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Jeanpauljordens1996. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 57413 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,49  2x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd