CONTRACTENRECHT 2021-2022
WEEK 2
‘Casus Milo en Adnane’
Milo en Adnane zijn huisgenoten en studeren in Leiden. Zij willen iets naast hun studie gaan doen en
besluiten een broodjeszaak met bezorgservice te beginnen. Met het oog daarop zijn zij van plan twee
snelle brommers aan te schaffen. Zij gaan naar rijwielhandelaar Van der Genugten in Leiden,
specialist in brommers en scooters. Van der Genugten wijst Milo en Adnane op een net
binnengekomen brommer, de Bernina DS9. Deze brommer is met een aluminiumframe en een
“snelstartfunctie” een snel en betrouwbaar model, stelt de winkelier. Milo vraagt aan Van der
Genugten wat de snelstartfunctie inhoudt, waarop Van der Genugten antwoordt dat men daarmee de
brommer kan laten starten, zonder de sleutel in het contactslot te hoeven steken. De prijs per brommer
is € 2.600,-. Milo en Adnane hadden nog wel verdere vragen willen stellen, maar moeten zich haasten
naar een college. Zij hakken daarom ter plekke de knoop door en geven aan de luxe brommers te
willen kopen, waarop Van der Genugten de gemaakte afspraken schriftelijk vastlegt. Boven de
handtekening van Van der Genugten niet meer staat dan:
“Koop: 2 brommers van het merk Bernina type DS9 met snelstartfunctie. Totaal prijs: € 5200,-. Te
leveren uiterlijk tien dagen na de verkoopdatum.”
Eenmaal in hun studentenhuis aangekomen lezen Milo en Adnane de met Van der Genugten gemaakte
afspraken nog eens door. Zij vragen zich af of met de twee regels die daarin staan, wel alles is
geregeld. Er staat bijvoorbeeld niets in de overeenkomst opgenomen over verstrekking van een
eigendomsbewijs bij de brommers of over de plek waar de levering plaatsvindt.
Opdracht 1
Adviseer Milo en Adnane over de vraag of de overeenkomst tussen de beide studenten en Van der
Genugten “compleet” is, nu over de verstrekking van een eigendomsbewijs bij de brommers en over
de plek waar de levering plaatsvindt kennelijk niets tussen partijen is overeengekomen.
Gaat eerst van algemeen naar bijzonder (boek 3, 6 en dan 7)
Antwoord
Het gaat hier om het leerstuk aanvulling van een overeenkomst (leemte). In deze casus luidt de
rechtsvraag als volgt: wat is de inhoud van de overeenkomst? Er is een overeenkomst tot stand
gekomen (art. 6:217 BW), want er is een overeenstemming bereikt over de zaak (art. 7;4 BW). Dus is
bepaalbaar. Er is echter nog wel iets wat niet is afgesproken (een leemte), namelijk de strekking van
het eigendomsbewijs bij de brommers en de plek van levering. Op grond van art. 6:248 BW mag deze
worden aangevuld op grond van de wet, gewoonte of de eisen van redelijkheid en billijkheid. Voor het
eigendomsbewijs moet wel worden gekeken naar art. 7:9 lid 1 BW, waarin staat dat het
eigendomsbewijs moet worden overgedragen aan de studenten. Betreft de levering is er een wettelijke
grondslag, namelijk art. 6:41 sub b BW. Dit artikel geeft aan dat de levering de plaats is waar de
schuldenaar zijn beroep of bedrijf uitoefent. Dat is dus de winkel van Van der Genugten.
Conclusie: de overeenkomst is tot stand gekomen, maar was niet compleet dus moest aangevuld
worden door art. 7:9 lid 1 BW en art. 6:41 sub b BW.
, Titelbewijs geeft de naam aan van de houder of verzekeringsplichtige, maar zegt niks over eigendom.
Het wordt een individuele zaak wanneer de koper specifiek een eigenschap wil hebben(bijv: een rode
brommer, maar als de winkel 3 verschillende rode brommers heeft dan is het weer een bepaalde zaak.
Ook als het een gebruikte zaak is, is er sprake van een individuele zaak)
Dus de overeenkomst tussen de beide studenten en Van der Genugten is niet compleet, omdat het
eigendomsbewijs bij de brommers nog niet is overgedragen aan de studenten.
(Vervolg casus)
Een week later worden beide brommers door Van der Genugten aan de studenten overgedragen. Als
Milo en Adnane de brommers in gebruik willen nemen, zien zij dat bij de meegeleverde sleutels geen
afstandsbediening zit om de brommers te starten. Als zij contact opnemen met Van der Genugten met
de opmerking dat in de overeenkomst staat dat de brommers een snelstartfunctie hebben, maar dat de
snelstartfunctie ontbreekt, legt Van der Genugten uit dat de snelstartfunctie niet betekent dat je van
afstand de brommer kunt starten, maar dat je, in plaats van de sleutel in het contact te steken, op een
knopje op de brommer kunt drukken om hem aan te zetten. Milo en Adnane menen evenwel dat de
term “snelstartfunctie” zo moet worden uitgelegd dat de broodjeskoeriers van afstand hun brommer
aan moeten kunnen zetten om er dan op te springen en weg te rijden
Opdracht 2
Hoe moet het begrip “snelstartfunctie” naar uw oordeel worden uitgelegd?
Antwoord
Het DSM/Fox arrest geeft weer dat bij de uitleg van schriftelijke contracten dat alle omstandigheden
van het geval moeten worden meegewogen naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid. Daarnaast
wordt er een onderscheid gemaakt tussen de Haviltexnorm (gevolgen voor de partijen) en de
CAO-norm (gevolgen voor derden). In deze casus gaat het over de leerstuk van uitleg van een
overeenkomst, met name het begrip snelstartfunctie. In deze casus zijn er geen derden bij de
overeenkomst betrokken, dus moet de Haviltexnorm worden toegepast. Dit houdt in dat er naast
hetgeen wat er in de tekst is opgenomen, ook moet worden gekeken naar wat de partijen bedoelen.
Daarbij wordt er vooral gekeken naar de maatschappelijke ging van partijen, waarvan de partijen zich
niet in dezelfde kring bevinden. Van der Genugten is een professioneel bromverhandelaar en Milo en
Adnane zijn studenten die een bedrijfje willen opzetten. Daarnaast hadden de studenten al een vraag
gesteld over deze functie waarop de verkoper antwoord gaf, maar als het nog steeds onduidelijk was,
zouden de studenten verder moeten vragen en dat deden ze niet. Dus verkoper heeft aan zijn
mededelingsplicht voldaan.
Conclusie: de uitleg van de verkoper moet aangehouden worden.
Het arrest Bunde/Erckens kon niet toegepast worden (de gezichtspunten gaven geen nieuwe inzichten)
moet verder borduren met de gezichtspunten van Haviltex- arrest.
(Vervolg casus)
De broodjeszaak van Adnane en Milo is razend populair onder hun studiegenoten. Stel dat reeds in de
derde week na ingebruikname van de brommers blijkt dat de remmen van Adnane’s brommer wegens
slijtage moeten worden gerepareerd. Adnane verzoekt Van der Genugten telefonisch om kosteloze
reparatie van de remmen. Van der Genugten geeft echter aan dat hij ter zake van de herstelkosten