SAMENVATTING ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE
Matthijsen, L. (2016). Ontwikkelingspsychologie: Customeditie Fontys Hogescholen Eindhoven.
Amsterdam: Pearson Benelux B.V.
PRENATALE FASE EN BABYFASE
DEEL 1: De ontwikkeling van het kind
Hoofdstuk 1: Een inleiding in de ontwikkeling van het kind
1.1.1 De reikwijdte van het vakgebied
Thematische gebieden binnen de ontwikkelingspsychologie
- Onderzoek naar de ontwikkeling van kinderen is te verdelen in vier centrale
thema’s, namelijk:
Fysieke ontwikkeling;
Cognitieve ontwikkeling;
Sociale ontwikkeling;
Persoonlijkheidsontwikkeling.
- Fysieke ontwikkeling Fysieke ontwikkelingspsychologen kijken naar de invloed van het lichaam
op ons gedrag. Er wordt hierbij gefocust op de hersenen, het zenuwstelsel, de spieren, de zintuigen
en de behoefte aan eten, drinken en slaap.
- Cognitieve ontwikkeling Cognitieve ontwikkelingspsychologen proberen te begrijpen hoe het
gedrag van mensen wordt beïnvloed door groei en veranderingen in hun intellectuele vermogens
(grote algemene ontwikkeling). Zij houden zich bezig met leren, geheugen, probleemoplossing en
intelligentie.
- Sociale ontwikkeling Sociale ontwikkelingspsychologen kijkt naar de manier waarop de
interacties van mensen en hun sociale relaties in de loop van hun leven groeien, veranderen en
stabiel blijven.
- Persoonlijkheidsontwikkeling Persoonlijkheidsontwikkelingspsychologen kijken naar de stabiliteit
en verandering in de eigenschappen die de ene persoon van de andere persoon onderscheiden.
- Specialisten op het gebied van persoonlijkheidsontwikkeling en sociale ontwikkeling houden zich
ook bezig met de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen en adolescenten.
De ontwikkeling van het kind: vier thema’s
ORIENTATIE THEMA’S VOORBEELDEN VAN VRAAGSTUKKEN
Fysieke ontwikkeling Kijkt naar de invloed van de o Wat bepaalt de sekse van een
hersenen, het zenuwstelsel, kind?
de spieren, de zintuigen en o Wat zijn de langetermijngevolgen
de behoefte aan eten, van een premature geboorte?
drinken en slaap op ons o Wat zijn de voordelen van
gedrag. borstvoeding?
o Wat zijn de consequenties van
vroege of late seksuele rijpheid?
Cognitieve Kijkt naar intellectuele o Wat zijn de vroegste herinneringen
ontwikkeling vermogens, waaronder leren, die we van onze babytijd kunnen
geheugen, het oplossen van hebben?
problemen en intelligentie o Wat zijn de consequenties van tv-
kijken?
o Heeft tweetaligheid voordelen?
o Bestaan er etnische verschillen in
intelligentie?
, o Welke invloeden heeft
egocentrisme van een adolescent
op zijn wereldbeeld?
Sociale ontwikkeling Kijkt naar de ontwikkeling en o Reageren pasgeborenen anders
de verandering van sociale op hun moeder dan op andere
relaties en interacties met mensen?
anderen o Hoe kunnen we interetnische
vriendschappen bevorderen?
Persoonlijkheids- Kijkt naar de duurzame o Wat is de beste manier om
ontwikkeling eigenschappen die de ene kinderen op te voeden?
persoon van de andere o Wanneer wordt een kind zich
onderscheiden bewust van zijn sekse?
o Wat zijn de oorzaken van
zelfmoord bij adolescenten?
Leeftijdsgroepen en individuele verschillen
- Kinderen en jongeren worden onderverdeeld in globale leeftijdsgroepen:
De prenatale periode (de periode van conceptie tot geboorte);
De baby- en peutertijd (van geboorte tot drie jaar);
De kleutertijd (van drie tot zes jaar);
De schooltijd (van zes tot twaalf jaar);
De adolescentie (van twaalf tot twintig jaar).
- De leeftijdsgroepen en perioden zijn sociale constructen. Een sociaal construct is een idee over de
realiteit dat weliswaar breed geaccepteerd is, maar afhangt van de maatschappij en de cultuur op
een bepaald moment.
- De tijdstippen waarop gebeurtenissen zich in het leven van mensen voltrekken, kunnen aanzienlijk
variëren. Dat heeft deels een biologische oorzaak: de ene mens is sneller volgroeid dan de andere.
Ook omgevingsfactoren spelen een belangrijke rol.
1.2.3 Vraagstukken bij de thema’s van de ontwikkelingspsychologie
- Er zijn altijd een aantal centrale vraagstukken over de ontwikkeling van kinderen.
