Running head: MUZIEKONDERWIJS BIJ KINDEREN 1
Het effect van speciaal muziekonderwijs op de executive functioning bij kinderen
Naam: Melissa Pereboom
Studentnummer: 852371348
Cursus: Onderzoekspracticum Experimenteel Onderzoek (PB0412)
Examinator: dr. R. Pat El
Inleverdatum:
,Running head: MUZIEKONDERWIJS BIJ KINDEREN 2
Samenvatting
Eerder onderzoek heeft aangetoond dat training in muziek een rol speelt bij de
ontwikkeling van het executief functioneren bij kinderen. Ontwikkelde executieve functies bij
kinderen hebben een positieve invloed op de leerprestaties. In dit onderzoek werd gekeken
in welke mate muziekonderwijs effect heeft op de ontwikkeling van het executief functioneren
en in hoeverre dit effect bepaald wordt door de frequentie van het aangeboden onderwijs.
Muziekonderwijs werd onderverdeeld in regulier muziekonderwijs (RMO) en speciaal
muziekonderwijs (SMO). De onderzoeksvraag luidde: ‘Is er een verschil in het effect van
speciaal muziekonderwijs en regulier muziekonderwijs op het executief functioneren bij
kinderen en in welke mate wordt dit bepaald door de frequentie van het aangeboden
onderwijs?’ Aan het onderzoek deden 700 leerlingen uit groep vier van vijftig verschillende
basisscholen mee. De condities verschilden in type onderwijs (RMO en SMO) en in
frequentie (laag, gemiddeld en hoog). De hypothesen zijn getoetst aan de hand van een
repeated measure ANOVA. Hieruit bleek dat speciaal muziekonderwijs alleen verschilt van
regulier muziekonderwijs in verbetering op executief functioneren bij het aanbieden van een
hoge frequentie van het onderwijs. Er is dus wel een effect van SMO ten opzichte van RMO
en die afhankelijk is van de frequentie. Het effect is echter minimaal. Gezien de beperkingen
van dit onderzoek is verder onderzoek aangewezen.
, Running head: MUZIEKONDERWIJS BIJ KINDEREN 3
Het effect van speciaal muziekonderwijs op de executive functioning bij kinderen
Training in muziek speelt een rol bij de ontwikkeling van de executieve functies bij
kinderen (Jaschke, Honing, & Scherder, 2018; Joret, Germeys & Gidron, 2017; Roden,
Kreutz, & Bongard, 2012). Executieve functies hebben betrekking op een palet aan
vaardigheden (zoals plannen en zelfmonitoren), gedragingen en emoties (Diamond & Lee,
2011). Hoewel er nog veel discussie is over de precieze conceptuele definitie van dit begrip,
is er consensus over het belang van dit begrip voor het leren en de ontwikkeling van
kinderen, wat zich uit in een verbeterd cognitief en sociaal functioneren (Blair & Raver, 2015;
Diamond, 2016; Miyake et al., 2000).
Er zijn sterke aanwijzingen dat actieve participatie, zoals bewegen, vragen stellen en
actieve klassendiscussies de leerprestaties bevorderen doordat deze actieve participatie de
executieve functies verbeteren (Cavanaugh, Clemence, Teale, Rule, & Montgomery, 2017).
Dit heeft de afgelopen jaren geleid tot lesvormen waar leerlingen aangemoedigd worden om
meer te bewegen in plaats van stil te zitten, of om actiever bij de les betrokken te worden. Zo
is langzaam de vraag ontstaan in hoeverre muziekonderwijs in het bijzonder geschikt is om
de theorie te toetsen dat actieve participatie de executieve functies verbeteren. De
veronderstelling dat muziekonderwijs veelbelovend is voor de ontwikkeling van executief
functioneren is gebaseerd op het feit dat muziek verschillende relevante gebieden in het
brein activeert, inclusief de prefrontale cortex, die gelinkt is met executief functioneren
(Särkämö et al., 2014). Hoewel veelbelovend, is empirische ondersteuning voor een causaal
verband tussen muziek en executief functioneren nog zeer beperkt. Tevens zijn
generalisaties moeilijk te maken vanwege de grote diversiteit in de eerdere studies. Zo werd
muziektraining bijvoorbeeld geconceptualiseerd als instrumentele lessen (Joret et al., 2017),
vocale training (Bialystok & Depape, 2009), gestructureerd muziekonderwijs in school
(Jaschke et al., 2018) en als luisteren naar muziek (Moreno et al., 2011).
Voor zover bekend is bij studies naar muziektraining en onderwijs niet eerder een
interventie gedaan die plaatsvond in het reguliere schoolcurriculum. Een interventie die in het