Maandag 1 november 2021
PRINCIPES VAN MARKETING
1. HOOFDSTUK HET MARKETINGPROCES
Marketing: het proces waarmee bedrijven (of instellingen) waarde creëren voor de klant en sterke
klantrelaties opbouwen om in ruil daarvoor waarde van de klant terug te krijgen.
A. Marketingproces analyse
i. Binnen grotere bedrijven wordt veelal op drie niveaus een plan opgesteld: op concern- of
ondernemingsniveau, op SBU-niveau en op product/marktniveau. SBU bedrijfsonderdeel met
een eigen missie en doelstellingen, een aparte afnemers groep en specifieke concurrenten,
waarvoor een onafhankelijke planning opgesteld kan worden.
ii. Visie: de kijk op toekomstige ontwikkelingen in de branche dan wel een definitie van wat een bedrijf
in de toekomst wil. Missie: formulering van de doelstelling van een bedrijf: beschrijven ‘wat’ ‘voor
wie’ ‘waarom’ ‘hoe’. Een missie moet voldoen aan de volgende voorwaarden: realistisch, specifiek,
gebaseerd op onderscheidende competenties en motiverend.
iii. In het figuur hiernaast zie je het Abell & Hammond
diagram. Vanuit de missie wordt de marktafbakening
concreet ingevuld, dat het werkgebied van het bedrijf
weergeeft. In de kubus staan de afnemersgroepen,
afnemersbehoeften en de alternatieve oplossingen. Het
geeft de huidige situatie van een bedrijf weer. De
aspecten buiten de kubus geven groeimogelijkheden
weer.
iv. Doelstellingen moeten voldoen aan de eisen van een
SMART-formulering: specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden.
v. In het figuur hiernaast zie je de value chain van
Porter. Dit is de reeks afdelingen die waarde
creëert, verdeeld in primaire activiteiten zoals
productie, marketing en verkoop en
ondersteunende activiteiten zoals inkoop en
personeelsbeleid.
vi. De 4 p’s staan voor het perspectief vanuit de aanbieder op de marketinginstrumenten waarmee hij
kopers kan beïnvloeden. De 4 p’s kan je omzetten in de 4 c’s, met het formuleren hiervan sluit je
beter aan bij de effectieve leefwereld in het hoofd van de klant, zoals deze de 4 p’s evalueert.
vii. Klantrelatiegroepen:
- Vlinders: zijn rendabel maar niet loyaal
- Vreemdelingen: zijn weinig rendabel en naar
verwachting weinig loyaal
- Echte vrienden: zijn rendabel en loyaal
- Plakkers: zijn zeer loyaal maar weinig rendabel
, 2. HOOFSTUK DE MARKETING OMGEVING
i. Omgevingsniveaus: micro-omgeving: de krachten in het
bedrijf die het bedrijf kan beheersen of beïnvloeden. Zij
spelen zich af binnen de afdelingen van het bedrijf. Meso-
omgeving: de onbeheersbare, maar min of meer
beïnvloedbare omgevingsfactoren buiten het bedrijf op het
niveau van de bedrijfskolom. Macro-omgeving: de grotere
maatschappelijke krachten die de hele micro- en meso-
omgeving beïnvloeden; DESTEP
ii. De marketingomgeving bevat verschillende belangengroepen of publieksgroepen: groepen die -nu
of in de toekomst- belang hebben bij of invloed op het
vermogen van het bedrijf om zijn doelstellingen te
verwezenlijken
iii. Voor een analyse van de meso-omgeving wordt vaak ook het
vijfkrachtenmodel van Porter gebruikt. Het doel: de
aantrekkelijkheid van een markt of bedrijfstak bepalen. Die
aantrekkelijkheid wordt volgens Porter beïnvloed door vijf
fundamentele factoren. Deze krachten opereren in de meso-
omgeving en bepalen tezamen uiteindelijk het
winstpotentieel en daarmee de aantrekkelijkheid van de
bedrijfstak.
iv. De zes belangrijke krachten van de macro-omgeving zie je in het laatste figuur. DESTEP:
demografisch, economisch, sociaal-cultureel, technologisch, ecologisch en politiek-juridisch.
Demografie: de beschrijving van de bevolking naar grote, dichtheid, plaats, leeftijd, geslacht,
etniciteit, bezigheid en andere gegevens (babyboomers/ generatie X)
Economische omgeving: de factoren die de koopkracht en het uitgaven van de consument
beïnvloeden. Wet van Engel naarmate het inkomen stijgt, neemt het percentage van het inkomen
dat wordt besteed aan noodzakelijke producten (voedsel) af, en neemt het percentage van het
inkomen dat wordt besteed aan luxegoederen toe.
Sociaal-culturele omgeving: krachten die de sociale context vormen voor gedrag en die
elementaire waarden, de perceptie, de voorkeuren en het gedrag binnen een maatschappij
beïnvloeden.
Ecologische omgeving: krachten die de ecologische context vormen, zoals groeiend tekort in
grondstoffen en natuurlijke bronnen, milieuvervuiling en klimaatverandering.
Technologische omgeving: krachten die leiden tot nieuwe technologieën en zo nieuwe kansen
creëren voor producten en markten.
Politiek-juridische omgeving: wetten en overheden die
organisaties en individuen in een maatschappij beïnvloeden en
beperken.
v. Handelssysteem: invoerrechten een belasting die wordt
geheven door de overheid om de import van bepaalde producten
tegen te gaan. Quotum: een limiet op de hoeveelheid producten van een bepaald type die uit het
buitenland mag worden geïmporteerd. Embargo: een volledig verbod op het importeren van
bepaalde producten. Deviezenbeperingen: overheidsregelingen voor het maximale bedrag aan
valuta dat mag worden gewisseld en de koers die hierbij wordt gerekend.
2