Continue verandering versus discontinue verandering
- Bij continue verandering is de ontwikkeling geleidelijk en vloeien de prestaties op een bepaald
niveau voort uit de prestaties op de vorige niveaus. Nieuwe vaardigheden vloeien automatisch voort
uit bestaande vaardigheden. Continue verandering is kwantitatief: de ontwikkeling wordt groter of
meer. De onderliggende ontwikkelingsprocessen die de aanzet geven tot verandering blijven
gedurende het hele leven hetzelfde.
- Discontinue verandering vind plaats in aparte stadia. Ieder stadium levert gedrag op dat kwalitatief
anders is dan gedrag in eerdere stadia. Er is als het ware sprake van sprongetjes vooruit.
Kritieke en gevoelige perioden: de invloed van de omgeving
- Een kritieke periode is een specifieke tijd in de ontwikkeling waarin een bepaalde gebeurtenis de
grootste gevolgen heeft. Er is sprake van kritieke perioden wanneer de aanwezigheid van bepaalde
soorten omgevingsstimuli noodzakelijk is voor een normale ontwikkeling, of wanneer blootstelling
aan een bepaalde stimuli abnormale ontwikkeling tot gevolgen heeft.
- Mensen zijn op veel vlakken, en dan met name op het gebied van cognitieve ontwikkeling, sociale
ontwikkeling en persoonlijkheidsontwikkeling, flexibeler dan aanvankelijk werd aangenomen.
Plasticiteit is de mate waarin een zich ontwikkelend gedragspatroon of fysieke structuur veranderlijk
is.
- Tijdens een gevoelige periode zijn organisme extra kwetsbaar voor bepaalde soorten stimuli in hun
omgeving.
,- Er wordt aangenomen dat het permanente en onomkeerbare gevolgen heeft wanneer een individu
in ontwikkeling bepaalde invloeden mist tijdens kritieke perioden. Van het ontbreken van invloeden
tijdens gevoelige perioden hoeven consequenties niet altijd permanent te zijn.
Levensloopmodel versus focus op verschillende perioden
- Levensloopmodel In moderne theorieën ligt de nadruk groei en verandering in de loop van het
leven en op verbanden tussen verschillende perioden.
- Focus op verschillende perioden Vroege ontwikkelingspsychologen zien de kindertijd en de
adolescente nadrukkelijk als de belangrijkste perioden.
De relatieve invloed van nature en culture op de ontwikkeling
- Nature verwijst naar eigenschappen, vermogens en capaciteiten die mensen van hun ouders erven.
Het bevat elke factor die het resultaat is van het zich geleidelijk ontvouwen van voorbestemde
genetische informatie. Deze genetische invloeden zijn aan het werk terwijl we ons ontwikkelen van
het moment van conceptie tot het moment dat we een volgroeid mens zijn.
- Nurture verwijst naar de omgevingsinvloeden die ons gedrag bepalen. Sommige van die invloeden
zijn biologisch of sociaal van aard. Weer andere invloeden zijn het resultaat van maatschappelijke
factoren.
Belangrijke vraagstukken rond de ontwikkeling van het kind
Continue verandering Discontinue verandering
o Verandering verloopt geleidelijk o Verandering verloopt in een duidelijk te
o Prestaties op het ene niveau zijn een onderscheiden stappen of fasen.
vervolg op een voorgaand niveau. o Gedrag en processen zijn in
Onderliggende ontwikkelingsprocessen verschillende fasen kwalitatief
blijven tijdens iemands hele levensduur verschillend.
gelijk.
Kritieke perioden Gevoelige perioden
o Voor een normale ontwikkeling zijn o Mensen zijn gevoelig voor bepaalde
bepaalde stimuli uit de omgeving stimuli uit de omgeving, maar de
noodzakelijk. gevolgen van het ontbreken van
o Vroege ontwikkelingspsychologen bepaalde stimuli zijn terug te draaien.
leggen hier de nadruk op. o Deze theorie wordt momenteel
gehanteerd door levenslooppsychologen.
Levensloopmodel Focus op specifieke perioden
o In moderne theorieën ligt de nadruk op o Vroege ontwikkelingspsychologen zien
groei en verandering in de loop van het de kindertijd en de adolescentie
leven en op verbanden tussen nadrukkelijk als de belangrijkste
verschillende perioden. perioden.
Nature Nurture
o De nadruk ligt op het ontdekken van o De nadruk ligt op de invloed van de
erfelijke eigenschappen en vermogens. omgeving op iemands ontwikkeling.
Hoofdstuk 3: Het begin van het leven
3.3.4 De prenatale omgeving: bedreigingen voor de ontwikkeling
- Een aantal van de meest ingrijpende gevolgen voor het kind is het resultaat van teratogene
effecten. Een teratogeen effect is een omgevingsfactor die lijdt tot een geboorteafwijking.
- Het moment en de mate van blootstelling aan een teratogene stof zijn cruciaal. In sommige fasen
van de prenatale ontwikkeling heeft een bepaalde teratogene stof maar heel weinig invloed. In
andere perioden kan diezelfde stof verregaande consequenties hebben. In het algemeen hebben
teratogenen het grootste effect tijdens perioden van erg snelle prenatale ontwikkeling. Bovendien
zijn organen op verschillende tijdstippen gevoelig voor teratogene effecten.
