1. Je kent de definitie van een soort.
Wanneer de individuen overeenkomst in uiterlijke kenmerken hebben en
de mogelijkheid is om vruchtbare nakomelingen te krijgen. Ook wordt er
gekeken of het DNA overeenkomt.
2. Je weet wat er bedoeld wordt met de binominale naamgeving en
de taxonomie.
Dat is zijn wetenschappelijke naam. Die bestaat uit twee delen: de
geslachtsnaam [met een hoofdletter] gevolgd door de soortaanduiding.
3. Je kan met behulp van de binominale naamgeving bepalen welke
soorten meer aan elkaar verwant zijn en welke minder aan elkaar
verwant zijn.
Wanneer de geslachtsnaam overeenkomt, geeft dat een verwantschap
aan.
4. Je kent de taxonomie van Linnaeus en kan deze toepassen zoals in
vraag 6.
Taxonomie: wetenschap die soorten indeelt in groepen.
Linnaeus lette daarbij op overeenkomstige kenmerken.
Organismen > soorten > geslachten > families > orden > klassen >
afdelingen > rijken > domeinen.
5. Je snapt waarom verwantschap bepalen op basis van DNA
onderzoek veel betrouwbaarder is dan op basis van uiterlijke
kenmerken. (Bedenk welke invloed natuurlijke selectie en survival
of the fittest hebben op de uiterlijke kenmerken van een bepaald
organisme in een bepaald gebied).
Het DNA toont aan hoe verwant de soorten zijn met elkaar. Het kan zo zijn
dat de uiterlijke kenmerken veel overeenkomen terwijl het DNA juist niet
overeenkomt en vica versa.
6. Je weet elke kenmerken worden gebruikt om organismen in te
delen in resp. bacteriën, archaea en eukaryoten.
Bacteriën: prokaryoten, cirkelvormig DNA ligt los in de cel, dubbele laag
fosfolipiden.
Archaea: prokaryoten, cirkelvormig DNA ligt los in de cel, bouw
celmembraan wijkt af: enkele laag fosfolipiden.
Eukaryoten: hebben een celkern met het DNA, dubbele lasg fosfolipiden.
7. Je kan uitleggen hoe de “moleculaire klok” wordt ingezet bij het
onderzoek naar relatie tussen soorten. Welke informatie levert het
op?
Genen die met een constante snelheid muteren, vormen een moleculaire
klok. Met behulp hiervan kunnen ze vaststellen welke soorten verwant zijn
en hoelang die soorten aanwezig al op aarde aanwezig zijn.
8. Je kan uitleggen waarom het ontstaan van hybriden meestal geen
uitzondering is als je kijkt naar de definitie van een soort.
Hybrides zijn meestal onvruchtbaar.
6.2
9. Je kent de definitie van het begrip “populatie” en
“populatiegrootte”.
Populatie: groepen organismen van dezelfde soort in een bepaald gebied.
Populatiegrootte: het aantal exemplaren van de populatie.
10. Je kan uitleggen op welke manieren de populatiegrootte kan
worden vastgesteld + je kan deze manier toepassen.
Tellen: bij grote organismen en veel vrijwilligers.
, Schatten: bij planten.
Vangst-terugvangstmethode
DNA-onderzoek
11. Je kan een aantal factoren noemen die invloed hebben op de
overlevingskans van een populatie en hoe deze factoren effect
hebben op de populatie.
Voedsel, nestgelegenheid, veiligheid.
Door dese factoren neemt de overlevingskans toe waardoor de populatie
groter kan worden.
12. Je kent de definitie van een beperkende factor, je kan een aantal
voorbeelden noemen.
Een beperkende factor is een factor die de groei van een populatie het
meest belemmert [VB: het aantal holle bomen voor de populatie
koolmezen].
13. Je kan uitleggen waarom migratie tussen populaties bijdraagt aan
de genetische diversiteit (gebruik in je uitleg termen als variatie,
homozygoot, heterozygoot, natuurlijke selectie en survival
of the fittest).
De genetische diversiteit is de genetische variatie in een populatie. Door
migratie komt een soort in een andere populatie terecht. Als de individuen
paren, is er een grotere kans op variatie in genen bij de nakomelingen.
Door deze variatie is er dus een grotere kans dat deze nakomelingen een
grotere overlevingskans hebben. Dit heet natuurlijke selectie.
14. Je kan uitleggen wat inteelt is en waarom dit nadelig.
Inteelt is het paren met individuen uit de populatie die directe familie zijn.
Door inteelt maak je de populatke kwetsbaarder. Veel erfelijke ziektes zijn
recessief. Door inteelt is de kans dat nakomelingen de recessieve ziekte
krijgen groter.
15. Je weet wat voor invloed versnippering
en ontsnippering hebben op populaties, je kan voorbeelden
noemen.
Door versnippering komen populaties niet samen. Hierdoor neemt de
uitwisseling van genetisch materiaal met niet-familieleden sterk af. Inteelt
ligt op de loer.
Door ontsnippering komen de populaties weer bij elkaar. Dit verkleint de
kans op inteelt.
16. Je kan uitleggen wat de invloed is van natuurbeheer op
populaties, je kan een aantal voorbeelden noemen.
De natuurbeheer wil het natuurgebied gevarieerder maken door het
gebied zo in te richten dat soorten zich thuis voelen. Ze willen zo soorten
aantrekken naar het gebied of soorten het gebied herintroduceren. Dit
heeft als gevolg dat de populatie groter kan worden.
6.3
17. Je kent de definitie van het begrip “habitat”.
Een leefomgeving met specifieke biotische en abiotische eisen van een
soort.
18. Je weet wat abiotische en biotische factoren zijn, je kan een aantal
voorbeelden noemen.
Biotische factoren: levende organismen [prooien, predatoren, planten]
Abiotische factoren: niet levende factoren [zonlicht, wind, mineralen,
zuurstof]
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper merveyalcin. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.