7.1
Persoonlijkheid=
- Standaardinstellingen , met patroon: emoties,perceptie,motieven
- Cervone/Shoda= psycho eigenschappen, continuiteit verlenen aan gedrag door individu in
verschillende situaties en omgeving
- Ieder mens is uniek, psycho eigenschappen/kenmerken van persoon met omgeving door
nuture/nature.
- Dynamisch/georganiseerd geheel van karakteristieken= voelen/denken/doen
Karaktertheorie beschrijving pers op karakter
Procestheorie de manier waarop iemand met omgeving omgaat
1. Biologie, mens, natuur,pers
Freud: verplaatsing/displacement van agressie of aanwijzen zondebok (Herbreeuws)
David Barash 2007 : mens reageert op pijnlijke/bedreigde situaties + reactie op
dichtstbijzijnde doel
Darwin: nakomelingen voorouders overlevingsinstinct: seks / instinctief:
agressie/verdediging (freud nam dit over)
2. Effect nurture: pers/omgeving
Gedrag door behavoristische conditionering, cogn leren, soc psycho
Word bepaald door vroege jeugd/door ouders gevormd
Walter Mishel 2003= omg invloeden overstemmen aangeboren eigenschappen
James onderzocht bewustzijn, waar geest gedrag aanstuurt
3. Effect nature:
Beschrijvende pers theorie= perskenmerken/karaktertrekken (intro-extravert)
Procestheorie= verder dan beschrijven: interne pers processen: motivatie, perceptie, leren,
ontw
Juris Draguns pers theorie gebasseert op westerse cultuur (inividualisme)=
contraverseel/invloedrijk
Psychotherapie= psychodynamisch (motief/emoties), humanistisch (mogelijkheden), soc-cog
(perceptie/leren)
Voor volledige persoonlijkheid:
proces/karaktertheorie nodig!
7.2 Hippocrates= temperament door
Humores 4: lich sappen NU= bio disposities bepalen basale persoonlijkheid / neurotransmitters!
Dispositionele theorie= temperament, karaktertrek, type = 1 woord dus
Temperament: vroege jeugd merkbaar: snelheid/intensiteit van emo reactie of overheersende
stemming bepaald individu. Vaak ½ dominante thema’s: verlegen/humeurig.
Frontaalkwab: reguleren iemand elementaire stemming
Temperament: verhouding chem stoffen= genetisch bepaald. Erf/omg beinvloeden, daarna
versterkt of afgezwakt door ervaringen!
Kagan onderzoek baby’s: 1e levensdag reactie 20% sterk responsief/prikkel, 10% extreem
geremd, 35-40% kalm, 10% nieuwschierig zonder vrees. Na 11 jaar: nog steeds 50% zelfde
temperament (Zimbardo: studenten 40% verlegen, veel meer dan % na geboorte)
, Karaktertrekken stab pers kenmerken, meerdemensionale struct op basis van temperament, later
ontw door psycho processen door pers beinvloed.
Karaktertheorie geen focus op: IQ, vaardigheden, creatief. Wel: motivatie, emo componenten
Hans Eysinck: 5 fact theorie PEN= psychotisme, extraversie, neurotocisme (OCEAN)
BIG5: 1. Open/gesloten, 2. Consistent-betrouwb / onbetrouwbaar-chaotisch. 3. Dominant-extravert /
intro-ondersgeschikt. 4. Vertrouwen/ achterdochtig. 5. Gelijkmatig/ nerveus-neurotisch
Uitbreiding big5: H-factor= 6e dimensie, honestly-humilty (eerlijk/integriteit). HEXACO= pers
vragenlijst
NEO-PI= personality inventory test pers leven/ kenmerken op: lich gez/gebeurtenissen =
hoog in betrouwbaarheid/ valide
- Betrouwbaarheid= consistente uitkomt / valide= meet, wat geacht word te meten
MBTI= myers briggs type indicator lage betrouwbaarheid/valide, vaak afgenomen. Op:
intro-extraversie, denk-voel, sens-intuïtie, oordelel-pereceptie scores geclusterd 1/16
types uitslag
Evaluatie temperament kritiek= momentopname, complex aard word simpel getest, selffulfilling
prophecy= gedragen naar stempel die je krijgt. Voordeel= gedrag voorspellen/ zaken die van belang
zijn
Kamarraju/Karau student prestaties verschilt door: betrouwbaar/georganiseerd & open-
nieuwschierig
7.3 procestheorie: psychodynamisch, humanistisch, soc-cogn theorie
1. Psychodynamisch pers theorie aandacht en motivatie, motief vanuit het onbewuste, invloed op
ervaring uit vroege jeugd/ op geest gez.
Freud: grondlegger psychodynamisch, grondslag: psychoanalyse/ psychoanalystische theorie
(angst/fobie/depressie). Gezonde mensen door onbewust worden gemotiveerd handelen
Onbewuste: verborgen ketel vol krachtige impulsen, motieven(psych energie)
- Eros = god vd liefde
- Libido = , dijfveer,lust, legt ook basis voor werken, vrijetijd, creatief, dansen, lezen
- Thanatos= dood, = vernietigingsdrang, agressie
Parapraxis verspreking, ‘’ik heb me verveeld, ik bedoel vermaakt’’ handelen door
onbewuste energie, = doctrine vh psychisch determinisme
Freud: peuter-kleutertijd bepalen hoe persoonlijkheid/gedrag later eruit ziet
Psycho seksuele ontw stadia oraal, anaal, fallisch, latentie, genitaal (sommige
volwassenen in bepaalde fase blijven steken = fixatie)
Bijv. volwassene sterke drang tot afhankelijk gedrag= fixatie orale stadium (eten, alcohol,
spraakzaam) / fixatie anaal = latere leeftijd, koppig/dwang/overdreven ‘’vasthouden’’ –
controle over je lichaam/leven houden
Persoonlijkheids structuur: 3eenheid vh ego