0
,Inhoudsopgave
1. Inleiding 2
2. Probleemstelling 3
3. Onderzoeksopzet 5
Onderdeel 1: De 4. Hoofd- en deelvragen 7
onderzoeksfase
1. Wat is de huidige aanpak rondom de (leer)loopbaanontwikkeling van jongeren? 8
2. Wat is de huidige aanpak rondom het inzetten van ervaringsdeskundigheid en ervaringskennis? 13
3. Op welke wijze kan ervaringskennis worden ingezet om de arbeidsparticipatie onder jongeren te vergroten? 18
4. Welke vormen van online hulp ter bevordering van de loopbaanontwikkeling zijn er al ontwikkeld? 24
5. Op welke wijze kunnen deze partijen online laagdrempelig en veilig met elkaar in contact komen? 29
Onderdeel 2: De ontwerpfase 5. Het beroepsproduct 34
Onderdeel 3: De evaluatiefase 6. Procesverslag 46
7. Reflectie 52
Bronnen Bronnen 60
Bijlagen
Bijlage 1: Intakeformulier hulpvrager 63
Bijlage 2: Intakeformulier vrijwilliger 64
Bijlage 3: Gedragscode vrijwilliger 65
Bijlage 4: Bewijsstukken 66
Bijlage 5: Het projectplan 67
-
-
1
,Hoofdstuk 1: Inleiding
1.1 Opdrachtgever en opdracht
Dit onderzoek is gekoppeld aan de innovatiekringen ‘startbaan’ en ‘ondermijning’. Binnen Startbaan wordt er
gezocht naar nieuwe mogelijkheden om jongvolwassenen een toekomstperspectief te bieden (Kornhorn, Geenen,
Donker & Paalman, 2020). In Ondermijning wordt er onderzocht hoe we kunnen voorkomen dat jongeren via een
vorm van grooming worden geronseld voor karweitjes in de criminaliteit. Dit onderzoek sluit aan bij de opdracht van
Startbaan en zal individueel worden uitgevoerd zonder aanwezigheid van een praktijkplek als opdrachtgever.
Aanwezig ter ondersteuning en als vervangende ‘opdrachtgever’ is Sanne Kornhorn en het gekoppelde leerteam.
Binnen dit leerteam werken we met dezelfde thema’s. De rol van de opdrachtgever is in de voorbereiding- en
onderzoeksfase aansturen en relevante feedback bieden ter bevordering van het onderzoek en beroepsproduct. In
de evaluatiefase zal de rol voornamelijk zijn het toetsen van de vooropgestelde leerdoelen gekoppeld aan de
opdracht en opleiding.
2
, Hoofdstuk 2: Probleemstelling
2.1 Probleemstelling
Jongvolwassenen met multiproblematiek vormen volgens het eerdere onderzoek van Startbaan een zeer lastige
groep voor professionals en gemeenten. Er is vaak sprake van schooluitval en het afronden van een opleiding lijkt
voor deze groep moeilijk te zijn. De aanwezigheid van schulden en hun onzekere positie op de arbeidsmarkt maakt
dit voor hen niet makkelijker. Voor professionals is het lastig om deze groep te motiveren. Ze zijn vaak moeilijk te
bereiken en hebben al veel tegenslagen meegemaakt, bijvoorbeeld op school en op werk, maar vaak ook op
persoonlijk vlak. Hierdoor hebben sommige jongvolwassenen geen positief, maar eerder een negatief en beperkt
beeld als het gaat over scholing en loopbaanontwikkeling, maar ook de beroepen die daaruit voort kunnen komen
(Kornhorn, et al., 2020). Toch weten we uit eerdere onderzoeken zoals die van Startbaan dat (vrijwilligers)werk of
dagbesteding een belangrijke stap is om uit de problemen te blijven en verder te ontwikkelen (Kornhorn, et al.,
2020). Geld is makkelijk te verdienen, maar de manier waarop is soms strafbaar en biedt weinig perspectieven.
Het verloop van de loopbaan is daarnaast meer onvoorspelbaar geworden door een verschuiving van een
levenslang dienstverband naar levenslange flexibele inzetbaarheid (Wielers, Hummel & Hooftman, 2020.
De arbeidsmarkt is voor jongeren en jongvolwassen de afgelopen jaren het meest ingrijpend veranderd (Wielers,
Hummel & Hooftman, 2020). Wielers, Hummel & Hooftman (2020) merken in hun onderzoek naar burnout klachten
onder jongeren met flexibele banen dat de zorgen om toekomstige arbeidsmogelijkheden hun welzijn sterk
beïnvloedt. Het perspectief op een loopbaan is tijdens de corona crisis nog meer onzeker geworden voor jongeren,
hierdoor ontbreekt de basis voor een zeker toekomstperspectief en dit kan invloed hebben op het maken van
beslissingen die richting geven aan het leven (Ballin, Jaspers, Knottnerus & Vinke, 2021). Er spelen dus ook
problemen in de groep jongeren die niet kampt met multi-problematiek. De jongeren gaan in het algemeen minder
snel naar de maatschappelijke hulpverlening, maar nemen wel zelf het initiatief om online op zoek te gaan naar
hulpbronnen of ondersteuning (Mos, 2020). Dit spreekt aan op de focus van het huidige overheidsbeleid, namelijk
het inzetten op de zelfredzaamheid van burgers (Movisie, z.d.).
Het is de eigen verantwoordelijkheid van burgers om in hun eigen inkomen te voorzien, te participeren in de buurt
en zelfstandig te zijn. Het beleid is bedoeld om op te roepen tot burgerparticipatie en burgerschap. Bij
burgerparticipatie gaat het om de betrokkenheid van burgers bij overheidsbeleid, maar ook bij het nemen van
initiatieven. Het beleid speelt in op de ideeën en denkkracht van de burger, maar gebruikt hen ook bij het uitvoeren
hiervan. Burgerschap gaat over het vinden van een zingevend bestaan en een plek binnen de samenleving
(Movisie, z.d.). Het model van sociale kwaliteit, verder uitgewerkt in de tabel hieronder, is sterk verbonden aan
burgerschap en geeft inzichten in de kwaliteit van informele en formele relaties, maar ook de relatie met de
samenleving als geheel. Daarnaast geeft het een blik op de mate van (sociale) uitsluiting van het individu. Sociale
kwaliteit ontstaat wanneer er is voldaan aan vier conditionele voorwaarden, zoals hieronder afgebeeld. Wanneer
de mate van sociale kwaliteit niet genoeg is ontwikkeld, dan kan dit invloed hebben op het gevoel burgerschap,
met name het gevoel van een zingevend bestaan en een waardig onderdeel zijn van de samenleving (Knokke,
2020).
Sociaal economische zekerheid Sociale Inclusie
Toegang tot (betaald) werk en dagbesteding, inkomen, De mate waarin mensen toegang hebben tot de economische, sociale
persoonlijke veiligheid, sociale contacten, zorg en onderwijs ten en culturele instituties. Denk bijvoorbeeld aan de arbeidsmarkt,
behoeve van een aanvaardbare levensstandaard. rechtssysteem, gezondheidszorg, bibliotheek en andere
(grond)rechten als burger.
Sociale Cohesie Sociale Empowerment
Gedeelde normen en waarden, gedeelde gebeurtenissen en Mensen in staat stellen controle uit te oefenen over hun eigen leven
geschiedenis of andere collectieve identiteit binnen de structuren en hierdoor kansen te benutten voor zelfrealisatie
en groepen van de samenleving. (Keuzemogelijkheden) Zelfwaardering en competenties, versterkt en
gesteund door relaties en structuren.
3