ProActive Nursing: zorgthema 9: Huid en afweerfuncties
Afweersysteem is het verdedigingssysteem van het lichaam dat indringers, maar ook veranderde
eigen lichaamscellen (kankercellen) moet bestrijden.
Fysieke barrières: huid en slijmvliezen, houden de indringers buiten.
Verbanden:
- Circulatie: het bloed komt overal in het lichaam, bij een ontsteking treden witte bloedcellen uit de
vaten om daar indringers aan te vallen.
- Digestief systeem: de slijmvliezen van de darmen zijn een belangrijk contactoppervlak voor
pathogenen. Veel micro-organismen kunnen niet tegen het maagzuur wat geproduceerd wordt.
- Endocrien systeem: afweersysteem staat onder controle van het endocrien systeem, door het
stresshormoon cortisol.
Ontstekingsreactie: afgegeven door de plaatselijke beschadigde weefsels.
- Histamine: zorgt voor plaatselijke vasodilatatie (warmte / roodheid) zodat het weefsel snel kan
herstellen.
- Prostaglandinen: verantwoordelijk voor pijn, die de patiënt waarschuwt en koorts.
Ontstekingsverschijnselen:
- Rubor: roodheid
- Calor: warmte
- Dolor: pijn
- Tumor: zwelling
, - Functio laesa: functieverlies
Algemene ontstekingsverschijnselen: moeheid, algehele malaise, verhoging, koorts, koude rilling.
Koude rilling: bij een actieve verhoging van de lichaamstemperatuur door het ritmische
samentrekken van de skeletspieren. Vasoconstrictie in de huid -> thermosensoren geven koude
signaal -> warmteproductie stijgt -> patiënt heeft het koud maar kerntemperatuur stijgt -> bij 40
graden toppunt bereikt -> vasodilatatie in de huid -> warmtesignaal -> patiënt heeft het warm maar
kerntemperatuur daalt
1. Klinische aandachtspunten, belangrijk om te weten
1.1 Huid en slijmvliezen
Eerste fysieke barrière: huid en slijmvliezen. Een gezonde droge huid is vrijwel ondoordringbaar.
(huid, maag-darmslijmvlies, slijmvlies van de vagina en baarmoedermond, en tonsillen)
Pathogenen: zijn ziekteverwekkers met een biologische oorsprong, zoals bacteriën, virussen,
schimmels en wormen. Hierin zijn proteïnen en polysachariden aanwezig die een sterke
afweerreactie uitlokken.
Antigenen: moleculen die in staat zijn om een afweerreactie op te roepen. Eiwitten, medicamenten,
cosmetica, insecten gif. Zijn lichaamsvreemd en dus schadelijk.
Afweerstoornissen bij huid en slijmvliezen:
- Wonden: fysieke afweer is doorbroken. Er zal enige besmetting plaatsvinden. Infectie moet actief
bestreden worden.
- Insteekplaatsen: (katheters, infusen, sondes) groot infectiegevaar.
1.2 Bloed en lymfe
Tweede barrière: het bloed en het lymfestelsel.
Algemene afweer
Fagocytose: door de wand van de capillairen heen de bloedbaan verlaten, om binnengedrongen
micro-organismen ter plekke te bestrijden (op te eten).
Diapedese: het door de wand verplaatsen vanuit het bloed.
Pus: dode cellen en bacteriën
Granulocyten: witte bloedcellen, bevatten enzymen die micro-organismen afbreken nadat ze zijn
opgehapt (fagocytose).
- Neutrofiele granulocyten: bij bacteriële infecties
- Eosinofiele granulocyten: bij parasitaire infecties (lintworm, malaria)
- Basofiele granulocyten: bij allergie