Hoofdstuk 5 – Hoe wij denken & leren
Kernvragen :
- Wat is denken ?
- Hoe ontwikkelt het denken zich bij mensen ?
- Waarover gaan de meeste gedachten van mensen ?
- Hoe werkt ons brein ?
- Welke doelen heeft ons denken ?
- Hoe slaan wij kennis op en hoe construeren wij kennis ?
- Hoe kunnen we kennis over ons denken toepassen in de hulpverlening ?
- Hoe is te verklaren dat bepaalde kennis soms opeens in ons hoofd actief
wordt ?
- Welke vormen van denken hebben mensen ?
- Wat is intelligentie en wat is de relatie met denken en leren ?
5.1 Inleiding
Antropomorfisme : in de wetenschap en filosofie wordt de term gebruikt wanneer
menselijke eigenschappen en waardeoordelen worden toegeschreven aan niet-
menselijke wezens (dieren, planten, goden) of dingen.
Animisme : is een begrip uit de filosofie en spiritualiteit waarmee wordt
aangegeven dat zielen of geesten niet alleen bestaan in mensen, maar ook in
planten, stenen of natuurverschijnselen.
Cognitie : is het vermogen om kennis te verwerven door waarneming en
vervolgens het verwerken van deze opgedane informatie door het denken.
Bij cognitieve processen zoals denkprocessen wordt informatie die
binnenkomt via de zintuigen ontleed in bestanddelen, bewerkt en in
verband gebracht met wat men al weet.
Cognitieve psychologie : is de specialisatie waarbinnen deze processen
bestudeert worden.
Bij het denken kunnen twee informatiebronnen gebruikt worden :
informatie die de zintuigen opvangen en de informatie uit ons geheugen.
5.2 Hoe ontwikkelt ons denkvermogen zich en waar denken we vooral aan ?
Oorzaak-gevolg denken : houdt in dat mensen vaak causale verbanden denken te
zien tussen twee voorvallen.
Egocentrisch denken : betekent dat een persoon vooral uitgaat van zijn eigen
gezichtspunt en zich moeilijk of niet kan verplaatsen in het gezichtspunt van
iemand anders. Egocentrisme is niet hetzelfde als egoïsme, dat gaat om het
voorrang geven aan eigen belangen.
Animistisch denken : is het toeschrijven van levenskenmerken zoals een eigen
wil, gevoel en gedachten aan levenloze voorwerpen.
Magisch denken : is het toeschrijven van bovennatuurlijke krachten aan
fantasiefiguren, maar soms ook aan mensen zoals de eigen ouders.
, P1.04 – Leerpsychologie
Samenvatting
Met het toenemen van de leeftijd en levenservaring neemt ook het
denkvermogen toe.
Egocentrisch, magisch en animistisch denken nemen af als kinderen ouder
worden.
Hypothetisch-deductief denken : houdt in dat iemand vanuit een algemene
theorie of veronderstelling concrete toepassingen kan afleiden voor specifieke
situaties.
Vanuit een aanname worden gevolgtrekkingen gemaakt.
Psychoanalyse : is dat mensen niet altijd weet hebben van de factoren die hun
gevoelens en gedrag bepalen. Deze onbewuste factoren kunnen soms leiden tot
vormen van psychische problematiek en soms tot storende
persoonlijkheidstrekken.
Het menselijk brein is groot en complex geworden, omdat mensen
opgroeiden in een sociale en culturele omgeving. Wij hebben veel
breincapaciteit nodig om te ‘dealen’ met andere mensen. Mensen denken
dan ook de meeste tijd aan andere mensen.
Theory of mind : is onze persoonlijke theorie over hoe de gedachten en wensen
van andere mensen ontstaan. Het is het vermogen om te beseffen dat hoe een
ander persoon reageert of wat hij vindt van een situatie, anders kan zijn dan hoe
je er zelf op reageert of wat je er zelf van vindt. Met het ontwikkelen van een
Theory of mind ontstaat ook het besef dat de eigen opvattingen, verlangens en
emoties kunnen afwijken van die van een ander. Zonder een Theory of mind kun
je niet empathisch zijn.
Mentaliseren : is het nadenken over het eigen denken en de eigen gevoelens, en
nadenken over het denken en de gevoelens van anderen.
Sociale cognitie : is de manier waarop mensen denken over henzelf en de sociale
wereld.
Default-netwerk : is het netwerk van gebieden in de hersenen dat vooral actief is
in een toestand van rust, waarin men niet op gebeurtenissen in de fysieke
buitenwereld is gericht. Het speelt een rol bij dagdromen, sociale cognitie en
zelfreactie.
5.3 Over welke twee denksystemen beschikken wij ?
Bewuste denkprocessen : staan onder onze aandacht. We weten ervan.
Onbewuste denkprocessen : staan niet onder onze aandacht. We hebben er geen
weet van. Ze verlopen automatisch.
Systeem 1 : is het automatische denksysteem.
Systeem 2 : is het weloverwogen denksysteem.
Snel denken : is automatisch denken. Het gebeurt zonder concentratie en
inspanning.
Langzaam denken : is aandachtig denken. Het kost energie, concentratie en
inspanning.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lizzy3. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.