Energie & Industrie Samenvatting
Week 1: Introductie en Systemen
Systeem: set van entiteiten die samen een geïntregeerd geheel vormen
Socio-technische systemen: technische systemen die sterk verweven zijn met onze maatschappij,
zoals infrastructuursystemen.
Algemene beschrijving van energiesystemen:
Fysieke energiestroom in technisch subsysteem: van links naar rechts
Technologie: de praktische toepassing van kennis
- Het gebruik van steen 2,5milj. Jaar geleden was ook al technologie
3 manieren om naar systemen te kijken:
1. Systeembenadering: systeemgrens en de stromen die het systeem in en uit gaan
2. Netwerkbenadering: focus op verbinding tussen elementen
3. Ketenbenadering: het opdelen van een systeem in functionele stappen en op een rij zetten
Classificatie van energiesystemen:
1. Energiebronnen: aardolie, aardgas, kolen
2. Energiedragers: warmte, elektriciteit, kolen, aardgas, aardolie
3. Stromen: productie, verbruik, doorvoer (export en import)
4. Energie-intensieve systemen: industrie, huishoudens, transport, gebouwde omgeving etc.
Overzicht van energiegebruik Nederland:
,Energiebalans van Nederland:
Classificatie van energie-systemen:
• Voedings-, genotmiddelenindustrie
• Textiel-, kleding-, lederindustrie
• Houtindustrie
• Papier- en grafische industrie
• Raffinaderijen en chemie
• Bouwmaterialenindustrie
• Basismetaal, metaalprod.-industrie
• Elektrische en elektronische industrie
• Machine-industrie
• Transportmiddelenindustrie
,• Meubelindustrie
• Overige industrie
Raffinaderijen & chemie bestaat uit:
Eenheden Energie:
Energie in Joule:
- Joule: de hoeveelheid energie die nodig is om een voorwerp 1 meter te verplaatsen met 1 N
• kJ (kilojoule, 103 J)
• MJ (megajoule, 106 J)
• GJ (gigajoule, 109 J)
• TJ (terajoule, 1012 J)
• PJ (petajoule, 1015 J)
• EJ (exajoule, 1018 J)
• ZJ (zettajoule, 1021 J
MTOE= 42GJ
BTU=1055 Joule
Kilocalorie= 4,2 Joule
Eenheden vermogen:
Watt= 1 joule/seconde
Pk= 0,7 kW
Lamp: watt
Elektriciteitscentrale: MW
NL Jaarcomsumptie: terrawattuur of petajoule
1kWh= 7 cent voor grootgebruikers, ongeveer 23 cent voor consumenten
1MWh= 250 euro voor consumenten
Eenheden energiedichtheden:
Benzine: 47,2MJ/kg
Steenkool: 24,0 MJ/kg
1kWh= 3,6 MJ
Van kW naar kWh/jaar: doe kW * het aantal uur dat het in een jaar aan staat
, OVERZICHT KENTALLEN OP BS GOED LEREN
Stappenplan rekenen aan energiesystemen Globaal:
1. Maak een systeemdiagram met de energiestromen
2. Bedenk welke grootheid gevraagd wordt en welke eenheid hierbij hoort en geef een eerste
schatting van het gevraagde
3. Maak de benodigde aannames en bedenk een strategie om de vraag op te lossen
4. Bereken het gevraagde
5. Interpreteer je resultaat en maak indien nodig een iteratieslag
6. Schrijf de analyse compact op
Stroomstoringen vaak door graafwerkzaamheden
Hoe werkt verwarming?
- Meeste huizen: ketel op gas
- Blokverwarming
- Boiler
Rendement/Efficiency: Nuttig Uit/Totaal In
- Bij ketel vaak meer dan 100%: hoe kan dat?
- Gas komt je huis in en dat wordt CO2, water etc.
o Als water als gas je huis uit gaat is het lager dan 100%, maar als het condenseert in je
huis dan is het hoger dan 100%
Petrochemie: waar plastic enzo gemaakt wordt (na de raffinaderij); producten worden gemaakt
Je kan ongeveer 2 weken met een lading kolen doen
Ruwe aardolievoorraad: sinds de jaren 70 want toen was er een oliecrisis (voor noodgevallen)
LNG: liquified Natural Gas
Week 2: Voorraden en Stromen
Geïdentificeerde voorraad: alle bewezen voorraden die mogelijk ooit winbaar zijn
Bewezen voorraad: geologisch aangetoond; is technisch, commercieel en
economisch winbaar
- Als bijv. de olieprijs verandert, kan de bewezen voorraad ook veranderen
- Plaatje van voorraad: altijd de bewezen voorraad
Hypothetische voorraad: niet aangetoond, maar ze denken dat het voorkomt
omdat er ook bewezen voorraden zijn
- Je denkt dat het er is omdat er in dezelfde regio meer is gevonden (zoals bij goldrush)
Speculatieve voorraad: niet aangetoond, maar ze denken dat het voorkomt vanwege geologische
eigenschappen
Voorraadbronnen in NL:
1. Aardgas
2. Kolen
3. Aardolie (zee)
4. Schaliegas
5. Veen
6. Zand/zout
7. Kalksteen