Gevoeligheid voor teratogene stoffen
De mate van gevoeligheid van verschillende delen van het lichaam is afhankelijk van het
ontwikkelingsstadium waarin ze zich bevinden.
, Het voedingspatroon van de moeder
- Een moeder die gevarieerd eet en zorgt dat ze de juiste voedingsstoffen binnenkrijgt, heeft
waarschijnlijk minder last van complicaties tijdens de zwangerschap.
- Bijna 30% van de wereldbevolking lijdt aan een vorm van ondervoeding.
- Onderzoek wijst uit dat baby’s die als foetus ondervoed waren en daarna in een betere omgeving
opgroeiden, een deel van de effecten van hun vroege ondervoeding kunnen opheffen.
De leeftijd van de moeder
- Vrouwen die ouder zijn dan dertig als ze een kind krijgen, lopen een groter risico op verschillende
zwangerschaps- en geboortecomplicaties dan jongere vrouwen. Zo hebben bijvoorbeeld meer kans
op een vroeggeboorte, en hun kinderen hebben vaker een laag geboortegewicht. Daarnaast
hebben oudere moeders een grotere kans op een kind met het downsyndroom.
- Uit onderzoek blijkt dat bijvoorbeeld vrouwen in de veertig zonder gezondheidsproblemen niet
meer risico lopen op prenatale problemen dan vrouwen van in de twintig.
- De risico’s zijn ook groter bij heel jonge moeders. Vrouwen die zwanger worden tijdens de
adolescentie hebben meer kans op een vroeggeboorte. Bovendien ligt het sterftecijfer van baby’s
van tienermoeders twee keer zo hoog als dat van moeders tussen de twintig en de dertig.
De prenatale begeleiding van de moeder
- Fysiologische problemen en de sociale en economische omstandigheden van tienermoeders spelen
een rol bij het sterftecijfer van baby’s. Veel tienermoeders hebben niet genoeg geld of sociale
ondersteuning, waardoor ze geen toegang hebben tot goede prenatale zorg en kraamzorg.
De gezondheid van de moeder
- Moeders die gezond eten, gemiddeld aankomen en voldoende bewegen hebben meer kans op een
gezonde baby.
- Ziekte bij vrouwen kan desastreuze gevolgen hebben. Als de moeder voor de elfde week van haar
zwangerschap rubella (rodehond) krijgt, kan haar baby daar ernstige gevolgen van ondervinden,
zoals blindheid, doofheid, hartafwijkingen of hersenbeschadiging. In latere stadie is de kans op
negatieve gevolgen voor het ongeboren kind minder groot. Het moment waarop de moeder de
ziekte oploopt is dus cruciaal.
- Een aantal soa kan direct op de foetus worden overgebracht. In sommige gevallen worden soa aan
het kind doorgegeven op het moment dat het door het geboortekanaal passeert.
Het drugs- en medicijngebruik van de moeder
- Moeders die drugs of medicijnen gebruiken, kunnen hun ongeboren kind ernstig in gevaar brengen.
Drugs brengen grotere risico’s met zich mee dan medicijnen.
Moeders die alcohol en tabak gebruiken
- Steeds meer signalen wijzen erop dat zelfs kleine hoeveelheden alcohol en nicotine de ontwikkeling
van de foetus kunnen verstoren.
- De kinderen van vrouwen die tijdens de zwangerschap aanzienlijke hoeveelheden alcohol tot zich
nemen lopen het grootste risico. Zo kunnen deze kinderen geboren worden met het foetaal
alcoholsyndroom (FAS). FAS is een cognitieve stoornis die wordt veroorzaakt door alcoholmisbruik
tijdens de zwangerschap.
- In het geval van foetale alcoholeffecten (FAE) vertonen kinderen als gevolg van het alcoholgebruik
van hun moeder een aantal problemen die kenmerkend zijn voor het foetaal alcoholsyndroom.
- Hoe meer alcohol moeders hadden gedronken, hoe slechter hun kinderen konden presteren.
- Roken heeft verschillende consequenties op ongeboren kinderen en geen enkele is positief.
- Hoewel de risico’s niet volledig bewezen zijn, wijzen sommige onderzoeken uit dat grote
hoeveelheden cafeïne schadelijk kunnen zijn voor een foetus.
Hebben vaders invloed op de prenatale omgeving?
- Een vader in spe zou niet moeten roken. Passief roken kan de gezondheid van de moeder
aantasten, waardoor de gezondheid van haar ongeboren kind in gevaar komt. Daarnaast kan een
vader die alcohol en drugs gebruikt meer schade veroorzaken dan chromosale schade. Hij kan ook
de prenatale omgeving beïnvloeden door de stress die hij bij de moeder veroorzaakt en de